Gepubliceerd: 18 januari 2013
Indiener(s): Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA)
Onderwerpen: recht staatsrecht
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33268-9.html
ID: 33268-9
Origineel: 33268-2

Nr. 9 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 18 januari 2013

Het voorstel van wet, artikel I, wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel V komt te luiden:

V

Artikel H 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste en tweede lid komen te luiden:

1. Bij de lijst worden, voor iedere kieskring waarvoor de lijst wordt ingeleverd, schriftelijke verklaringen van ondersteuning overgelegd, waarop de kandidaten op dezelfde wijze en in dezelfde volgorde worden vermeld als op de lijst. Het minimum aantal te overleggen verklaringen bedraagt:

voor kieskring 20 (Bonaire): tien.

voor de kieskring bij de verkiezing van de leden van een gemeenteraad waarbij het aantal te verdelen zetels minder dan negentien is: tien.

voor de kieskring bij de verkiezing van de leden van een gemeenteraad waarin het aantal te verdelen zetels minder dan negenendertig, doch minimaal negentien is: twintig.

voor iedere andere kieskring: dertig.

2. Verklaringen van ondersteuning voor een kieskring kunnen slechts worden afgelegd door personen die binnen die kieskring als kiezer zijn geregistreerd voor de desbetreffende verkiezing.

2. De eerste volzin van het derde lid komt te luiden: De kiezer die een verklaring van ondersteuning wenst af te leggen, ondertekent binnen een termijn van veertien dagen voorafgaand aan of op de dag van de kandidaatstelling deze verklaring in het gemeentehuis van de gemeente waar hij als kiezer is geregistreerd, in aanwezigheid van de burgemeester of een door deze daartoe aangewezen ambtenaar.

B

In onderdeel X wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Het vijfde lid vervalt.

C

Na onderdeel AV worden vier onderdelen ingevoegd, luidende:

AVa

Artikel J 21 komt te luiden:

Artikel J 21

De burgemeester draagt zorg dat voldoende stembiljetten en formulieren voor de processen-verbaal voor aanvang van de stemming bij elk stembureau in zijn gemeente aanwezig zijn.

AVb

De artikelen J 22 en J 23 vervallen.

AVc

Artikel J 25, tiende lid, komt te luiden:

10. De voorzitter houdt aantekening van het aantal ingenomen geldige stempassen.

AVd

Artikel J 29 komt te luiden:

Artikel J 29

1. Indien het stembureau blijkt dat een kiezer het stembiljet niet in de stembus steekt, houdt de voorzitter daarvan aantekening.

2. Indien een kiezer zijn stembiljet teruggeeft, wordt dit door de voorzitter onmiddellijk onbruikbaar gemaakt op een bij algemene maatregel van bestuur te regelen wijze.

D

Na onderdeel BQ wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

BQa

In artikel M 1 vervalt «wegens zijn beroep of werkzaamheden of wegens het beroep of de werkzaamheden van zijn echtgenoot, geregistreerde partner, levensgezel of ouder,».

E

Onderdeel BY komt te luiden:

BY

Artikel M 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid vervalt de vierde zin.

2. Het vierde lid komt te luiden:

4. De burgemeester bewaart de pakken, bedoeld in het derde lid, drie maanden nadat over de toelating van de gekozenen is beslist. Daarna vernietigt hij deze pakken onmiddellijk. Van de vernietiging wordt proces-verbaal opgemaakt.

F

Onderdeel CF komt te luiden:

CF

De artikelen N 1 en N 2 komen te luiden:

Artikel N 1

1. Onmiddellijk nadat de stemming is geëindigd, stelt het stembureau vast de aantallen geldige stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen. De som van deze aantallen is het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten.

2. De aantallen worden door de voorzitter aan de aanwezige kiezers medegedeeld.

Artikel N 2

1. Het stembureau doet in afzonderlijke pakken:

a. de geldige stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen;

b. de onbruikbaar gemaakte stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen;

c. de onbruikbaar gemaakte stembiljetten;

d. de niet gebruikte stembiljetten.

2. Elk pak wordt verzegeld en voorzien van de naam van de gemeente en het nummer van het stembureau.

G

Na onderdeel CF worden vier onderdelen ingevoegd, luidende:

CFa

Artikel N 4 vervalt.

CFb

Aan artikel N 6 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. De som van de aantallen op kandidaten uitgebrachte stemmen, blanco stemmen en ongeldige stemmen is het aantal stemmen dat is geteld.

CFc

Na artikel N 8 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel N 8a

Het stembureau stelt vast het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk geeft het stembureau hiervoor een verklaring.

CFd

Artikel N 9, eerste lid, eerste lid, komt te luiden:

1. Terstond nadat de stemmen zijn opgenomen, deelt de voorzitter de aantallen, bedoeld in de artikelen N 6 en N 8a, mede. Door de aanwezige kiezers kunnen mondeling bezwaren worden ingebracht.

H

Onderdeel CG komt te luiden:

CG

Artikel N 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt «of een door deze aan te wijzen ambtenaar».

2. Het derde lid komt te luiden:

3. De burgemeester stelt tevens vast:

a. het aantal blanco stemmen;

b. het aantal ongeldige stemmen;

c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk geeft de burgemeester hiervoor een verklaring.

I

Na onderdeel CHa wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

CHb

Artikel N 15 komt te luiden:

Artikel N 15

In afwijking van artikel N 1, eerste lid, stelt het stembureau vast het aantal door het stembureau ontvangen retourenveloppen en het aantal ingevolge artikel M 11 terzijde gelegde retourenveloppen. Het verschil tussen deze aantallen is het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten.

J

Na onderdeel CL wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

CLa

Artikel O 2, tweede lid, komt te luiden:

2. Het hoofdstembureau stelt tevens vast:

a. het aantal blanco stemmen;

b. het aantal ongeldige stemmen;

c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk geeft het hoofdstembureau hiervoor een verklaring.

K

Na onderdeel CW wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

CWa

Artikel P 20, eerste en tweede lid, komen te luiden:

1. Het centraal stembureau stelt de uitslag van de verkiezingen zo spoedig mogelijk vast. Het centraal stembureau stelt tevens vast:

a. het aantal blanco stemmen;

b. het aantal ongeldige stemmen;

c. het aantal stemmen dat bij volmacht is uitgebracht; en

d. het verschil tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten en het aantal stemmen dat is geteld. Voor zover mogelijk geeft het centraal stembureau hiervoor een verklaring.

2. De vaststelling en bekendmaking geschieden in een openbare zitting van het centraal stembureau. Dag en uur van de zitting worden door de voorzitter van het centraal stembureau tijdig bekend gemaakt. De wijze van bekendmaking wordt geregeld bij algemene maatregel van bestuur.

L

Onderdeel DE komt te luiden:

DE

Artikel R 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt een zin toegevoegd, luidende:

Tenzij een gemachtigde, bedoeld in de artikelen R 9 of R 9a, wordt aangewezen wordt op deze verklaring vermeld op welk adres de kandidaat de kennisgeving van zijn benoeming, bedoeld in artikel V 1, wil ontvangen.

2. Het vijfde lid vervalt.

M

Na onderdeel ES wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

ESa

In artikel Ya 44, tweede lid, wordt «De artikelen I 7, derde tot en met vijfde lid» vervangen door: De artikelen I 7, eerste lid, tweede volzin, derde tot en met vijfde lid.

TOELICHTING

Naar aanleiding van de evaluatie van de Tweede Kamerverkiezingen van september 2012 worden, mede naar aanleiding van het advies van de Kiesraad hierover d.d. 14 november 2012, enkele uitvoeringstechnische verbeteringen in het kiesrecht voorgesteld.

Onderdeel A: Ondersteuningsverklaringen

De termijn voor het afleggen van een ondersteuningsverklaring door een kiezer bedraagt zeven dagen voorafgaand aan of op de dag van kandidaatstelling. Bij de afgelopen verkiezing is gebleken dat deze termijn voor nieuwe politieke partijen tot problemen kan leiden. Daarom wordt voorgesteld, zoals ook door de Kiesraad is geadviseerd, deze termijn tot twee weken te verlengen.

Verder wordt voorgesteld het aantal te overleggen ondersteuningsverklaringen voor kieskring 20 (Bonaire) te verlagen van ten minste dertig naar ten minste tien. Deze uitzondering is wenselijk, omdat het gezien het inwoneraantal van de eilanden en de geografische spreiding ten opzichte van de andere kieskringen voor politieke partijen lastiger is om het aantal benodigde ondersteuningsverklaringen te verzamelen.

Onderdelen B en L: Model voor de instemmingsverklaring

Het model voor de instemmingsverklaring van een kandidaat die wil meedoen aan een verkiezing, gaat ook gelden voor een kiezer die buiten Nederland woonachtig is. Tot op heden was de instemmingsverklaring voor kandidaten die in het buitenland woonachtig zijn vormvrij. Omdat het formulier eenvoudig digitaal beschikbaar is, is er geen reden meer voor deze uitzondering.

Onderdelen C en E tot en met K: Contexttellingen

De huidige Kieswet schrijft gedetailleerd voor welke onderscheidene tellingen door het stembureau worden verricht en welke daarvan in het proces-verbaal (model N-10) moeten worden vermeld door het stembureau. Daarbij is ook een aantal contexttellingen voorgeschreven, ook wel vierkantsvergelijkingen genoemd: deze tellingen zijn niet noodzakelijk voor het berekenen van de uitslag maar beogen controlegegevens te genereren. Het gaat dan om de tellingen van het aantal stembiljetten dat bij aanvang van de stemming beschikbaar is, het aantal kiezers dat niet is toegelaten tot de stemming, en het aantal aan het einde van de stemming niet gebruikte stembiljetten. Uit de processen-verbaal van de stembureaus blijkt dat deze tellingen vaak niet of niet correct worden uitgevoerd danwel achteraf kloppend worden gemaakt – en mede daardoor vragen oproepen over de betrouwbaarheid van de telling. De regering heeft het advies van de Kiesraad overgenomen om daarom de tellingen te schrappen die minder relevant zijn voor de verkiezingsuitslag. Ook de Venice Commission (onderdeel van de Raad van Europa dat zich bezighoudt met onder meer adviseren over verkiezingen) stelt dat het beter is slechts een of twee tellingen goed uit te voeren: hoe meer tellingen worden uitgevoerd hoe groter de kans op vergissingen.1

Ook is van de gelegenheid gebruik gemaakt een aantal andere tellingen te schrappen die niet essentieel zijn voor de uitslagbepaling.

De volgende contexttellingen worden geschrapt:

het aantal stembiljetten voor iedere gemeente (artikel J 21);

het aantal stembiljetten voor ieder stembureau (artikel J 22);

de telling van de beginvoorraad van de stembiljetten (artikel J 23);

het aantal kiezers dat niet tot de stemming is toegelaten (artikel J 25, tiende lid);

het aantal niet echte of ongeldige stempassen (artikel J 25, tiende lid);

het aantal uitgereikte stembiljetten (artikel J 25, tiende lid, en N 1, eerste lid, onderdeel b);

het aantal retourenveloppen dat door de burgemeester ter zijde wordt gelegd (artikel M 8, derde lid);

het aantal kiezers dat zich heeft aangemeld (artikel N 1, eerste lid, onderdeel a);

het aantal teruggegeven stembiljetten (artikel N 1, eerste lid, onderdeel d);

het aantal niet gebruikte stembiljetten (artikel N 1, eerste lid, onderdeel e);

het tellen van de stembiljetten als ze nog dichtgevouwen zijn (artikel N 4).

Het voorstel is dat de stembureauleden en tellers zich primair kunnen richten op de telling van de stembiljetten die worden aangetroffen in de stembus. Deze zijn ten slotte bepalend voor de verkiezingsuitslag.

Wel stelt het stembureau vast het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten. Omdat dit aantal gelijk behoort zijn aan het aantal stembiljetten dat in de stembus is aangetroffen, wordt aldus informatie verschaft over de betrouwbaarheid van de telling of stemming. Dit aantal wordt vastgesteld door telling van het aantal geldige stempassen, kiezerspassen en volmachtbewijzen die gedurende de dag zijn ontvangen. Eventuele verschillen tussen het aantal kiezers dat tot de stemming is toegelaten en het aantal stembiljetten dat in de stembus is aangetroffen, dienen door het stembureau genoteerd te worden, met indien mogelijk een verklaring daarvoor. De vraag of, en zo ja in welke mate, de betrouwbaarheid van de telling of stemming in het geding is, is uiteindelijk een verantwoordelijkheid van het vertegenwoordigend orgaan, in het kader van het geloofsbrievenonderzoek. Mede op basis van deze contexttelling kan het vertegenwoordigend orgaan daarover een uitspraak doen.

De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) heeft zich in haar rapport naar aanleiding van de Tweede Kamerverkiezingen van september 2012 opnieuw uitgesproken tegen de Nederlandse volmachtpraktijk en daarbij het standpunt ingenomen dat het te eenvoudig is om een onderhandse volmacht te verlenen. Daarnaast heeft de OVSE kritiek geuit op het ontbreken van informatie over het aantal stemmen dat bij volmacht wordt uitgebracht. Dit wordt nu immers alleen op het niveau van het stembureau genoteerd maar niet geaggregeerd. Mede naar aanleiding hiervan adviseert de Kiesraad om dit aantal in de toekomst wel te aggregeren. Dit advies is overgenomen, zodat informatie beschikbaar komt over het aantal volmachtstemmen per verkiezing en per gemeente. Daarom wordt geregeld om het aantal volmachtstemmen niet alleen op te nemen in het proces-verbaal van het stembureau, maar ook in de processen-verbaal van de gemeente, hoofd- en centrale stembureaus.

Tot slot is van de gelegenheid gebruik gemaakt de artikelen J 21 tot en met J 23 aan te passen aan de huidige praktijk, waarbij elke gemeente zelf er zorg voor draagt dat de stembiljetten en formulieren voor de processen-verbaal tijdig in gereedheid worden gebracht. Uiteraard staat het gemeenten vrij om hierbij gezamenlijk overeenkomsten te sluiten met drukkers.

Onderdeel D: Het stemmen per brief vanuit het buitenland

Artikel M 1 van de Kieswet schrijft voor welke kiezers vanuit het buitenland per brief mogen stemmen. Dit is beperkt tot kiezers die voor beroep of werkzaamheden langdurig in het buitenland verblijven. In de praktijk zijn er echter ook andere redenen voor langdurig verblijf in het buitenland, zoals studie. Bovendien beschikt de gemeente Den Haag, de instantie die over de aanvraag moet oordelen niet over informatie om de reden van langdurig verblijf te verifiëren. De Kiesraad adviseert daarom de redactie van de wetsbepaling aan te passen en niet afhankelijk te maken van een reden. Dit advies is overgenomen. Uiteraard is stemmen via brief op grond van artikel M 1 alleen mogelijk als de kiezer niet meer staat ingeschreven in een Nederlandse gemeente. Indien de kiezer nog is ingeschreven en hij tijdelijk in het buitenland verblijft dient hij een aanvraag om in het buitenland per brief te mogen stemmen op grond van artikel M 3 Kieswet aan zijn gemeente te richten.

Onderdeel M: Beroepstermijn

In artikel Ya 44 wordt een technische omissie hersteld, omdat in het artikel niet is geregeld dat ook bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao en Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, een verkorte beroepsprocedure geldt tegen een beslissing omtrent de geldigheid van een kandidatenlijst. Deze korte beroepsprocedure is wel nodig, omdat anders niet tijdig duidelijk is welke kandidatenlijsten onherroepelijk geldig zijn.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk