Kamerstuk 34594-5

Nota naar aanleiding van het verslag

Dossier: Samenvoeging van de gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Menterwolde en Slochteren

Gepubliceerd: 30 januari 2017
Indiener(s): Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA)
Onderwerpen: bestuur organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34594-5.html
ID: 34594-5

Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 30 januari 2017

Inhoudsopgave

blz.

     

1.

Inleiding

1

2.

Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies

1

3.

Toets aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling

2

4.

Financiële aspecten

3

1. Inleiding

Met belangstelling heb ik kennisgenomen van de vragen en opmerkingen in het verslag. De leden van de fracties van de PvdA en het CDA hechten eraan dat de samenvoeging door de gemeenten zelf is geïnitieerd en dus vrijwillig en van onderop tot stand komt. Het wetsvoorstel geeft de leden van de VVD-fractie geen aanleiding tot het maken van opmerkingen en het stellen van vragen. De leden van de fracties van de PvdA en het CDA hebben enkele vragen en opmerkingen. Bij de beantwoording heb ik zoveel mogelijk de volgorde van het verslag aangehouden. Een aantal vragen heb ik samengenomen omdat deze eenzelfde onderwerp raken.

2. Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies

De leden van de CDA-fractie constateren dat het uiteindelijke herindelingsadvies in de gemeenteraad van Menterwolde de meeste weerstand heeft ondervonden en vragen de regering in te gaan op de achtergrond van deze weerstand.

Het herindelingsontwerp werd in de gemeenteraad van Menterwolde unaniem vastgesteld. Het herindelingsadvies werd vastgesteld met een stemverhouding van negen stemmen voor en zes stemmen tegen. Deze wijziging in het lokaal bestuurlijk draagvlak werd veroorzaakt door een opgetreden breuk in de toenmalige coalitie. Als gevolg van deze breuk is een nieuwe coalitie geformeerd en is het politieke draagvlak in de raad voor het herindelingsvoorstel gewijzigd. Twee van de drie voormalige coalitiepartijen hebben op 26 april 2016 tegen het herindelingsadvies gestemd.

3. Toets aan het Beleidskader gemeentelijke herindeling

De leden van de PvdA-fractie lezen dat in de gemeente Hoogezand-Sappemeer het onderwerp herindeling zowel politiek als onder de bevolking geen grote rol speelt en dat mensen zich meer verbonden voelen met hun wijk of dorp dan met de gemeente. Naar aanleiding daarvan vraagt de PvdA-fractie of dit een meer algemeen beeld is bij gemeentelijke herindelingen en hoe de gemeente Hoogezand-Sappemeer dit signaal in haar voorstel heeft verwerkt.

De betrokkenheid die inwoners voelen bij een herindeling kan door veel factoren worden beïnvloed. Er zijn mij geen onderzoeken bekend over de vraag in hoeverre deze betrokkenheid specifiek wordt beïnvloed door de omstandigheid dat inwoners zich meer verbonden voelen met hun wijk of dorp dan met hun gemeente. Ik heb wel de indruk dat de inwoners van gemeenten met weinig dorpen en kernen een grotere betrokkenheid bij gemeentelijke herindelingen voelen dan inwoners van gemeenten met veel dorpen en kernen.

De gemeente Hoogezand-Sappemeer heeft geen aanleiding gezien om concrete aandacht te besteden aan de geringe betrokkenheid van haar inwoners bij de voorgenomen herindeling. Dit is ook niet nodig, omdat een lage betrokkenheid bij wat er op gemeentelijk niveau speelt niet per definitie hoeft te betekenen dat er geen draagvlak voor de voorgenomen herindeling is.

De leden van de CDA-fractie vragen hoe de ambitie van de nieuwe gemeente om een gemeenschap te zijn waarin inwoners verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid en waarin gemeente en inwoners steeds meer gelijkwaardige partners zijn, zich verhoudt tot de constatering dat de meeste mensen zich meer verbonden voelen met hun wijk of dorp dan met de gemeente.

Door het voeren van een faciliterend gemeentelijk beleid dat nadrukkelijk aansluit op de lokale initiatieven in de wijken en dorpen, wil de nieuwe gemeente de ambitie waarmaken om in gelijkwaardig partnerschap met haar inwoners een gemeenschap te vormen waarin inwoners zich medeverantwoordelijk voelen voor de leefbaarheid binnen hun gemeenschap. Het één kan dan ook prima met het ander samengaan.

De leden van de CDA-fractie merken op een beschouwing te missen over de waarden die de inwoners van Menterwolde bij een herindeling van belang vinden.

Bij het nemen van het principebesluit tot herindeling heeft de raad van Menterwolde namens de inwoners uitgesproken dat het van belang is om in de nieuwe gemeente de identiteit van de dorpen en een gemeentelijke dienstverlening dichtbij de burger te borgen. Deze waarden maken deel uit van het visiedocument «Kompas voor de nieuwe gemeente Midden-Groningen», dat door de drie herindelingspartners is opgesteld. Uitgangspunt van dit visiedocument is dat de nieuwe gemeente nadrukkelijk oog heeft voor kleinschaligheid op kernenniveau en de identiteit van de dorpen en wijken.

De leden van de PvdA-fractie vragen of de conclusie gerechtvaardigd is dat het maatschappelijk draagvlak voor deze samenvoeging voldoende is. Ook vragen deze leden of de regering de stelling onderschrijft dat in draagvlakonderzoeken bijzondere aandacht moet worden besteed aan signalen die wijzen op desinteresse, dan wel onverschilligheid. Voorts achten deze leden het van belang dat na de samenvoeging wordt onderzocht in welke mate de nieuwe gemeente onder de inwoners leeft en dat een reactie van de gemeente dient te volgen als blijkt dat de onverschilligheid onder inwoners toeneemt. Zij vragen de regering hierop te reageren.

Gelet op de diverse inspanningen die de betrokken gemeenten bij de totstandkoming van het herindelingsadvies hebben verricht om hun inwoners bij de voorgenomen samenvoeging te betrekken, in combinatie met de afwezigheid van negatieve zienswijzen over het herindelingsontwerp, ben ik van mening dat het maatschappelijk draagvlak voor deze samenvoeging voldoende is.

De wijze waarop gemeenten het maatschappelijk draagvlak voor een beoogde herindeling onderzoeken, is primair een aangelegenheid van de betrokken gemeenten zelf. Zoals ook beschreven in het Beleidskader gemeentelijke herindeling wordt wel aan gemeenten gevraagd om in het herindelingsadvies aandacht te besteden aan de wijze waarop het draagvlak in kaart is gebracht. Ik acht het niet wenselijk gemeenten dwingend voor te schrijven in draagvlakonderzoeken bijzondere aandacht te besteden aan signalen die wijzen op onverschilligheid. Ook de vraag of náde samenvoeging onderzocht moet worden in welke mate de nieuwe gemeente onder haar inwoners leeft, is primair een aangelegenheid van de betrokken gemeente zelf. Ik ben van mening dat zij zelf het beste in staat is te bepalen of een dergelijk onderzoek gewenst is.

De leden van de PvdA-fractie vragen welke waarborgen er zijn voor de nieuwe gemeente om in de regio en provincie als een volwaardig partner op te treden in samenwerkingsverbanden.

Momenteel bevinden de gemeenten in Groningen zich samen met de provincie in een proces van heroriëntatie op de eigen bestuurlijke toekomst. Deze ontwikkeling moet leiden tot een nieuwe gemeentelijke indeling van de provincie, met een aanzienlijk minder aantal gemeenten. De voorgestelde herindeling van de gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Slochteren en Menterwolde dient in deze context te worden bezien.

De opschaling van het lokaal bestuurlijk landschap leidt tot een beter bestuurlijk evenwicht tussen de Groninger gemeenten, omdat door de afname van het aantal gemeenten ook het aantal samenwerkingspartners afneemt. Gelet op de schaalomvang van de nieuw te vormen gemeente Midden-Groningen kan deze gemeente in staat worden geacht een volwaardige rol te spelen in de interbestuurlijke samenwerking met andere gemeenten en in haar strategische verbinding met de regio Oldenburg–Bremen–Hamburg.

4. Financiële aspecten

De leden van de PvdA-fractie vragen wat de stand van zaken is met betrekking tot de terugvordering die de gemeente Menterwolde op 31 mei 2016 is opgelegd. Voorts vragen deze leden of deze terugvordering invloed heeft op (de voortgang van) het voorstel tot samenvoeging.

Eind december 2016 heeft de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de beslissing genomen om, gelet op de bijzondere bestuurlijke en organisatorische omstandigheden in Menterwolde, van de terugvordering af te zien.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk