Kamerstuk 34550-V-62

Terugblik Benelux Top en prioriteiten Nederlands voorzitterschap van de Benelux Unie in 2017

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2017

Gepubliceerd: 17 januari 2017
Indiener(s): Bert Koenders (minister buitenlandse zaken) (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34550-V-62.html
ID: 34550-V-62

Nr. 62 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 januari 2017

Bij de start van het Nederlands voorzitterschap van de Benelux Unie in 2017, informeer ik u over de belangrijkste resultaten van de Benelux Top op 3 oktober jl. en de wijze waarop het kabinet hier tijdens het Nederlands voorzitterschap op zal voortbouwen. Nederland heeft het stokje overgenomen van het Luxemburgse voorzitterschap. Tevens heeft Nederland het tweejarig voorzitterschap van het Benelux Parlement overgenomen van België. De Benelux is een «sterk merk» en dat wil Nederland het komende jaar ook verder uitdragen.

Benelux Top

De Minister-Presidenten van de Benelux zijn op 3 oktober bijeen gekomen voor hun jaarlijkse topontmoeting in het historische plaatsje Schengen, dat door het Luxemburgse voorzitterschap was gekozen als symbolische locatie van een Europa zonder grenzen. De belangrijkste thema’s van gesprek waren de ontwikkeling van de Digitale Benelux binnen de Europese interne markt en de staat van de Europese Unie na de top in Bratislava.

De premiers hebben benadrukt dat de EU actiever moet inspelen op de wensen en zorgen van de burgers. Als medeoprichters van de EU dienen de Benelux-landen verantwoordelijkheid te nemen door bij te dragen aan de concrete invulling van een zichtbaar meer responsieve EU. Met de Bratislava verklaring in het achterhoofd (bijlage bij Kamerstuk 21 501-20, nr. 1150), hebben zij de prioriteiten voor de komende maanden vastgesteld om de uitdagingen van de EU het hoofd te bieden, als startpunt van een denkproces richting de 60e verjaardag van het Verdrag van Rome. De tijdens de Top afgegeven politieke verklaring kunt u hier vinden: http://www.benelux.int/files/8614/7556/0287/Gezamenlijk_persbericht_NL.pdf.

In het kader van de interne markt is gesproken over de implementatie van het Benelux-actieplan voor banen en groei (bijlage bij Kamerstuk 34 000 V, nr. 71), dat in april 2015 werd aangenomen. De focus is gelegd op gezamenlijke initiatieven voor de ontwikkeling van een Digitale Benelux, als «slimme regio» binnen de EU, waarover de volgende verklaring is afgegeven:

http://www.benelux.int/nl/nieuws/gezamenlijke-verklaring-benelux-top-2016.

De aandacht gaat o.a. uit naar maatregelen en projecten voor het vergemakkelijken van de mobiliteit van burgers binnen de Benelux, wederzijdse diploma-erkenning en vermindering van obstakels voor een digitale interne markt in lijn met de Benelux Retailagenda. Tijdens het Nederlands voorzitterschap zal door het Benelux Secretariaat verder worden gewerkt aan de implementatie van dit initiatief.

Prioriteiten Nederlands voorzitterschap

Nu Nederland per 1 januari 2017 het roulerend voorzitterschap van de Benelux op zich heeft genomen, zal het kabinet zich in goede samenspraak met het Benelux Secretariaat inzetten voor continuering en effectieve uitvoering van de initiatieven die de afgelopen periode zijn opgestart, waaronder de Digitale Benelux.

Nederland zal er op toezien dat de vaart wordt gehouden in het Benelux werkprogramma en dat concrete resultaten worden behaald. Voorbeelden van concreet te behalen resultaten zijn

  • gezamenlijke nucleaire inspecties;

  • regelgeving voor drones;

  • infrastructuur voor alternatieve brandstoffen in vervoer; en

  • vermindering van fraude, o.a. met elitepaarden.

Nederland zal gedurende het voorzitterschap een aantal bijzondere accenten zetten, op basis van gedeelde Nederlandse- en Benelux-prioriteiten. De focus zal daarbij liggen op de overkoepelende thema’s (1) Duurzame Economische Regio en (2) Grenzeloze Zekerheid en Veiligheid, in lijn met de centrale pijlers van onze samenwerking binnen de Benelux. Daarbinnen heeft het kabinet zeven prioritaire aandachtsgebieden vastgesteld voor het Nederlands voorzitterschap:

1. Duurzame Economische Regio

  • a. Grenzeloze economie en arbeid

    Om de interne markt binnen de Benelux beter te laten functioneren en werknemers betere kansen te bieden, zal worden gewerkt aan het stimuleren van grensoverschrijdende mobiliteit door het verder koppelen van arbeidsmarktdata, en aan het benutten van schaalvoordelen door het wegnemen van barrières in de retailmarkt. Zo zal in de loop van 2017 de Benelux Retailagenda worden gepresenteerd, wat kan worden gekoppeld aan het opstellen van een actieplan voor de aanpak van belemmeringen en het benutten van kansen. Ook zal worden samengewerkt bij de ontwikkeling van duurzaam grensoverschrijdend personenvervoer, inclusief openbaar vervoer. Noordrijn-Westfalen zal daar ook bij worden betrokken.

  • b. Circulaire hotspot Benelux

    In een tijd waarin de roep om snellere, duurzame economische transitie steeds luider wordt, zullen de Benelux-landen elkaar stimuleren om tot een versnelling te komen in de transitie naar een circulaire economie en samen actief optrekken in EU-verband. In dit kader zal een gezamenlijke studie op het gebied van ecodesign worden opgezet en zal ondersteuning worden geboden aan de opzet van een Werkgroep Circulaire Economie.

  • c. Vervoer en logistiek

    In het verlengde van het voorgaande punt zal in het kader van de energietransitie worden gewerkt aan versterking van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen. Optimalisering van multimodaal vervoer zal ook worden nagestreefd, o.a. door middel van digitalisering van vrachtbrieven en de vorming van vervoerscorridors. Tenslotte zal worden ingezet op gezamenlijke regelgeving voor testlocaties en vergunningen voor drones, die nu nog op grenzen stuiten, mogelijk samen met Duitsland en Frankrijk.

2. Grenzeloze Zekerheid en Veiligheid

  • a. Criminaliteit en fraude

    Bij de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit hebben de onderhandelingen voor de herziening van het Benelux Politieverdrag uit 2004 (Verdrag van Senningen) de hoogste prioriteit. Samenwerking bij de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit (o.a. motorbendes, corruptie, witwassen, afpersing en mensenhandel) zal worden versterkt. Dat geldt ook voor de bestrijding van sociale fraude. In het Europees Platform Zwartwerk zal gecoördineerd worden opgetreden. Ook wordt gewerkt aan samenwerking tussen de Benelux en Noordrijn-Westfalen om fraude in de handel met elitepaarden terug te dringen en daarmee o.a. belastinginkomsten te genereren.

  • b. Belasting-rulings

    Op financieel gebied is de verbetering van uitvoering van EU-regelgeving en OESO-afspraken over informatie-uitwisseling m.b.t. belasting-rulings ook van belang. Nederland wil hier eind 2017 een themabijeenkomst over organiseren, waar ook Frankrijk en Duitsland voor zullen worden uitgenodigd, om ervaringen te delen en knelpunten in kaart te brengen.

  • c. Coördinatie crisismanagement

    Voor effectievere bestrijding van rampen zal worden ingezet op betere operationele samenwerking tussen crisiscentra, o.a. via informatie-uitwisseling en gezamenlijke oefeningen. Dit geldt ook voor nucleaire crises. Voorts worden binnen de prioritaire aandachtsgebieden in Benelux-verband verkennende gesprekken georganiseerd rond het thema van maatschappelijke spanningen en de rol die lokale overheden hierin kunnen spelen.

  • d. Nucleaire inspecties

    Gedurende 2016 hebben meerdere gezamenlijke inspecties in Nederland en België plaatsgevonden en in 2017 zal deze samenwerking worden gecontinueerd. Voortbouwend op deze positieve praktijk wil Nederland zich ook inzetten voor gezamenlijke inspecties van de Benelux-landen en Noordrijn-Westfalen (Duitsland).

Europese en buitenlandse politieke samenwerking

Het Nederlandse voorzitterschap van de Benelux valt samen met een periode waarin de Europese Unie zich zal bezinnen op haar onderlinge samenwerking na uittreding van het Verenigd Koninkrijk. De post-Brexit situatie noopt tot nauwere samenwerking met de Benelux-partners en andere gelijkgezinde EU-lidstaten. De Benelux-partners hebben individueel en gezamenlijk een goede reputatie binnen de EU, ook daar zijn zij een «sterk merk». De Benelux-landen zijn op veel terreinen gelijkgezind. Door hun krachten te bundelen, kunnen zij hun invloed vergroten en kansen beter benutten, vooral wanneer zij samen optrekken met andere regionale verbanden, zoals de Baltische en Noordse landen. Nederland, België en Luxemburg achten het ieder van groot belang te blijven werken aan hoe de Europese Unie functioneert en willen zich hier ook als Benelux voor inzetten. Zij zijn het erover eens dat de implementatie van gemaakte afspraken daarbij van essentieel belang is. Het nakomen van afspraken raakt immers direct aan het vertrouwen in elkaar. Gemaakte afspraken dienen daarom effectief en voor iedereen op gelijke wijze te worden uitgevoerd, met een belangrijke rol voor de Commissie en het Europese Hof van Justitie als neutrale en onafhankelijke hoeders van de Verdragen en het acquis communautaire. In deze context zal Nederland als voorzitter de mogelijkheden verkennen of voor de Benelux een rol van «voorloper» in de EU is weggelegd, bijvoorbeeld op het gebied van versterking van de rechtsstaat.

De laatste jaren trekken de Benelux-landen bij gelegenheid ook op het terrein van hun buitenlands beleid gezamenlijk op. Zo leggen zij gezamenlijk bezoeken af, zoals het recente bezoek van de drie premiers aan Tunesië en het bezoek van de drie Ministers van Buitenlandse Zaken aan Jordanië, Irak en Egypte, en voeren zij samen overleg met partners binnen en buiten de EU, zoals met de drie Baltische staten. Ook ontmoeten de drie Ministers van Buitenlandse Zaken elkaar regelmatig voorafgaand aan een Raad Buitenlandse Zaken van de EU. De agenda voor deze samenwerking op buitenlands politiek terrein wordt grotendeels bepaald door de actualiteit. Hiervoor is derhalve geen specifieke agenda opgesteld voor de periode van het Nederlandse Benelux-voorzitterschap. U wordt hierover in de loop van het jaar op de hoogte gehouden via de reguliere kanalen, zoals de Kamerbrieven en debatten rondom de Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

A.G. Koenders