Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 oktober 2014
Naar aanleiding van de behandeling van de begroting 2014 van het Ministerie van Economische Zaken heeft de Tweede Kamer een motie van het lid Gesthuizen aangenomen1. In de motie verzoekt de Kamer de regering onderzoek te doen naar de kosten die door TenderNed worden gemaakt, het budget van TenderNed te verlagen tot het bedrag dat strikt nodig is voor de uitvoering van de wettelijke taken en de daarmee samenhangende onderdelen van het basissysteem en met het vrijkomende bedrag initiatieven te ondersteunen die het aanbestedingsproces voor ondernemers vereenvoudigen met voorlichting.
Naar aanleiding van de motie heb ik de Auditdienst Rijk (ADR) opdracht gegeven onderzoek te doen naar TenderNed, in het bijzonder naar de begrotingscijfers van TenderNed. Hiertoe heb ik een beschrijving opgesteld van het basissysteem TenderNed en het budget voor 2014. De rapportage van de ADR naar aanleiding van het onderzoek treft u hierbij aan2.
Uit het onderzoek van de ADR komt naar voren dat de schattingen en veronderstellingen die aan de begroting voor TenderNed ten grondslag liggen niet onredelijk zijn. De begrote uitgaven zijn op juiste wijze gebaseerd op de schattingen en veronderstellingen. Tevens is de toekomstgerichte informatie op juiste wijze gepresenteerd en toegelicht.
De conclusie is dat het basissysteem TenderNed bestaat uit componenten die voortkomen uit wettelijke en daarmee samenhangende taken. Er zijn geen onredelijke uitgaven begroot voor TenderNed. Ik zie dan ook geen aanleiding budget van TenderNed in te zetten voor andere activiteiten.
De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp