Kamerstuk 33045-9

Reactie op het amendement Van der Staaij/Dijkstra (33045 nr. 8) over het ontzien van huishoudens waarbij het zorggebruik voldoende is voor twee of meer tegemoetkomingen bij de inkomenstoets

Dossier: Wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten teneinde het recht op een tegemoetkoming afhankelijk te maken van de draagkracht

Gepubliceerd: 22 december 2011
Indiener(s): Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen: organisatie en beleid zorg en gezondheid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33045-9.html
ID: 33045-9

Nr. 9 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 december 2011

Op donderdag 15 december (Handelingen II 2011/12, nr. 37, behandeling wetsvoorstel Wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten teneinde het recht op een tegemoetkoming afhankelijk te maken van de draagkracht (33 045) hebben uw Kamer en ik – op constructieve wijze – gedebatteerd over het voorstel tot wijziging van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten teneinde het recht op een tegemoetkoming afhankelijk te maken van draagkracht.1

Nadien hebben de geachte afgevaardigden van der Staaij en Dijkstra een amendement ingediend dat er op gericht is om huishoudens die meer dan één tegemoetkoming ontvangen te ontzien bij de inkomenstoets.2 Als gevolg van dit amendement zouden huishoudens met een inkomen boven de bekende inkomensgrenzen slechts ten hoogste één tegemoetkoming verliezen. De kosten van dit amendement bedragen circa € 15 miljoen. Budgettaire dekking wordt gevonden in een verlaging van de tegemoetkomingen met 4% met ingang van tegemoetkomingsjaar 2012.

Aan dit amendement is een aantal nadelen verbonden. In de eerste plaats zullen als gevolg van de hiervoor genoemde verlaging van de tegemoetkomingen ook huishoudens met een bescheiden inkomen meebetalen aan het ontzien van de huishoudens die conform het wetsvoorstel meerdere tegemoetkomingen verliezen. Bovendien leidt dit amendement tot extra uitvoeringslasten voor de uitvoerder van de Wtcg, het CAK. Deze worden onder andere veroorzaakt door de additionele aanpassingen van de ICT-systemen en de verwachte verhoogde inzet van het call-center om uitleg aan huishoudens te geven over deze uitzondering.

Als overwegende blijf ik van mening dat in het oorspronkelijke wetsvoorstel de beschikbare middelen voor de groep chronisch zieken en gehandicapten het meest gericht worden ingezet voor de mensen die deze het hardst nodig hebben. Daarnaast blijven in het oorspronkelijke wetsvoorstel – in tegenstelling tot het amendement – de uitvoeringslasten relatief beperkt. Ik ontraad daarom het amendement.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers