Kamerstuk 33750-V-41

Reactie op het rapport van Committee to Protect Journalists over maatregelen van de Amerikaanse regering tegen 'lekken' door overheidsfunctionarissen

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2014

Gepubliceerd: 26 november 2013
Indiener(s): Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33750-V-41.html
ID: 33750-V-41

Nr. 41 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 november 2013

Hierbij ontvangt u de kabinetsreactie op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 17 oktober 2013 inzake het rapport van het Committee to protect Journalists.

Nederland hecht, net als de Verenigde Staten, zeer aan de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van de pers. Beide landen hebben op dit gebied ook een voorbeeldfunctie in de wereld. De bijzondere rol die de pers heeft bij het op een onafhankelijke manier vergaren en brengen van nieuws is cruciaal voor een open democratische samenleving.

Echter, deze vrijheid is niet onbegrensd. Ook journalisten moeten zich houden aan de wet, waaronder ook wetgeving die toeziet op bescherming van staatsgeheime informatie. In Nederland wordt dit geregeld in de Wet Bescherming Staatsgeheimen, waarin wordt beschreven wat staatsgeheime informatie is en hoe daarmee moet worden omgegaan. Voorts is in artikel 98a van het Wetboek van Strafrecht (kortweg) het openbaar maken van staatsgeheimen strafbaar gesteld. Indien een journalist zich beroept op zijn journalistieke verschoningsrecht, moet de rechter afwegen of het belang van de staatsveiligheid in het concrete geval zwaarder weegt dan het belang van de vrijheid van meningsuiting en vrije nieuwsgaring in een vrije democratische samenleving.

Het rapport van het Committee to protect Journalists is kritisch over de manier waarop de Amerikaanse regering omgaat met journalisten die staatsgeheime informatie publiceren. Het kabinet is van mening dat de Amerikaanse regering vermeende overtredingen van de wet voor de rechter kan brengen. Het is dan aan de Amerikaanse rechter om een belangenafweging te maken. Het Nederlandse kabinet kan geen uitspraak doen over de vraag of de Amerikaanse nationale veiligheid in de in het rapport genoemde gevallen in het geding is geweest.

Als er sprake zou zijn van uitspraken of handelen van de overheid dat erop gericht is om journalisten te ontmoedigen hun werk op een onafhankelijke manier uit te voeren, acht het kabinet dit onwenselijk. Het kabinet deelt de conclusies van het Committee to protect Journalists dat sprake zou zijn van een trend, echter niet.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans