Gepubliceerd: 2 november 2016
Indiener(s): Bert Koenders (minister buitenlandse zaken) (PvdA)
Onderwerpen: defensie internationaal
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34524-5.html
ID: 34524-5

Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 2 november 2016

Inleiding

Allereerst dankt de regering, de leden van de fracties van de VVD, de PvdA, de SP, het CDA en D66, voor hun inbreng op het voorliggende wetsvoorstel tot goedkeuring van het op 19 mei 2016 te Brussel tot stand gekomen Protocol bij het Noord-Atlantisch Verdrag inzake de toetreding van Montenegro (Trb. 2016, 95).

Met belangstelling heeft de regering kennis genomen van de vragen en opmerkingen van de leden van deze fracties. Bij de beantwoording daarvan wordt de indeling en de volgorde gevolgd van het door de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken gevolgde verslag. De vragen worden mede namens de Minister van Defensie beantwoord.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie vragen wat de belangrijkste hervormingen zijn geweest die door Montenegro in de defensie- en veiligheidssector zijn doorgevoerd.

Montenegro is in december 2009 uitgenodigd voor een Membership Action Plan (MAP). Het MAP is het voorportaal van het lidmaatschap van de NAVO. In het kader van het MAP-proces heeft Montenegro hervormingen doorgevoerd in de defensie- en veiligheidssector. Deze hervormingen waren onder meer gericht op het verbeteren van de interoperabiliteit tussen Montenegro en de NAVO-bondgenoten en de capaciteitsopbouw van de Montenegrijnse strijdkrachten, die het land in staat moet stellen bijdragen te leveren aan NAVO operaties en activiteiten.

Montenegro heeft in het kader van het MAP-proces het Ministerie van Defensie, de krijgsmacht en de inlichtingendiensten gereorganiseerd. Daarbij is onder meer aandacht geweest voor een adequaat democratisch toezicht op deze instanties. Het land heeft ook NAVO-programma’s voor het verbeteren van integriteit en voor de implementatie van VNVR 1325 over vrouwen, vrede en veiligheid uitgevoerd. Voorts heeft Montenegro overtollige munitie en explosieven vernietigd en verouderd materieel vervangen. Tot slot heeft Montenegro plannen gemaakt om de defensiebegroting te laten stijgen naar de NAVO-norm van twee procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP).

De leden van de VVD-fractie vragen of de regering kan bevestigen dat door de Russische regering is gedreigd met economische sancties tegen Montenegro en of verwacht wordt dat deze ook echt worden ingesteld.

Ja, de Russische regering heeft gedreigd met economische sancties tegen Montenegro. Tot nu toe zijn deze niet ingesteld. De regering kan thans niet inschatten of Rusland dergelijke sancties daadwerkelijk zal gaan instellen.

De leden van de VVD-fractie vragen of de NAVO gereageerd heeft op dreigementen met economische sancties tegen Montenegro, en zo ja, op welke manier.

De NAVO heeft niet formeel op deze dreigementen gereageerd. In algemene zin heeft de NAVO steeds gesteld dat Montenegro als soeverein en onafhankelijk land zelf beslist tot welke internationale organisatie het wil toetreden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van PvdA

De leden van de PvdA-fractie hebben hun zorgen geuit over uitlatingen van de Russische regering met betrekking tot mogelijke sancties, indien Montenegro zou toetreden tot de NAVO. De leden van de PvdA vragen de regering hoe groot de regering de kans acht dat Montenegro te maken krijgt met sancties of andere vergeldingsmaatregelen van Russische zijde.

De Russische regering heeft gedreigd met economische sancties tegen Montenegro. Tot nu toe zijn deze niet ingesteld. De regering kan thans niet inschatten of Rusland daadwerkelijk economische sancties zal instellen of andere maatregelen zal nemen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

De leden van de SP-fractie vragen of de regering in kan gaan op de onderlinge verdeeldheid tussen voor- en tegenstanders in Montenegro van de toetreding van Montenegro tot de NAVO.

Een meerderheid van de Montenegrijnse bevolking steunt lidmaatschap van de NAVO. In het najaar van 2015 vonden regelmatig demonstraties plaats, onder andere tegen het NAVO-lidmaatschap. Echter, na de uitnodiging aan Montenegro hebben geen grote demonstraties plaatsgevonden. De oorspronkelijke oppositie tegen de NAVO bestond uit verschillende groepen. Deze groepen vertegenwoordigden een minderheid van de bevolking.

Het Montenegrijnse parlement heeft in korte tijd tweemaal het NAVO-pad bekrachtigd: in september 2015 (63% voor) en opnieuw in juni jl. (60% voor). In juni stemde het parlement over NAVO-toetreding en nam het na twee dagen debat een resolutie aan met 48 stemmen voor en 26 tegen. De Democratische Partij van Socialisten (DPS) van premier Djukanovic kon daarbij rekenen op steun van de Sociaal Democratische Partij (SDP), Positive Montenegro, de Liberalen en de etnische minderheidspartijen (Bosniakken, Kroaten en Albanezen). Oppositiepartijen Demos en Democratic Front (DF) slaagden er niet in een referendumclausule in de resolutie te krijgen.

In de verkiezingscampagne is de Euro-Atlantische integratie van Montenegro geen prominent thema geweest. Dit wijst erop dat deze kan rekenen op steun van zowel de regering als het grootste deel van de oppositie. De oppositiebeweging DF heeft zich in de campagne wel kritisch uitgelaten over het NAVO-lidmaatschap. DF heeft tijdens de recente verkiezingen zo’n 20% van de stemmen vergaard en hiermee twee zetels verloren. Er bestaat nog steeds een meerderheid in het parlement die het NAVO-lidmaatschap steunt. De verwachting is dan ook dat de Euro-Atlantische koers van Montenegro niet zal wijzigen.

De leden van de SP-fractie vragen of er een risico is dat de onderlinge verdeeldheid in Montenegro aangewakkerd wordt door de toetreding tot de NAVO.

Nee, volgens de inschatting van de regering wordt de onderlinge verdeeldheid hierdoor niet aangewakkerd.

De leden van de SP-fractie vragen of de regering in wil gaan op de vraag waarom de regering van Montenegro weigert een referendum over de toetreding uit te schrijven.

In Montenegro is brede politieke steun voor het NAVO-lidmaatschap (zie ook het antwoord op voorgaande vraag). Alleen door de oppositiebeweging DF wordt gevraagd om een referendum, maar in de door het parlement aangenomen resolutie over het NAVO lidmaatschap is geen referendum opgenomen. Er lijkt op dit moment evenmin een parlementaire meerderheid te bestaan die een dergelijke volksraadpleging steunt.

De leden van de SP-fractie merken op te twijfelen aan de verwachting dat de toetreding van Montenegro bijdraagt aan de stabiliteit in verband met mogelijke toenemende spanningen met Rusland. In dat verband wordt opgemerkt dat Rusland dreigt met serieuze maatregelen, waaronder economische maatregelen. De leden van de SP-fractie vragen of de regering daar op in wil gaan.

Rusland heeft met maatregelen gedreigd, maar tot dusver geen economische sancties of andere maatregelen ingesteld. De regering is van mening dat soevereine en onafhankelijke staten het recht hebben om zelf te bepalen van welke internationale organisaties zij deel uit willen maken. De NAVO-toetreding van Montenegro draagt volgens de regering bij aan stabiliteit in de Westelijke Balkan.

De leden van de SP-fractie vragen aan de regering om aan te geven welke maatregelen van Russische zijde worden verwacht.

De regering kan thans niet inschatten welke maatregelen van Russische zijde kunnen worden verwacht.

De leden van de SP-fractie vragen naar de Russische invloed, vooral op economisch terrein, op Montenegro.

De economische banden tussen Rusland en Montenegro zijn beperkt en met name te vinden in toerisme en onroerend goed. Private investeerders hebben vooral belangen in de kustplaatsen.

In het afgelopen jaar hebben Russische investeerders zich langzaam uit de Montenegrijnse vastgoedsector teruggetrokken. Naar de inschatting van de regering zijn de economische banden tussen Rusland en Montenegro te beperkt van omvang om van grote politieke invloed te zijn.

De leden van de SP-fractie vragen of het juist is dat een aanzienlijk deel van economie van Montenegro in handen is van Russische investeerders.

Zie het antwoord op de voorgaande vraag.

De leden van de SP-fractie vragen de regering te reageren op de zorgen van sommige analisten dat de NAVO-toetreding van Montenegro gevolgen heeft voor de samenwerking tussen het Westen en Rusland op andere terreinen, zoals de strijd tegen Islamitische Staat.

De regering heeft geen aanwijzingen dat de NAVO-toetreding van Montenegro van invloed is op de samenwerking tussen het Westen en Rusland in de strijd tegen de Islamitische Staat of elders.

De leden van de SP-fractie vragen welke stappen Montenegro heeft gezet ter versterking van de democratie en de rechtsstaat.

Voor toetreding tot de NAVO is versterking van de democratie en de rechtsstaat van belang. Montenegro heeft in het kader van de EU toetredingsonderhandelingen voortgang geboekt met rechtsstaathervormingen. Zo zijn bijvoorbeeld met grondwetsherzieningen in 2013 en de aanname van een wet in 2015 op een landelijk wervingssysteem voor rechters, belangrijke voorwaarden geschapen voor een onafhankelijke en professionele rechterlijke macht. Ook zijn belangrijke instellingen in het leven geroepen voor het bestrijden van corruptie en georganiseerde misdaad, zoals het Anticorruptie-agentschap en het kantoor van de Speciale Aanklager. De basis voor de verkiezingen van 16 oktober 2016 wordt gevormd door de kieswet uit 2014 die de transparantie aanzienlijk heeft verbeterd en die de rol van de zogenaamde State Election Commission (SEC/DIK) heeft aangescherpt. Ook wordt het maatschappelijk middenveld nauw betrokken bij de voorbereidingen van de verkiezingen en bij de diverse waarnemingsmissies. Nu de wetgevende fase van de hervormingen nagenoeg afgerond is, richt de aandacht zich in toenemende mate op capaciteitsversterking, implementatie en het opbouwen van een solide track-record.

De leden van de SP-fractie vragen naar hervormingen die nog doorgevoerd moeten worden. De leden van de SP-fractie vragen of de hervormingen o.a. hervormingen op politiek niveau betreffen, die indien niet tijdig doorgevoerd, een belemmering kunnen zijn voor de toetreding van Montenegro.

Montenegro heeft zich gecommitteerd aan het doorvoeren van politieke, economische en militaire hervormingen, en zal tot het moment van daadwerkelijke toetreding tot de NAVO per kwartaal de NAVO informeren over de voortgang hiervan. Waar het gaat om rechtsstaathervormingen wordt de vooruitgang tevens gemonitord via het EU-toetredingsproces.

De leden van de SP-fractie vragen de regering te reageren op een artikel in het dagblad Trouw waarin verondersteld werd dat er bij de toetreding van Montenegro «dit keer geen hoge eisen gesteld zijn aan het lidmaatschap».

De eisen die aan Montenegro zijn gesteld om toe te treden zijn vergelijkbaar met die van andere landen die in de afgelopen jaren zijn toegetreden tot de NAVO.

De leden van de SP-fractie wijzen op het laatste jaaroverzicht van Amnesty International waarin bedreiging van en aanvallen op onafhankelijke media en journalisten en excessief politiegeweld tegen demonstranten aan de orde komen en vragen de reactie van de regering daarop.

Nederland heeft in de aanloop naar de uitnodiging aan Montenegro om toe te treden tot de NAVO ingezet op het maken van afspraken met Montenegro over nog uitstaande hervormingen, vooral op het gebied van de rechtsstaat en mediavrijheid. Montenegro heeft zich aan deze afspraken gecommitteerd. Daarnaast vraagt Nederland ook binnen het kader van de EU-toetredingsonderhandelingen met Montenegro aandacht voor deze onderwerpen. Vrijheid van meningsuiting en media is één van de aandachtspunten in het Nederlandse beleid ten aanzien van Montenegro. In contacten met de autoriteiten is de vrijheid van de media voor Nederland een belangrijk gespreksonderwerp.

De leden van de SP-fractie vragen of de regering een oproep van Human Rights Watch deelt om de onderzoeksjournalist Jovo Martinovic vrij te laten.

De regering is met deze zaak bekend. In de zaak van Jovo Martinovic is Nederland in contact met de EU-delegatie in Podgorica. De EU-delegatie heeft de Montenegrijnse autoriteiten om informatie rondom deze zaak verzocht en houdt de vinger aan de pols. Het gaat daarbij om het benadrukken van een transparante rechtsgang. Binnen de NAVO heeft Nederland de Montenegrijnse permanente vertegenwoordiger bij de NAVO op de zaak aangesproken en laten weten dat Nederland de zaak nauwgezet volgt. Nederland dringt aan op een eerlijk en transparant proces.

De leden van de SP-fractie uiten hun zorgen over democratie en corruptie in Montenegro en vragen de regering of het juist is dat Montenegro sinds het einde van de Koude Oorlog nagenoeg onafgebroken door één politieke partij en één leider, Milo Dukanović, wordt geregeerd en hoe de regering dit vanuit democratisch oogpunt beoordeelt.

Sinds de eerste verkiezingen in het onafhankelijke Montenegro vormt de DPS in verschillende coalitiesamenstellingen mede de regering. Vanaf 2006 tot 2016 zijn in Montenegro drie keer parlementaire verkiezingen gehouden (2006, 2009, 2012). In 2008 en 2013 vonden presidentiële verkiezingen plaats. De Office for Democratic Institutions and Human Rights (ODIHR) van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking (OVSE) bestempelde de parlementaire verkiezingen in 2012 als vreedzaam en pluriform en de presidentiele verkiezing in 2013 als professioneel en efficiënt, met respect voor fundamentele rechten. In beide rapporten deed ODIHR ook een aantal aanbevelingen om het verkiezingsproces verder te verbeteren. In 2014 heeft Montenegro een nieuwe kieswet ingevoerd om de transparantie van het electorale proces verder aan te scherpen.

De regering heeft de verkiezingen in Montenegro van 16 oktober met belangstelling gevolgd. ODIHR, het maatschappelijk middenveld en diverse diplomatieke vertegenwoordigingen ter plekke ondernamen verkiezingswaarnemingsmissies. ODIHR heeft in een eerste verklaring op 17 oktober gesteld dat de verkiezingen in een competitieve omgeving werden gehouden en dat de fundamentele vrijheden over het algemeen zijn gerespecteerd.

De leden van de SP-fractie vragen de regering of verkiezingen [in Montenegro] altijd eerlijk en vrij verlopen zijn.

Bij eerdere verkiezingen is door de OVSE geconcludeerd dat deze binnen de internationaal daarvoor geldende kaders zijn verlopen. Nederland volgt dit oordeel.

De leden van de SP-fractie vragen de regering wat betreft corruptie, in te gaan op de bevinding van de Europese Commissie (2013) dat Montenegro laks is met betrekking tot het onderzoeken van beschuldigingen van corruptie van vooral hoge ambtenaren.

In het laatste rapport van de Europese Commissie uit 2015 wordt opgemerkt dat enige vooruitgang is geboekt op het gebied van de bestrijding van corruptie, mede door nieuwe wetgeving en de oprichting van nieuwe instellingen. De Nederlandse regering heeft in haar reactie opgemerkt dat na het opzetten van het wettelijke en institutionele kader, de implementatie en het opbouwen van een track-record prioriteit behoeven. Sinds de Commissie-rapportage uit 2015 is een Anti-corruptieagentschap opgericht en zijn er nieuwe zaken aanhangig gemaakt door de nieuwe Speciale Aanklager. De Speciale Aanklager is tussen juli 2015 en 1 september 2016 in totaal 1084 onderzoeken gestart, waarvan er inmiddels 575 zijn afgerond. Acht zaken betroffen hoge ambtenaren.

De leden van de SP-fractie vragen de regering of de situatie wat betreft het onderzoeken van beschuldigingen van corruptie van vooral hoge ambtenaren nog geldt of dat er voorbeelden zijn van hoge ambtenaren die vervolgd zijn.

Recentelijk zijn er gevangenisstraffen en geldboetes opgelegd in verschillende zaken rondom het zogeheten «Budva-kartel». Naast enkele gemeenteambtenaren, medewerkers van het kadaster en rechters is ook de leider van de groep, Svetozar Marovic (voormalig president van de Staten-unie Servië en Montenegro), veroordeeld tot een gevangenisstraf en een geldboete.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA

De leden van de CDA-fractie vragen of Montenegro inmiddels «optimaal voldoet» aan de politieke en militaire verplichtingen en toezeggingen onder het NAVO-verdrag.

Montenegro voldoet aan de politieke en militaire verplichtingen op basis van het NAVO-verdrag.

De leden van de CDA-fractie vragen hoe de implementatie verloopt van de noodzakelijke hervormingen op politiek-economisch- en militair vlak.

Montenegro rapporteert regelmatig over de nog uitstaande hervormingen. Het hervormingsproces verloopt naar het oordeel van het de regering naar tevredenheid en conform de met Montenegro gemaakte afspraken.

De leden van de CDA-fractie vragen of de regering de opvatting van de Europese Commissie deelt dat Montenegro voortgang heeft geboekt op politiek en economisch gebied, maar dat verdere verbetering van de rechtstaat noodzakelijk is.

De Nederlandse regering heeft in haar regeringsreactie d.d. 4 december 2015 op de rapporten van de Europese Commissie (Kamerstuk 23 987 nr. 154) aangegeven dat zij het door de Commissie geschetste beeld herkent.

De leden van de CDA-fractie vragen of de regering verwacht dat de noodzakelijke hervormingen volledig voltooid zijn in april 2017, wanneer de toetreding van Montenegro effectief moet worden.

Montenegro heeft zich gecommitteerd aan het doorvoeren van hervormingen voor april 2017. De regering heeft thans geen reden om te twijfelen dat deze hervormingen niet tijdig worden afgerond.

De leden van de CDA-fractie vragen of het juist is dat er in Montenegro politieke verdeeldheid heerst over de wenselijkheid van het NAVO-lidmaatschap.

Een meerderheid van de Montenegrijnse bevolking steunt lidmaatschap van de NAVO. In het najaar van 2015 vonden regelmatig demonstraties plaats, onder andere tegen het NAVO-lidmaatschap. Echter, na de uitnodiging aan Montenegro hebben geen grote demonstraties plaatsgevonden. De oorspronkelijke oppositie tegen de NAVO bestond uit verschillende groepen. Deze groepen vertegenwoordigden een minderheid van de bevolking.

Het Montenegrijnse parlement heeft in korte tijd tweemaal het NAVO-pad bekrachtigd: in september 2015 (63% voor) en opnieuw in juni jl. (60% voor). In juni stemde het parlement over NAVO-toetreding en nam het na twee dagen debat een resolutie aan met 48 stemmen voor en 26 tegen. De Democratische Partij van Socialisten (DPS) van premier Djukanovic kon daarbij rekenen op steun van de Sociaal Democratische Partij (SDP), Positive Montenegro, de Liberalen en de etnische minderheidspartijen (Bosniakken, Kroaten en Albanezen). Oppositiepartijen Demos en DF slaagden er niet in een referendumclausule in de resolutie te krijgen.

In de verkiezingscampagne is de Euro-Atlantische integratie van Montenegro geen prominent thema geweest. Dit wijst erop dat deze kan rekenen op steun van zowel de regering als het grootste deel van de oppositie. De oppositiebeweging DF heeft zich in de campagne wel kritisch uitgelaten over het NAVO-lidmaatschap. DF heeft tijdens de recente verkiezingen zo’n 20% van de stemmen vergaard en hiermee twee zetels verloren. Er bestaat nog steeds een meerderheid in het parlement die het NAVO-lidmaatschap steunt. De verwachting is dan ook dat de Euro-Atlantische koers van Montenegro niet zal wijzigen.

De leden van de CDA-fractie vragen welke consequenties de parlementsverkiezingen in Montenegro op 16 oktober a.s. kunnen hebben.

De verkiezingen brengen naar verwachting geen grote verandering teweeg in de Euro-Atlantische aspiraties van Montenegro. De Euro-Atlantische integratie van Montenegro is in de verkiezingscampagne geen prominent thema geweest. Dit wijst erop dat deze kan rekenen op steun van zowel de regering als het grootste deel van de oppositie. De oppositiebeweging DF heeft zich in de campagne wel kritisch uitgelaten over het NAVO-lidmaatschap. Zie ook het antwoord op bovenstaande vraag.

De leden van de CDA-fractie vragen zich af waarom er niet voor gekozen is om het hervormingsproces in Montenegro meer af te ronden, alvorens tot ondertekening van het Protocol bij het NAVO-verdrag betreffende de toetreding was overgegaan.

Volgens de regering voldoet Montenegro aan de eisen die worden gesteld in het NAVO-verdrag. Bovendien heeft Montenegro naar tevredenheid de hervormingen afgerond die in het Membership Action Plan (MAP) in 2009 waren overeengekomen. De regering is zich ervan bewust dat Montenegro nog enkele hervormingen door moet voeren. Over de implementatie daarvan zijn tijdens de toetredingsonderhandelingen tot de NAVO nadere afspraken gemaakt.

De leden van de CDA-fractie delen de mening dat de toetreding tot de NAVO bijdraagt aan de stabiliteit in de Euro-Atlantische veiligheidsregio en dat deze daarmee in het belang van Nederland is. Maar de leden van de CDA-fractie geven wel aan dat het de vraag is hoe Rusland gaat reageren. De leden van de CDA-fractie vragen of het juist is dat Rusland gedreigd heeft met economische sancties tegen Montenegro indien het toetreedt tot de NAVO en, indien dit klopt, hoe de regering dit beoordeelt.

Rusland heeft met economische sancties gedreigd, maar tot dusver niet de daad bij het woord gevoegd. De regering is van mening dat soevereine en onafhankelijke staten het recht hebben om zelf te bepalen van welke internationale organisaties zij deel willen uitmaken. NAVO-toetreding van Montenegro draagt volgens de regering bij aan de stabiliteit in de Westelijke Balkan.

De leden van de CDA-fractie uiten bezorgdheid over de steun van Rusland aan de Republika Srpska in Bosnië en vragen de regering of de vrees wordt gedeeld, dat de uitkomst van het op 25 september jl. gehouden referendum in de Servische Republiek deze de macht geeft om het centrale gezag, waaronder belangrijke instanties als het hooggerechtshof en de belastingdienst, niet te erkennen en orders en dagvaardingen te negeren, met alle mogelijke gevolgen van dien.

De regering deelt de zorg van de leden van de CDA-fractie over de recente ontwikkelingen in de Republika Srpska. Er is naar het oordeel van de regering echter geen aanleiding deze ontwikkelingen rechtstreeks in verband te brengen met het proces van de NAVO-toetreding van Montenegro.

De leden van de CDA-fractie vragen hoe groot de regering het risico acht dat President Poetin geopolitieke troefkaarten op de Balkan trekt, in reactie op de toetreding van Montenegro tot de NAVO.

De regering is zich bewust van de bredere geopolitiek van Rusland op de Westelijke Balkan. De regering gaat echter niet mee in het denken in termen van invloedssferen en blijft van mening dat de soevereine staten in de regio zelf mogen kiezen van welke organisaties zij deel uit willen maken. NAVO-toetreding van Montenegro draagt volgens de regering bij aan de stabiliteit in de Westelijke Balkan.

De leden van de CDA-fractie vragen waarom de regering in de memorie van toelichting niet ingaat op het geopolitieke aspect, uiteraard met inachtneming van het uitgangspunt dat Rusland geen veto heeft over uitbreiding van de NAVO.

De memorie van toelichting gaat in op de argumenten die ten grondslag liggen aan het wetsvoorstel en het toetredingsproces. Bovendien is de regering van mening dat soevereine en onafhankelijke staten het recht hebben om zelf te bepalen van welke internationale organisaties zij deel uit willen maken.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D-66

De leden van de D66-fractie staan positief tegenover toetreding van Montenegro tot de NAVO. Zij zijn met de regering van mening dat dit bijdraagt aan de stabiliteit in de Euro-Atlantische veiligheidsregio. Tegelijkertijd wijzen deze leden er op dat toetreding van Montenegro niet onomstreden is. De leden van de D66-fractie vinden het een gemis van de regering dat in de toelichting op het wetsvoorstel voorbij wordt gegaan aan de tegenstellingen in en buiten Montenegro over de toetreding en vragen de regering toe te lichten hoe de verhoudingen zijn binnen de NAVO ten aanzien van toetreding van Montenegro.

Het besluit om een land uit te nodigen voor toetreding tot de NAVO geschiedt op basis van consensus. Alle bondgenoten scharen zich dus achter de toetreding van Montenegro.

De leden van de D66-fractie vragen of er NAVO-lidstaten zijn die bezwaren hebben tegen de toetreding van Montenegro en zo ja, welke dat zijn en welke bezwaren zij hebben.

Zie het antwoord op de vorige vraag.

De leden van de D66-fractie vragen de regering toe te lichten of, en zo ja hoe, Servië zich heeft uitgelaten over het aanstaande NAVO-lidmaatschap van Montenegro.

Servië respecteert de onafhankelijkheid van Montenegro en de Euro-Atlantische aspiraties van zijn buren. Premier Vucic verklaarde in februari jl. dat de toenadering van Montenegro tot NAVO de banden met Servië niet zal schaden. Hoewel NAVO-lidmaatschap in Servië voorlopig niet aan de orde is, werkt Servië eveneens samen met de NAVO onder het Partnership for Peace en implementeert Servië in dit verband het Individual Partnership Action Plan actieplan.

De leden van de D66-fractie vragen de regering aan te geven op welke wijze de NAVO aankijkt tegen de positie van Servië.

De NAVO beoordeelt het positief dat Servië het NAVO-lidmaatschap niet ter discussie stelt.

De leden van de D66-fractie vragen op welke wijze de NAVO omgaat met uitlatingen van Servië over het toetredingsvraagstuk.

Zie het antwoord op de vorige vraag.

De leden van de D66-fractie vragen de regering toe te lichten hoe de etnische Serviërs, die in Montenegro wonen, tegenover het NAVO-lidmaatschap staan.

De etnische samenstelling van Montenegro is divers. Verschillende etnische groepen zullen op hun eigen wijze tegen het NAVO lidmaatschap aankijken. Het kabinet onderstreept dat de verschillende groepen vertegenwoordigd zijn in het Montenegrijnse parlement. Minderheidsgroepen in Montenegro hebben eigen partijen en maken aanspraak op een aangepaste kiesdrempel. Zij kunnen via deze weg hun positie inbrengen. Een meerderheid van het parlement is voorstander van NAVO-toetreding.

De leden van de D66-fractie vragen de regering toe te lichten hoe de rest van de Montenegrijnse bevolking tegenover het aanstaande NAVO-lidmaatschap staat en daarbij aan te geven of er bijvoorbeeld verdeeldheid heerst over de vraag om wel of niet lid van de NAVO te worden.

De oppositie tegen de NAVO bestond uit verschillende groepen die een minderheid vormen. De uiteindelijke peilingen over steun aan het NAVO-lidmaatschap bedroegen rond de 50% (peilingen CEDEM van juni 2016: 50,5%).

De leden van de D66-fractie vragen de mening van de regering of de parlementsverkiezingen die op 16 oktober in Montenegro 2016 plaatsvinden van invloed zullen zijn op (onderhandelingen over) het NAVO-lidmaatschap.

Nee. Kijkend naar de uitslagen van de verkiezingen zal er naar verwachting geen grote verandering komen in de Euro-Atlantische aspiraties van Montenegro.

De leden van de D66-fractie vragen of het NAVO-lidmaatschap een rol speelt in de verkiezingen in Montenegro.

De Euro-Atlantische integratie van Montenegro is in de verkiezingscampagne geen prominent thema geweest.

De leden van de D66-fractie vragen de regering nader aan te geven hoe verschillende politieke partijen [in Montenegro] tegenover het NAVO-lidmaatschap staan en wat hun argumenten zijn en dit toe te lichten.

Het Montenegrijnse parlement heeft in korte tijd tweemaal het NAVO-pad bekrachtigd: in september 2015 (63% voor) en opnieuw in juni jl. (60% voor). In juni stemde het parlement over NAVO-toetreding en nam een resolutie aan, met 48 stemmen voor en 26 tegen. De DPS van premier Djukanovic kon daarbij rekenen op steun van de SDP, Positive Montenegro, de Liberalen en de etnische minderheidspartijen (Bosniakken, Kroaten en Albanezen). Oppositiepartijen Demos en DF slaagden er niet in een referendumclausule in de resolutie te krijgen.

In de verkiezingscampagne is de Euro-Atlantische integratie van Montenegro geen prominent thema geweest. Dit wijst erop dat deze kan rekenen op steun van zowel de regering als het grootste deel van de oppositie. De oppositiebeweging DF heeft zich in de campagne wel kritisch uitgelaten over het NAVO-lidmaatschap. DF heeft tijdens de recente verkiezingen zo’n 20% van de stemmen vergaard en hiermee twee zetels verloren. Er bestaat nog steeds een meerderheid in het parlement die het NAVO-lidmaatschap steunt. De verwachting is dan ook dat de Euro-Atlantische koers van Montenegro niet zal wijzigen.

De leden van de D66-fractie vragen of de regering bereid is de uitslag van de parlementsverkiezingen in Montenegro op 16 oktober a.s. bij de beantwoording van deze vragen [over het NAVO-lidmaatschap] mee te nemen, en dus te wachten met beantwoording tot deze uitslag helder is.

Ja, de regering is hiertoe bereid. ODIHR heeft in een eerste verklaring op 17 oktober gesteld dat de verkiezingen in een competitieve omgeving werden gehouden en dat de fundamentele vrijheden over het algemeen zijn gerespecteerd.

De leden van de D66-fractie betreuren het dat in de memorie van toelichting nauwelijks melding wordt gemaakt van de positie van Rusland ten aanzien van het NAVO lidmaatschap van Montenegro. De leden van de D66-fractie zijn van mening dat de positie van Rusland, die tegenstander is van de toetreding van Montenegro tot de NAVO, niet van invloed mag zijn op de besluitvorming over de vraag of nieuwe leden kunnen toetreden tot de NAVO. De fractie vraagt de regering om uitleg te geven over hoe de NAVO omgaat met Rusland in relatie tot het lidmaatschap van Montenegro en om in te gaan op de vraag hoe de regering aankijkt tegen het feit dat Rusland tegenstander is van toetreding tot de NAVO van Montenegro en.

De regering deelt de opvatting van de D66-fractie dat de positie van Rusland niet van invloed mag zijn op de vraag of Montenegro kan toetreden tot de NAVO. Deze positie van Rusland heeft dan ook geen rol gespeeld bij de afweging van de regering om akkoord te gaan met de toetreding van Montenegro tot de NAVO.

De leden van de D66-fractie vragen of de relatie met Rusland besproken is binnen de NAVO en of er een reactie wordt verwacht van Rusland en wat die reactie zou kunnen zijn en hoe daarop geanticipeerd wordt. Als er geen reactie wordt verwacht wordt gevraagd aan te geven waarom niet.

Rusland heeft gedreigd met economische sancties naar aanleiding van de toetreding van Montenegro tot de NAVO, maar tot dusver heeft het land niet de daad bij het woord gevoegd. De regering kan thans niet inschatten of Rusland tot dergelijke maatregelen zal overgaan en wil niet speculeren over de vraag of, en zo ja, op welke wijze daar eventueel op gereageerd zal worden.

De leden van de D66-fractie vragen of het voornemen tot het besluit om Montenegro het lidmaatschap van de NAVO aan te bieden op formele of informele wijze met Rusland besproken is, en zo ja, of de regering daarover enige toelichting kan geven.

De NAVO heeft het NAVO-lidmaatschap van Montenegro niet met Rusland besproken.

De leden van de D66-fractie vragen of de regering een toelichting kan geven op het strategische belang van de toetreding van Montenegro tot de NAVO.

De toetreding van Montenegro tot de NAVO, als deel van een bredere inbedding in de Euro-Atlantische structuren, zal bijdragen aan een verdere stabilisering van de Westelijke Balkan, mede omdat het land een proces van politieke- en economische hervormingen heeft doorgevoerd.

De leden van de D66-fractie vragen of de regering in kan gaan op de Russische dreiging met economische sancties tegen Montenegro en of de NAVO zich bewust is van dit dreigement en of hier over gesproken is.

De regering is ermee bekend dat Rusland heeft gedreigd met economische sancties tegen Montenegro. Tot dusver heeft Rusland echter geen economische sancties of andere maatregelen genomen in reactie op de toetreding van Montenegro tot de NAVO. De NAVO is bekend met deze opstelling van de Russische regering. Dit heeft geen rol gespeeld in het besluit rondom toetreding van Montenegro.

De leden van de D66-fractie vragen de regering aan te geven op welke wijze de NAVO met Russische dreigementen omgaat en wat de consequenties daarvan zijn, zowel richting Rusland als richting Montenegro.

Vooralsnog heeft Rusland de dreigementen niet ten uitvoer gebracht. De regering wil op dit ogenblik niet speculeren over de vraag wat mogelijke consequenties zijn, mochten dergelijke dreigementen toch worden uitgevoerd.

De leden van de D66-fractie vragen zich af of de regering een probleem ziet voor het delen van inlichtingen met Montenegro in verband met de «corruptie-index» van Transparency International waar Montenegro de 61e plaats bezet. Indien hier geen probleem wordt gezien verzoekt de fractie de regering dit toe te lichten.

Toetreding van Montenegro tot de NAVO houdt in dat met het land zal worden samengewerkt in NAVO-kader, ook als het gaat om inlichtingen. Verschillende graadmeters laten vooruitgang zien op het gebied van corruptiebestrijding. Zo stelde de Europese Commissie in het 2015 rapport (Kamerstuk 23 987 nr. 154) dat enige vooruitgang is geboekt in de bestrijding van corruptie, mede door een nieuw wettelijk- en institutioneel kader. Ook de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen Montenegro en EUROJUST in mei 2016 is een stap in de goede richting.

De regering wordt gevraagd toe te lichten of zij verwacht volledig te kunnen samenwerken met Montenegro binnen de NAVO, zoals dat ook met andere landen binnen de NAVO gebeurt, óók op het punt van inlichtingen.

Toetreding van Montenegro tot de NAVO houdt in dat volledig met het land zal worden samengewerkt in NAVO-kader, ook als het gaat om inlichtingen. Een deel van de hervormingen die Montenegro moest doorvoeren in het kader van het Membership Action Plan (MAP) had betrekking op de inlichtingendiensten. Deze hervormingen zijn naar tevredenheid afgerond. Overigens wordt het delen van inlichtingen ook in NAVO kader altijd van geval tot geval beoordeeld.

De leden van de D66-fractie zijn benieuwd of de Nederlandse inlichtingendiensten de regering hebben geadviseerd over toetreding van Montenegro tot de NAVO. De genoemde leden begrijpen dat de regering niet tot in detail kan ingaan op de specifieke oordelen van deze diensten. Wel vragen zij de regering toe te lichten of zij in hoofdlijnen kan schetsen wat de adviezen en oordelen waren van deze diensten.

De regering kan in het openbaar niet ingaan op informatie die door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten wordt verstrekt.

De leden van de D66-fractie vragen de regering in te gaan op de financiële consequenties van de toetreding en aan te geven waar het vanaf hangt of er aanpassingen nodig zijn aan de aanwezige militaire infrastructuur van Montenegro en wanneer de regering verwacht duidelijkheid te kunnen verschaffen over de vraag of dit nodig is en hoeveel dat zal kosten.

De financiële consequenties van eerdere toetredingen tot de NAVO van kleine landen bedroegen gemiddeld 40 miljoen euro. Gezien de geografische footprint van Montenegro schat de NAVO de financiële consequenties van het toetreden van Montenegro lager in. Het is de verwachting dat eventuele ondersteuning binnen de huidige budgetplafonds zal vallen. Bovendien zal Montenegro naar verhouding gaan bijdragen aan de budgetten van de NAVO. De NAVO zal later dit jaar een gedetailleerd kostenoverzicht leveren in het meerjarenplan 2018–2022.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders