Kamerstuk 33187-7

Brief van de minister bij de aanbieding van de nota n.a.v. het verslag inzake de Wet educatie en beroepsonderwijs (33 187), met daarin de mededeling m.b.t. de invoering van de wet in relatie tot het Lente-akkoord

Dossier: Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs ten behoeve van het bevorderen van doelmatige leerwegen in het beroepsonderwijs en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs

Gepubliceerd: 6 juli 2012
Indiener(s): Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA)
Onderwerpen: beroepsonderwijs onderwijs en wetenschap
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33187-7.html
ID: 33187-7

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juli 2012

Hierbij bied ik u aan, mede namens mijn ambtgenoot van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de nota naar aanleiding van het verslag inzake het voorstel van wet tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs (33 187, nr. 8). In het kader van het Lente-akkoord is afgesproken dat de maatregelen die beschreven zijn in dit voorstel niet eerder dan in het schooljaar 2014–2015 hun beslag krijgen.

Mijn voorstel is echter één onderdeel al eerder (namelijk in 2013) in werking te laten treden, te weten de voorgenomen aanscherping van de urennormatiek voor maatwerk-bbl-trajecten (beroepsbegeleidende leerweg).

Ter toelichting het volgende. Ik krijg regelmatig signalen dat niet-bekostigde en bekostigde instellingen bbl-trajecten vormgeven met te weinig begeleide onderwijsuren. Dit past niet in de geest van de wet en ik heb hierover regelmatig overleg gevoerd met NRTO en MBO Raad. Al ruim voor het Actieplan «Focus op Vakmanschap» heb ik richting de Tweede Kamer aangegeven dat ik het wenselijk vind dat bbl-trajecten minimaal 240 begeleide onderwijsuren per jaar tellen (Kamerstukken II, 2009–2010, 31 524, nr. 65). Het voorliggende wetsvoorstel voorziet daarin.

Gelet op het bovenstaande acht ik het daarom gewenst dat dit onderdeel conform oorspronkelijke planning in gaat. Ik laat deze zomer daartoe een nota van wijziging voorbereiden die ik voor het einde van het reces aan uw Kamer zal sturen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart