Kamerstuk 34348-16

Amendement van het lid Van Tongeren ter vervanging van nr. 9 dat regelt dat mijnbouwbedrijven alvorens het afvalwater wordt geïnjecteerd in de geologische formaties van herkomst hun afval- en productiewater dienen te zuiveren tot het niveau vastgesteld krachtens de Wet milieubeheer en de Waterwet voor het lozen op oppervlaktewater

Dossier: Wijziging van de Mijnbouwwet (versterking veiligheidsbelang mijnbouw en regie opsporings-, winnings- en opslagvergunningen)


Nr. 16 AMENDEMENT VAN HET LID VAN TONGEREN C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 91

Ontvangen 28 juni 2016

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I wordt na onderdeel H een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ha

Aan artikel 26 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 7. Bij een vergunning voor het permanent opslaan van productiewater van een mijnbouwwerk geldt het voorschrift dat het productiewater voorafgaand aan injectie in diepe geologische formaties gereinigd wordt tot het niveau dat voldoet aan een krachtens de Wet milieubeheer en Waterwet gestelde norm voor het lozen van grondwater op oppervlaktewater vanuit een bodemsanering.

Toelichting

De indiener beoogt met dit amendement te bereiken dat een gelijk speelveld op het gebied van afvalwater ontstaat tussen mijnbouwbedrijven en andere bedrijven. Mijnbouwbedrijven dienen, alvorens het afvalwater wordt geïnjecteerd in de geologische formaties van herkomst, hun afval- en productiewater te zuiveren tot het niveau waarop het geloosd mag worden op het oppervlaktewater, zoals dit op grond van art. 3.1 Activiteitenbesluit Milieubeheer ook geldt voor bedrijven uit de petrochemie. De wet milieubeheer stelt dat alle bedrijven bij het zuiveren van hun afvalwater gebruik moeten maken van de best beschikbare technieken. Doordat zuivering van afvalwater ook in andere landen, zoals Duitsland, verplicht is biedt dit kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven.

Van Tongeren Dik-Faber Wassenberg