Kamerstuk 34000-V-49

Verslag van de reis van de minister van Buitenlandse Zaken naar Turkije van 5 tot 7 januari 2015

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2015

Gepubliceerd: 15 januari 2015
Indiener(s): Bert Koenders (minister buitenlandse zaken) (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34000-V-49.html
ID: 34000-V-49

Nr. 49 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 januari 2015

Met deze brief doe ik uw Kamer kort verslag aan van mijn reis naar Turkije van 5 tot 7 januari. Ik heb op 6 januari goede en intensieve gesprekken gevoerd met premier Davutoğlu, Minister van Buitenlandse Zaken Çavusoğlu en Minister van EU-zaken Bozkır. In de avond heb ik de Turkse ambassadeursconferentie toegesproken, waartoe ik door mijn Turkse ambtgenoot was uitgenodigd. Diezelfde dag heb ik ook van gedachten gewisseld met mensenrechtenactivisten en journalisten. Op 7 januari bezocht ik een vluchtelingenkamp in Nizip, vlakbij de Syrische grens, en een gemeenschapscentrum voor vluchtelingen in Gaziantep.

Zoals u al gemeld in mijn brief van 8 januari, heb ik tijdens mijn bezoek mensenrechten, en in het bijzonder de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid aan de orde gesteld in mijn gesprekken met premier Davutoğlu, Minister van Buitenlandse Zaken Çavusoğlu en Minister van EU-zaken Bozkır (Kamerstuk 32 735, nr. 127). Verder heb ik in mijn toespraak voor de Turkse ambassadeursconferentie onder meer opgemerkt dat mediavrijheid een kernwaarde is van de EU. Zoals tevens vermeld in deze brief, zijn tijdens deze reis op 6 januari de Nederlandse journaliste Frederike Geerdink en op 7 januari de Nederlands-Turkse journalist Mehmet Űlger aangehouden. Nadat ik hun zaken meteen heb aangekaart, zijn beiden vervolgens dezelfde dag dat ze waren aangehouden vrijgelaten.

Met Minister Çavusoğlu en met premier Davutoğlu heb ik verder gesproken over de gecompliceerde situatie in de regio, vooral over Syrië en de strijd tegen ISIS. Ook heb ik met hen en met Minister Bozkır het onderwerp «integratiebeleid» opgebracht, net als in mijn toespraak tot de verzamelde Turkse ambassadeurs. Ik heb hierbij primair benadrukt dat Nederland een eigen integratiebeleid voert en dat dit een nationale zaak is.

In mijn gesprek met Minister Bozkır ten slotte heb ik het Nederlandse «strikt-en-fair»-beleid onder de aandacht gebracht. Ik heb onderstreept dat Turkije nog een lange weg te gaan heeft, maar dat toetredingsonderhandelingen de beste manier vormen voor Turkije om te hervormen.

Ik heb deze reis afgesloten met een bezoek aan een vluchtelingenkamp in Nizip, vlakbij de grens met Syrië, en aan een gemeenschapscentrum voor Syrische vluchtelingen in Gaziantep. Ik heb hier met eigen ogen de belangrijke rol gezien die Turkije speelt in de opvang van nu al 1,6 miljoen vluchtelingen. In mijn gesprekken heb ik hier mijn waardering voor uitgesproken.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders