Kamerstuk 34475-V-8

Verslag van een schriftelijk overleg over het jaarverslag en de slotwet Buitenlandse Zaken 2015

Dossier: Jaarverslag en slotwet Ministerie van Buitenlandse Zaken 2015

Gepubliceerd: 5 juli 2016
Indiener(s): Angelien Eijsink (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34475-V-8.html
ID: 34475-V-8

Nr. 8 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 5 juli 2016

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het jaarverslag en de slotwet van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (Kamerstuk 34 475 V).

De vragen en opmerkingen zijn op 16 juni 2016 aan de Minister van Buitenlandse Zaken voorgelegd. Bij brief van 4 juli 2016 zijn de vragen beantwoord.

De voorzitter van de commissie, Eijsink

De griffier van de commissie, Van Toor

Inbreng fractie VVD

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het jaarverslag en de Slotwet van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, de antwoorden op de diverse feitelijke vragen en de Decemberbrief 2015 over de kas- en verplichtingenmutaties ten opzichte van de tweede suppletoire begroting 2015. De leden van de VVD-fractie hebben hierbij nog enkele vragen en opmerkingen.

Venezuela

In de antwoorden op de feitelijke vragen over het jaarverslag schrijft de Minister dat zowel Aruba als Curaçao spreken van een toename van het aantal Venezolanen dat illegaal in de landen verblijft, maar dat zij geen uitspraken doen over de exacte cijfers. Onhelder is of zij deze cijfers niet openbaar maken, of dat zij deze evenmin delen met de Nederlandse regering. Kan de Minister dit toelichten?

Antwoord:

Het is aan Aruba en Curaçao om cijfermateriaal al dan niet openbaar te maken. Op gezette tijden vinden videoconferenties plaats tussen het Ministerie van Buitenlandse Zaken, de Koninkrijksambassade in Caracas, de bevoegde instanties in de Caribische Koninkrijkslanden, de Rijksvertegenwoordiger, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Ministerie van Defensie over de ontwikkelingen in Venezuela. Ik verwijs hierbij tevens naar het op 30 juni gevoerde debat.

Paspoortverstrekking

De Minister schrijft dat bij schrijnende gevallen buiten Europa een thuisbezoek aan Nederlandse staatsburgers kan worden gebracht, waarbij een mobiel vingerafdrukopname-apparaat wordt meegenomen. De leden van de VVD-fractie zijn blij te vernemen dat op deze wijze uitvoering wordt gegeven aan de wens van de Kamer. Wel zijn deze leden benieuwd wanneer de Minister verwacht dat de Paspoortuitvoeringsregeling Buitenland voltooid is.

Antwoord:

Het voornemen bestaat de aanpassingen voor een ruimere inzet van het mobiele vingerafdrukopname-apparaat in het najaar van 2016 af te ronden.

Informatiebeveiliging

De Minister schrijft dat er momenteel nog twee functies vacant zijn op het gebied van informatiebeveiliging. Die functies worden uitgevoerd door extern ingehuurd personeel, onder aansturing van eigen personeel. Waarom is gekozen voor externe inhuur? Zijn er plannen om de extern ingehuurde krachten te vervangen voor eigen personeel? Zo ja, op welke termijn verwacht de Minister dit te gaan doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:

Expertise op dit vakgebied is schaars in de markt en binnen de overheid. Extern personeel is ingezet als kortetermijnoplossing. Op korte termijn wordt de werving gestart om deze externe inhuur te vervangen door eigen personeel.

Inbreng fractie PvdA

De leden van de PvdA-fractie danken de Minister voor de verantwoordingsstukken en de antwoorden op de feitelijke vragen. Naar aanleiding van de genoemde documenten hebben de genoemde leden nog een aantal vragen.

De leden van de PvdA-fractie zijn, zoals al eerder aangegeven, blij dat de Minister gevolg heeft gegeven aan de motie Servaes/Ten Broeke (Kamerstuk 34 300-V-26) over de oprichting van het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen. De leden van de PvdA-fractie zijn van mening dat met de toenemende instabiliteit in de ring rondom Europa een dergelijk programma steeds belangrijker wordt.

Aangaande het zuidelijke deel van het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen, genaamd «Shiraka», zijn de leden van de PvdA-fractie benieuwd welke landen volgens de Nederlandse regering allemaal vallen onder de categorie «Arabische regio». Kan de Minister daar een overzicht van geven? Het zijn namelijk deze landen die in aanmerking komen voor deelname aan Shiraka.

Antwoord:

Net als Matra-zuid richt het Shiraka partnerschap zich in beginsel op de hele Arabische regio. Dit omvat Marokko, Tunesië, Libië, Egypte, Algerije, Mauritanië, Sudan, Syrië, Libanon, Jordanië, Irak, Saudi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten (VAE), Koeweit, Qatar, Oman en Bahrein. De beide partnerlanden Jemen en de Palestijnse Gebieden ontvangen geen steun uit het Shiraka partnerschap programma.

De Minister stelde eerder in een beleidsreactie (Kamerstuk 34 300-V-51) dat het Kabinet van mening is dat de Nederlandse initiatieven een katalyserende werking kunnen hebben ten opzichte van de programma’s van de Europese Unie. De leden van de PvdA-fractie zouden graag horen of er voorbeelden te geven zijn van de katalyserende werking van Nederlandse initiatieven in het kader van het MATRA-programma ten opzichte van programma’s van de Europese Unie.

Antwoord:

Er zijn twee manieren waarop het Matra-programma een katalyserende werking heeft op de programma’s van de EU. Enerzijds zijn er Nederlandse initiatieven waarbij een succesvol Matra-project een relevant onderwerp op de agenda zet en de Commissie hierop voortbouwt. Anderzijds is het Europese programmeringsproces ingewikkeld en tijdrovend, waardoor het de Commissie ontbreekt aan de flexibiliteit en snelheid om op acute problemen in te springen. In deze gevallen kan een relatief kleinschalig Matra-project uitkomst bieden en later worden opgeschaald vanuit de EU.

Een voorbeeld uit de eerste categorie is de Nederlandse steun voor de LGBTI-gemeenschappen in beide Matra-regio’s waarop de Commissie heeft voortgebouwd in haar eigen instrumentarium en programmering. Een ander voorbeeld is het uitvoeren van review van de Ohrid Framework Agreement (OFA) in Macedonië. Deze werd eind 2015 afgerond en de Commissie werkt momenteel aan opvolging hiervan. Op het gebied van bevordering van constructieve maatschappelijke dialoog is bijvoorbeeld de training van Orthodoxe priesters in Georgië over de EU opgevolgd door de EU.

De ondersteuning van Hromadske tv in 2013 vanuit de Ambassade in Kiev is een voorbeeld van de flexibiliteit en snelheid waarmee Matra op acute problemen kan inspringen. Nederland zette met dit project een eerste stap in de ondersteuning van onafhankelijke media. Hromadske.tv groeide uit tot een belangrijke nieuwsbron tijdens de Maidan-revolutie. Sindsdien steunt de EU Hromadske tv met financiering ter versterking van de institutionele capaciteit. Een voorbeeld uit de pre-accessie regio werd genoemd in de Matra-brief (Kamerstuk 34 300-V-51); Nederlandse expertise kon via Matra snel worden ingezet ter bescherming van klokkenluiders in Albanië. Dit heeft tot wetgeving geleid waardoor ruimte is gecreëerd voor een grootschalig vervolgtraject van de Commissie gericht op institutionele implementatie van de wetgeving.

Inbreng fractie SP

De leden van de SP-fractie hebben kennis genomen van de verantwoordingsstukken van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de antwoorden op schriftelijke vragen hierover en hebben naar aanleiding daarvan nog enkele vragen en opmerkingen.

In antwoord op schriftelijke vragen gaat de Minister in op de hulpverlening aan Jemen, waar Nederland in 2015 en 2016 32 miljoen euro voor beschikbaar heeft gesteld. Het noodhulpverzoek van de kant van de VN was in 2.015 USD 1,6 miljard en in 2016 nog iets hoger, namelijk USD 1,8 miljard. De leden van de SP-fractie vragen de Minister aan te geven of hij van mening is dat Nederland hiermee zijn «fair share» levert aan humanitaire hulpverlening voor Jemen? Zo ja, kan worden toegelicht waarop dit oordeel wordt gebaseerd?

Antwoord:

Op basis van de noden, de hoogte van het hulpverzoek en verwachte dekking door andere donoren, besluit de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de hoogte van de humanitaire bijdragen. Nederland draagt substantieel bij aan noodhulp via geoormerkte en ongeoormerkte bijdragen vanuit de beschikbare BH/OS-begroting. Vooralsnog is de Nederlandse bijdrage voor 2015–2016 32.2 mln euro. In 2015 was Nederland de 10e donor. Daarnaast draagt Nederland via ongeoormerkte bijdragen aan o.a. CERF, UNHCR en WFP bij aan noodhulp in Jemen. Zo heeft CERF in 2015 44 mln USD vrijgemaakt voor Jemen, waarvan ongeveer 10% aan Nederland kan worden toegerekend. Op basis van de ontwikkelingen in Jemen en in andere crises, kan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking later dit jaar waar nodig besluiten een extra bijdrage te doen.

Wat humanitaire hulpverlening aan Libië betreft, vragen de leden van de SP-fractie de Minister of hij kan toelichten waarom er in 2015 geen geoormerkte humanitaire hulp voor Libië is gegeven. Ziet de Minister geen mogelijkheden voor humanitaire hulpverlening zolang een duidelijk erkend gezag in het land ontbreekt? Zo ja, gaat dit dan niet ten koste van de bevolking van het land?

Antwoord:

Op basis van de noden, de hoogte van het hulpverzoek en verwachte dekking door andere donoren, neemt de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking een besluit over de hoogte van de humanitaire bijdragen. Op basis van deze criteria bleek Libië in 2015 niet in aanmerking te komen voor een geoormerkte bijdrage. De aanwezigheid van een duidelijk erkend gezag in een land is geen voorwaarde voor het leveren van een bijdrage aan humanitaire hulp.

De leden van de SP-fractie vragen de Minister toe te lichten waarom rechtstreeks betalingsverkeer met Iran slechts in zeer beperkte mate mogelijk is. Is de verwachting dat dit in de nabije toekomst gaat veranderen? Hoe beoordeelt de Minister de mate waarin Iran zich aan de afspraken houdt die gemaakt zijn omtrent van het nucleaire programma in het land?

Antwoord:

Rechtstreeks betalingsverkeer met Iran verloopt nog moeizaam, omdat Iraanse banken op dit moment niet voldoen aan internationale standaarden, zoals op het terrein van bestrijding van witwaspraktijken en terrorismefinanciering, alsook aan de kapitaalvereisten van Basel-III.

Daarnaast zijn er nog steeds VS-sancties tegen Iran van kracht wat inhoudt dat handel in dollars, evenals betrokkenheid van Amerikaanse personen, Amerikaanse goederen en het Amerikaanse financiële systeem niet is toegestaan. In de VS zijn actieve banken, mede vanwege de extraterritoriale werking van deze sancties, voorzichtig om het betalingsverkeer met Iran te faciliteren. Gelet op deze complexiteit, is het niet waarschijnlijk dat Iran op korte termijn volledig aangesloten zal zijn op het internationale betalingsverkeer. Herstel hiervan zal slechts geleidelijk plaatsvinden.

Het kabinet heeft geen aanwijzingen dat Iran zich niet houdt aan de afspraken gemaakt in het Joint Comprehensive Plan of Action. De laatste kwartaalrapportage van het Internationaal Atoomenergie Agentschap (d.d. 27 mei 2016) over de monitoring en verificatie van de afspraken uit dit akkoord onderschrijft dit.

De leden van de SP-fractie hebben een vraag naar aanleiding van het experiment om in het buitenland, in schrijnende gevallen, met mobiele paspoortverstrekking te werken. Kan aangegeven worden hoe vaak tot op heden een thuisbezoek heeft plaatsgevonden waarbij gebruik gemaakt is van een mobiel vingerafdrukopname apparaat? In welke landen was dit?

Antwoord:

Het gebruik van mobiele aanvraagapparatuur in schrijnende gevallen is geen experiment. De grondslag voor inzet van deze apparatuur bij schrijnende gevallen bestond al (Paspoortuitvoeringsregeling Buitenland artikel 51 lid 4) en wordt wereldwijd zo nodig benut. Dat kan buiten en binnen Europa, waarbij binnen Europa de oplossing vaak gevonden wordt in verstrekking van een Nederlandse identiteitskaart op afstand.

Exacte cijfers met betrekking tot thuisbezoeken kunnen niet worden gegeven, omdat dit niet wordt geregistreerd. Aantallen verschillen per ambassade en per jaar. Bij sommige ambassades komt het nooit voor en bij andere posten één, twee of drie keer per jaar met uitschieters naar 10 keer per jaar. Naast huisbezoek werden ook bezoeken met het mobiele vingerafdrukapparaat afgelegd aan gedetineerden of bejaardenhuizen met grote concentratie Nederlanders. De landen waar het afgelopen jaar een of meer huisbezoeken heeft plaats gevonden zijn onder andere Thailand, Groot Brittannië, Kenia, Turkije, Griekenland, Spanje, Verenigde Staten, Indonesië en Brazilië.

Betreffende de visumaanvraag in het buitenland vragen de SP-leden de Minister of hem bekend is of het in andere EU-landen wel wordt toegepast om het beoordelen of iemand in aanmerking komt voor een visum los te koppelen van het verstrekken ervan, zodat grote kosten eventueel niet voor niets gemaakt hoeven worden? Kan ook worden aangegeven hoeveel visumaanvragen voor een toeristenbezoek aan Nederland er in 2015 in Vietnam werden afgewezen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:

Nee, ook in andere EU Schengenlanden wordt het beoordelen of iemand in aanmerking komt voor een visum niet losgekoppeld van het verstrekken ervan. De Visumcode schrijft voor dat een visumaanvraag pas inhoudelijk wordt beoordeeld nadat het aanvraagformulier inclusief ondersteunende documenten en de biometrische gegevens zijn ingeleverd en de betaling is voldaan. De visumleges zijn administratieve kosten die op voorhand moeten worden betaald, ongeacht de uitkomst van de beslissing. In Vietnam zijn in 2015 2.542 visumaanvragen voor een toeristenbezoek aan Nederland aangevraagd, waarvan er 245 werden afgewezen.

Inbreng fractie D66

De leden van de D66-fractie hebben kennis genomen van het Jaarverslag over 2015 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De genoemde leden hebben enkele vragen en opmerkingen over de consulaire dienstverlening. Het ondersteunen van Nederlanders in het buitenland is een kerntaak van het ministerie. De Minister heeft de ambitie gesteld om de dienstverlening vanuit het ministerie «excellent» te laten zijn. Het besluit van de Minister om geen paspoorten meer te verstrekken in de Nederlandse ambassades in de ons omringende landen is lastig te rijmen met deze ambitie. Als gevolg van deze maatregel zullen Nederlanders in het buitenland veel langer moeten reizen om gebruik te maken van basale ondersteuning vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De genoemde leden ontvangen graag een reactie van de Minister op dit punt.

Antwoord:

De aangekondigde afbouw van de consulaire dienstverlening van de posten Antwerpen, Brussel, Canberra, Düsseldorf, Milaan, München en Chicago is op 1 januari 2016 voltooid. Deze posten zullen zich op consulair gebied alleen nog richten op de ondersteuning van Nederlanders in acute nood. Er zijn voor Nederlanders woonachtig in de omliggende landen verschillende alternatieven om een reisdocument aan te vragen. Zo is het voor hen mogelijk uit te wijken naar de grensgemeenten Oldambt, Montferland, Enschede, Venlo, Echt-Susteren, Sluis, Maastricht, Bergeijk, Breda, Bergen op Zoom, Venlo, Den Haag en Haarlemmermeer (Schiphol). De geldigheidsduur van een paspoort voor een meerderjarige is met ingang van 9 maart 2014 verlengd van vijf naar tien jaar. Het voornemen bestaat het mobiele vingerafdrukopname-apparaat ruimer in te zetten. Daartoe zal regelgeving moeten worden aangepast. Daarnaast onderzoekt het ministerie of en hoe externe dienstverleners (EDV’s) in het reisdocumentenproces in het buitenland een rol kunnen spelen. Hierbij wordt een balans gezocht tussen klantvriendelijkheid en kostenbeperking enerzijds en veiligheid, betrouwbaarheid en respect voor de wet- en regelgeving anderzijds. Ik verwijs u graag naar de brief (Kamerstuk 25 764, nr. 86 ) d.d. 4 november 2014 inzake de organisatie van de paspoortverstrekking in het buitenland en de daarin genoemde alternatieven.

Kan de Minister een overzicht geven hoeveel er exact bespaard wordt met deze maatregel? En kan de Minister voor de afgelopen vijf jaar, per land, aangeven hoeveel paspoorten door deze ambassade per jaar zijn uitgevaardigd en hoeveel Nederlanders er in ieder land woonachtig zijn?

Antwoord:

In de ons omringende landen Duitsland en België zijn de personele, structurele, besparingen (dus exclusief overhead, huisvesting en incidentele kosten) EUR 1.445.600 per jaar.

Nederlanders in het buitenland hebben geen registratieplicht en daarom kan ik u niet exact aangeven hoeveel Nederlanders in ieder land woonachtig zijn. In België wonen naar schatting ongeveer 135.000 Nederlanders. Dat is inclusief bipatride Nederlanders. In Duitsland wonen naar schatting tussen de 140.000 en 150.000 Nederlanders. De afgiftes van paspoorten voor de afgelopen vijf jaar zijn als volgt:

 

2011

2012

2013

20141

20151

Ambassade Berlijn

2.099

2.227

2.261

2.394

3.150

CG Düsseldorf

(tot 1 okt 2015)

8.245

7.877

7.766

7.361

3.772

CG München

(tot 1 okt 2015)

2.556

3.026

2.850

2.650

1.467

Totaal Duitsland

12.900

13.130

12.877

12.405

8.389

CG Antwerpen

(tot 1 nov 2015)

13.506

15.488

13.109

11.038

5.221

Ambassade Brussel (tot 1 nov 2015)

4.724

5.990

5.308

5.265

4.107

Totaal België

18.230

21.478

18.417

16.303

9.328

X Noot
1

Per 9 maart 2014 is de geldigheidsduur van een paspoort verlengd van vijf naar tien jaar.

De leden van de D66-fractie hebben ook zorgen bij het besluit van de Minister om de paspoort- en visaverstrekking bij de Nederlandse (honoraire) consulaten stop te zetten. Als gevolg van deze bezuinigingsmaatregel zullen Nederlanders in sommige gevallen duizenden kilometers extra moet reizen om een paspoort op te halen. Kan de Minister vertellen hoeveel er met deze maatregel wordt bespaard? En kan de Minister een overzicht geven hoeveel paspoorten en visums er in de afgelopen vijf jaar, per jaar, door elk consulaat zijn uitgegeven, alsmede de afstand tussen ieder honoraire consulaat en de dichtstbijzijnde aanvraagstations? Kan de Minister ook aangeven hoeveel Nederlanders die woonachtig zijn in het buitenland zich na dit besluit meer dan 300 kilometer van een aanvraagpost bevinden?

Antwoord:

Per 1 juli 2016 zullen 39 honoraire consulaten gestopt zijn met het reisdocumenten- en visumproces. De totale geraamde jaarlijkse structurele besparing bedraagt EUR 3.596.000.

De afstanden tussen de honorair consulaten en de uitgevende ambassades variëren. De maatregel is echter niet ingegeven door afstanden. Nader onderzoek wees uit dat het paspoortproces bij de HC’s kwetsbaar, inefficiënt en kostbaar was. Daarnaast biedt in landen als Australië en Nieuw-Zeeland een verklaring van Nederlanderschap een goed alternatief voor een paspoort om het verlies van Nederlanderschap te stuiten. Dit kan online worden aangevraagd. Het is onbekend hoeveel Nederlanders zich meer dan 300 km van een aanvraagpost bevinden (zie brief met Kamerstuk 25 764, nr. 86 d.d. 4 november 2014). Zie onderstaand overzichten van verstrekte reisdocumenten en visa-aanvragen per HC over de periode 2011–2015.

Overzicht verstrekte reisdocumenten per Honorair Consulaat (HC) periode 2011–2015
 

HC

2011

2012

2013

2014

2015

consulaire post

km tot consulaire post1

Filipijnen

Cebu

108

100

86

0

0

Manilla

845

                 

Frankrijk

Bordeaux

1.030

1.254

1.093

0

0

Parijs

499

 

Lyon

1.277

1.669

1.328

0

0

 

394

 

Marseille

728

918

799

0

0

 

661

 

Nice

998

1.090

1.155

0

0

 

687

 

Toulouse

1.217

1.195

966

0

0

 

588

                 

Portugal

Albufeira

569

617

524

692

0

Lissabon

197

                 

Spanje

Barcelona

2.762

2.209

1.989

2.317

2.481

Madrid

505

 

Benidorm

2.384

2.649

2.326

2.014

0

 

371

 

Palma de M

471

576

515

514

0

 

550

 

Tenerife

544

620

525

712

0

 

1.756

 

Sevilla

198

196

159

0

0

 

392

 

Torremolinos

1.508

1.536

1.461

1.699

0

 

428

                 

Australië

Adelaide

372

408

372

353

578

Sydney

1.163

 

Brisbane

1.294

725

1.376

1.348

1.690

 

733

 

Melbourne

1.540

1.737

1.651

1.861

0

 

714

 

Perth

826

887

944

897

1.229

 

3.294

                 

Canada

Calgary

648

736

674

696

873

Vancouver

674

 

Edmonton

535

542

531

491

758

 

823

                 

Colombia

Cali

0

0

95

134

83

Bogotá

301

                 

Nieuw Zeeland

Auckland

2.074

2.042

1.816

1.937

2.136

Wellington

492

 

Christchurch

173

671

757

729

992

 

306

                 

VK

Birmingham

3.597

3.795

3.609

4.002

674

Londen

163

 

Cardiff

898

890

857

893

204

 

212

 

Edinburgh

744

916

949

1.117

373

 

534

 

Hull

617

643

575

749

168

 

249

 

Liverpool

459

494

432

609

224

 

287

 

Manchester

1.454

1.556

1.493

1.662

413

 

262

 

Southhampton

1.108

1.375

1.169

1.586

312

 

112

                 

VS

Atlanta

569

663

584

785

968

Miami

976

 

Boston

591

667

653

705

770

New York

306

 

Houston

792

918

867

0

0

Miami

1.557

 

Orlando

519

538

545

598

328

Miami

329

 

Los Angeles

1.439

1.530

1.510

1.481

1.392

San Francisco

560

                 

Zuid Afrika

Durban

542

530

545

607

130

Pretoria

537

                 

Indonesië

Kuta

302

353

339

50

0

Jakarta

1.344

 

Medan

20

24

32

22

18

 

1.420

 

Surabaya

64

89

80

103

94

 

663

Overzicht aanvragen visa per HC periode 2011–2015
 

HC

2011

2012

2013

2014

2015

Filipijnen

Cebu

929

1374

830

0

0

             

Australië

Adelaide

20

25

40

36

47

 

Brisbane

92

72

113

137

85

 

Melbourne

120

149

137

141

3

 

Perth

89

76

88

140

110

             

Canada

Calgary

118

138

210

242

195

 

Edmonton

56

95

105

155

240

             

Colombia

Cali

747

814

759

970

1706

             

Nieuw Zeeland

Auckland

160

185

197

196

171

 

Christchurch

2

25

30

31

32

             

VK

Birmingham

1.325

921

649

298

144

 

Cardiff

282

234

180

205

15

 

Edinburgh

1.057

1.429

1.076

1.159

162

 

Hull

1.093

847

449

581

49

 

Liverpool

582

569

593

628

98

 

Manchester

428

541

356

404

37

 

Southhampton

512

469

365

347

87

             

VS

Atlanta

302

325

347

538

476

 

Boston

408

399

529

539

443

 

Houston

566

580

645

0

0

 

Orlando

95

133

142

183

29

 

Los Angeles

493

494

610

648

442

             

Zuid Afrika

Durban

1.193

1.349

1.499

1.392

72

             

Indonesië

Kuta

635

877

923

141

0

 

Medan

1.103

1.219

1.039

1.342

1.695

 

Surabaya

1.811

2.276

2.231

2.821

2.590

De leden van de D66-fractie constateren dat het ministerie de dienstverlening aan Nederlanders in het buitenland middels 24/7 BZ grotendeels op afstand wil verlenen. Is het nu zo dat het aanvraagprocedure voor een paspoort¸ met uitzondering van het afhalen van het document, nu geheel via deze service kan worden doorlopen? Zo nee, welke stappen nog niet en wanneer gaat dit dan wel mogelijk zijn?

Antwoord:

De dienstverlening van het 24/7 BZ Contactcenter is er op dit moment op gericht om Nederlanders te informeren over de procedure die men moet doorlopen om bijvoorbeeld een paspoort aan te vragen. Enerzijds door 24 uur per dag / 7 dagen per week klantvragen over dit proces te beantwoorden via telefoon, e-mail en Twitter en anderzijds door continue aandacht voor de aangeboden online informatie over de aanvraagprocedures en de status van de aanvraag. Op termijn is het doel de aanvraag van een paspoort grotendeels online in te laten dienen. Een paspoort kan nog niet op afstand worden aangevraagd omdat op grond van de Paspoortwet een verschijningsplicht geldt. Ook moeten vingerafdrukken worden opgenomen. Voor schrijnende gevallen kan een uitzondering op de verschijningsplicht worden gemaakt als een identiteitskaart wordt aangevraagd. Daarin worden namelijk geen vingerafdrukken opgenomen. Voorwaarde is dat een andere instantie zoals een lokale autoriteit of een notaris de identiteit vaststelt. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft u vorig jaar (Kamerstuk 25 764, nr. 92, d.d. 28 augustus) geïnformeerd over een traject dat is gestart waarbij wordt nagedacht over mogelijke verbeteringen in de kwaliteit van het reisdocumentenstelsel. Hij zal daarover uw Kamer medio 2016 informeren. Eventuele verbeteringen in het stelsel hebben uiteraard ook relevantie voor de Nederlanders die het document vanuit het buitenland aanvragen.

De leden van de D66-fractie constateren dat de Minister de Paspoortwet gaat aanpassen om het mogelijk te maken om in schrijnende gevallen ook buiten diplomatieke posten paspoorten uit te geven. Is de Minister bereid te onderzoeken of er met deze herziening ook de mogelijkheid kan worden gecreëerd om Nederlanders die zich ver van een aanvraagstation bevinden gebruik te kunnen laten maken van een dergelijke dienstverlening? Bijvoorbeeld in de vorm van consulaire spreekuren op locatie of middels de uitgave van Nederlandse paspoorten of visums door diplomatieke posten van bevriende naties. Graag ontvangen de genoemde leden een reactie van de Minister op dit punt.

Antwoord:

De paspoortuitvoeringsregeling Buitenland wordt aangepast zodat het mogelijk wordt om consulaire spreekuren te houden op andere veilige locaties. Dit kan niet op grote schaal, maar alleen als daar ruimte voor is binnen de bestaande (personele) capaciteit en het budget van de post. Bij visa biedt de Schengenregelgeving de mogelijkheid aan Schengenlanden elkaar te vertegenwoordigen bij de behandeling van Schengenvisa. Dit wordt door Nederland onder andere toegepast op locaties waar het geen eigen diplomatieke vertegenwoordiging heeft. Met betrekking tot het verstrekken van paspoorten door bevriende naties geldt dat de Paspoortwet daarvoor wel een grondslag bevat maar dat uit de toelichting blijkt dat men daarbij vooral tijdelijke situaties op het oog heeft en geen structurele uitbesteding van taken. In de praktijk betekent dit dat Europese landen in crisissituaties nooddocumenten (Emergency Travel Documents) kunnen verstrekken.