Kamerstuk 32317-406

Verslag van een algemeen overleg

JBZ-Raad

Gepubliceerd: 13 april 2016
Indiener(s): Malik Azmani (VVD), Loes Ypma (PvdA)
Onderwerpen: europese zaken internationaal
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32317-406.html
ID: 32317-406

Nr. 406 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 13 april 2016

De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie en de vaste commissie voor Europese Zaken hebben op 9 maart 2016 overleg gevoerd met Staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie over:

  • de brief van de Minister van Veiligheid en Justitie d.d. 2 maart 2016 inzake de geannoteerde agenda JBZ-Raad 10 en 11 maart 2016 en monitoringsoverzicht JBZ-dossiers 1e kwartaal 2016 (Kamerstuk 32 317, nr. 394);

  • de brief van de Minister van Veiligheid en Justitie d.d. 9 februari 2016 met een verslag van de informele bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken, 25-26 januari 2016 te Amsterdam (Kamerstuk 32 317, nr. 385);

  • de brief van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie d.d. 29 februari 2016 met antwoorden op vragen van de commissie over het EU-voorstel: Verordening Europese grens- en kustwacht COM (2015) 671, het EU-voorstel inzake een Raadsbesluit tijdelijk uitstel verplichtingen Zweden inzake relocatie (COM (2015) 677) en het EU-voorstel inzake Aanbeveling vrijwillige regeling met Turkije inzake toelating vluchtelingen op humanitaire gronden (C (2015) 9490) (Kamerstuk 34 370, nr. 3);

  • de brief van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie d.d. 7 maart 2016 met een verslag van de extra Raad Justitie en Binnenlandse Zaken van 25 februari 2016 (Kamerstuk 32 317, nr. 396);

  • het EU-voorstel van de Europese Commissie d.d. 7 maart 2016 inzake mededeling Terug naar Schengen, een stappenplan COM (2016) 120.

Van dit overleg brengen de commissies bijgaand geredigeerd woordelijk verslag uit.

De voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, Ypma

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Azmani

De griffier van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, Nava

Voorzitter: Azmani

Griffier: Loeffen

Aanwezig zijn zeven leden der Kamer, te weten: Azmani, Fritsma, Gesthuizen, Van Klaveren, Kuiken, Sjoerdsma en Voordewind,

en Staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie.

Aanvang 12.02 uur.

De voorzitter: Ik heet de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, zijn ambtenaren, de mensen op de publieke tribune en natuurlijk ook de leden van harte welkom. Wij hebben twee uur voor dit algemeen overleg. Ik stel voor, in de eerste termijn van de Kamer een spreektijd te hanteren van vier minuten, met maximaal twee interrupties.

De heer Fritsma (PVV): Voorzitter. Helaas heeft de Europese Unie afgelopen maandag rond de asielcrisis een principeakkoord gesloten met Turkije. De PVV-fractie heeft zich altijd tegen zo'n akkoord verzet. Wij zagen dan ook met lede ogen aan hoe de premier maandag met open ogen in de Turkse val tuinde. Daarmee is het kabinet diep gezonken. Het lot van de Nederlandse bevolking is in handen gelegd van Erdogan, een Turkse tiran die waarschijnlijk meer journalisten dan criminelen de gevangenis in heeft gegooid. Turkije is de duidelijke winnaar van deze verschrikkelijke deal en kan er nu op los chanteren. Er moet nog meer geld komen, de Turken moeten nog sneller zonder visum naar de EU kunnen reizen en EU-toetreding moet nog sneller in zicht komen. Naast de huidige asielinvasie krijgen we dus ook te maken met een Turkse invasie. Dat is dan ook meteen de enige zekerheid die het akkoord biedt.

Turkije heeft herhaaldelijk aangetoond zich niet aan gemaakte afspraken te houden. Het land belooft al maandenlang om de migrantenstroom richting de EU te verminderen, maar in de praktijk komt hier helemaal niets van terecht. Waarom zal dat nu anders zijn? Zelfs als afspraken wel worden nagekomen, krijg je slechts een waterbedeffect. Dan kiezen migranten gewoon andere routes naar de West-Europese verzorgingsstaten. Mensensmokkelaars adverteren hier overigens nu al mee. Kan de Staatssecretaris ook op dat punt reageren?

Dan is er natuurlijk ook nog het absurde uitruilsysteem dat in de deal zit. Voor elke Syriër die vanuit de EU terug wordt gestuurd naar Turkije, krijgen we automatisch een andere Syriër terug. Per saldo schieten we daar natuurlijk weinig mee op. Dat is tekenend voor hoe het kabinet de burger voor de gek wil houden.

Er is natuurlijk ook nog de onduidelijkheid over hoeveel asielzoekers er precies via de reeds veelbesproken luchtbrug van Turkije naar de EU moeten worden gebracht, of dat binnen of buiten de deal valt en welke landen daar wel of niet aan meedoen, bijvoorbeeld Denemarken, Oostenrijk en Hongarije. Graag krijgen we helderheid hierover en ook opnieuw over de vraag of deze hervestiging pas begint als de migrantenstroom van Turkije naar de EU nul is. De Staatssecretaris leek in het vorige AO dat laatste namelijk wat op te rekken.

Er zijn nog veel meer vragen te stellen over deze rare deal, maar mijn belangrijkste oproep aan het kabinet blijft natuurlijk om die deal tussen de EU en Turkije helemaal van tafel te vegen. Dat kan nog steeds. De asielcrisis moet niet door de EU of Turkije worden opgelost, maar we moeten het zelf doen door de eigen Nederlandse grenzen te sluiten en geen enkele asielzoeker meer toe te laten. Dan hoef je ons land ook niet uit te verkopen aan een Turkse dictator.

De heer Sjoerdsma (D66): Voorzitter. Iedere stap naar een gemeenschappelijke aanpak van de vluchtelingencrisis is er een. Het is ook goed dat er stappen worden gezet, maar het is wel de vraag of dit de goede stappen zijn en of deze gemeenschappelijke aanpak de juiste is. Vandaag ligt de vraag voor: lukt het Nederland als voorzitter van de Europese Unie om tot een gezamenlijke aanpak te komen zonder belangrijke principes overboord te gooien? Volgens mij bestaan daar niet alleen bij mijn fractie, maar bij meerdere fracties serieuze vragen over. Tegelijkertijd moeten wij constateren dat er geen finale deal op tafel ligt, dus dat we praten over een tussenstand, over iets waarover nog onderhandeld moet worden. Los van deze belangrijke twijfel heeft mijn fractie vandaag vooral veel vragen.

Wat levert dit ons op? Gaat Europa echt alle vluchtelingen terugsturen naar Turkije, dus niet alleen degenen die weinig kans maken op asiel, maar alle vluchtelingen? Of geldt dit alleen voor vluchtelingen die aankomen in Griekenland vanuit Turkije? Hoe wil men voorkomen dat als deze deal in werking treedt, er een waterbedeffect optreedt en vluchtelingen andere routes, andere overtochten zullen nemen? Hoe willen we voorkomen dat vluchtelingen die nu in Jordanië, Libanon en Noord-Irak zitten, denken: in Turkije heb ik wel een kans op resettlement, laat ik naar Turkije gaan?

Een andere vraag gaat over de kosten: wat kost ons dit? Dat is natuurlijk een financiële en een morele vraag. De rechten van mensen op de vlucht zijn zorgvuldig vastgelegd in internationale verdragen. Zelfs als Turkije wordt aangemeld als veilig derde land, moet er altijd een asielaanvraag worden ingediend voordat iemand per kerende veerboot teruggestuurd kan worden. Dat is het fundament van het asielrecht. Ik herinner de regering graag aan de aangenomen motie-Pechtold, waarmee ertoe werd opgeroepen om op geen enkele wijze in te stemmen met een aantasting van het fundamentele recht op het aanvragen van asiel. Kan de Staatssecretaris toezeggen dat op die manier naar asielaanvragen wordt gekeken? Hoe wil het kabinet dat dan doen? Op welke manier worden die aanvragen dan in Griekenland nog gedaan?

In verband met de kosten vraag ik aan de Staatssecretaris of er echt 3 miljard extra naar Turkije gaat. Wie gaat dat betalen? Ik vraag dit ook, omdat fracties vorige week nog dreigden met sancties en met stokken, maar dit lijkt toch een heel serieuze wortel richting Turkije.

Het volgende punt is hervestiging. Voor iedere Syriër die Turkije terugneemt, neemt de EU er een op uit een vluchtelingenkamp. Maar wat als er geen bootjes meer naar Europa komen? Wat doen we dan nog aan hervestiging? Doen we dan niks meer, doen we dan de 5% van Halbe Zijlstra of doen we dan iets anders? Wat vraagt Turkije en wat wil de EU leveren?

Mijn laatste vraag gaat over de uitvoerbaarheid. Eurojust kwam met een uitermate kritisch rapport waarin werd gesteld dat Turkije, even los van de politieke wil, de capaciteit niet heeft om de met de EU afgesproken maatregelen uit te voeren. Ik vraag de Staatssecretaris daarop te reflecteren en ook op de vraag of het klopt dat Turkije van de 72 vereisten voor visumliberalisatie er op dit moment nog 46 open heeft staan. Hoe kan het kabinet dan erin geloven dat we op korte termijn komen tot visumliberalisatie met Turkije? Graag krijgen wij een reactie van de Staatssecretaris.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Het is goed dat we nu spreken over de Turkijedeal, zoals die inmiddels heet. Het is goed dat de EU geld vrijmaakt voor humanitaire opvang van de vluchtelingen in Turkije. Wij hebben vorige week ook een debat hierover gehad. Toen werd de Partij van de Arbeid nogal flink onder vuur genomen, omdat ze te goedgelovig zou zijn en een gebaar van goede wil wilde maken. We zien nu dat de Minister-President een gebaar van goede wil maakt door namens de EU nog een keer 3 miljard aan Turkije aan te bieden, terwijl er nog geen concrete, zichtbare substantiële maatregelen zijn genomen door Turkije. Wat doet de Staatssecretaris nu geloven dat de Turken op dit moment wel aan hun verplichtingen willen voldoen? Na de toezegging van de eerste 3 miljard hebben zich in de positie van vluchtelingen daar nog geen significante verbeteringen voorgedaan.

In deze deal wordt blijkbaar ook weer de koppeling gelegd tussen de versnelde toetreding, het EU-lidmaatschap, en het visumvrij reizen naar Europa. Er wordt constant gesproken over versnelde toetreding. Ik kan niet anders dan dat koppelen aan een versoepeling van de criteria. Eerder heeft de Kamer een motie aangenomen dat er geen combi gemaakt mag worden van de toetredingsgesprekken en de humane opvang van vluchtelingen. Dat blijkt nu wel het geval te zijn. Ik vraag daarop een reactie van de Staatssecretaris.

Het terugnemen van vluchtelingen door Turkije is een belangrijk element in het plan inzake de Turkijedeal. Wij hebben daarop reacties gehoord van de UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de VN, maar ook van Amnesty. Zij zeggen dat het op dit moment volkenrechtelijk absoluut onacceptabel is om mensen terug te sturen naar Turkije, omdat dat nog niet volledig voldoet aan het Vluchtelingenverdrag van de VN. Hoe gaat Europa daarop reageren? Wanneer voorziet de Staatssecretaris dat Turkije zijn zaken wel op orde zal hebben?

Ik ga even terug naar die miljarden. Onder welke misschien vernieuwde voorwaarden is de extra 3 miljard toegezegd? Voorheen sprak de Minister over een substantiële daling naar nul. Wat moet er nu gebeuren voordat die andere miljarden worden uitbetaald?

Er wordt ook gesproken over safe havens, zo viel mij op in de persverklaring van Tusk, en wel in Noord-Syrië. Daar zouden vluchtelingen kunnen worden opgevangen. Hoe moeten wij de uitwerking daarvan zien? We hebben in de Kamer eerder gesproken over safe havens. Het zou lastig zijn, omdat je daarvoor grondtroepen nodig zou hebben. Voorzien de EU en Nederland dan ook militaire inzet van grondtroepen in Noord-Syrië? Hoe voorziet het kabinet de steun aan de Democratische Unie Partij (PYD) of de Syrian National Democratic Council (SNDC) om een veilige haven te creëren in Noordoost-Syrië, waarvoor de ChristenUnie al eerder heeft gepleit? Ik ben erg benieuwd naar de uitwerking van dat plan.

Ik heb nog een vraag over de hotspots. De Grieken zijn erg gedwongen geweest om te registreren en te selecteren aan de buitengrenzen, op de eilanden. Wij zijn daar ook geweest. Wat is nu nog het nut van die selectie als mensen komen vast te zitten aan de Balkangrenzen? Wat levert dat nog voor hen op, als zij kunnen worden teruggestuurd naar Turkije? Ik vraag even naar nut en noodzaak van die hotspots, als mensen toch worden teruggestuurd naar Turkije en mensen die al zo'n papiertje hebben waarop staat dat zij Syriër zijn, straks de Balkanroute niet meer mogen nemen?

Ten slotte heb ik een vraag over de Europese grens- en kustwacht. Ik begrijp dat er ontwikkelingen zijn met betrekking tot de toestemming van de Europese Raad daarvoor. Is dat al daadwerkelijk verwerkt in het voorstel van de Europese Commissie? Mijn fractie denkt nog steeds dat dat soevereiniteitsoverdracht richting de Europese Unie betekent en zal dan ook daartegen blijven.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Voorzitter. «Rutte moet Erdogan harder aanpakken.» Dat zei de hoofdredacteur van de Nederlandse uitgave van Zaman, het dagblad dat door de Turkse staat in de ban is gedaan, maar helaas voor deze Turkse journalisten capituleerde onze premier voor de dictator uit Ankara. De deal tussen de EU en Turkije is één groot drama. Het is een waardeloos akkoord waarbij jaarlijks 6 miljard euro wordt uitgekeerd aan een autoritaire staat. Over de rug van migranten chanteert Turkije zich nu de EU in en over een paar maanden kunnen de Turken al visumvrij reizen. Wat krijgt de EU daar nu voor terug? Helemaal niets. De asielzoekers zullen namelijk blijven komen. De migrantenruil zal netto niets aan de instroom veranderen. Turkije laat ons in het onderhandelingsspel lachend alle hoeken van de kamer zien. De EU zit in de tang bij Erdogan.

Slecht gedrag wordt beloond. Terwijl de Turken de persvrijheid hebben afgeschaft, durven de Europese leiders hierover niets te zeggen. Eigen principes over democratie en mensenrechten worden goedkoop overboord gegooid. Niet Turkije maar de EU is reeds de zieke man van Europa. Hoe heeft het allemaal zo ver kunnen komen, vragen een hoop mensen zich af. Het antwoord is Angela Merkel. Zij heeft met haar welkomstbeleid Europa in brand gezet en dit kabinet durft hier nog steeds niet expliciet afstand van te nemen. Het is zowel laf als naïef. De oplossing is helemaal niet zo moeilijk. Wij zeggen: maak geen afspraken met onbetrouwbare partners. Laat Turkije nooit toetreden tot de EU. Leg een vlootblokkade aan in de Egeïsche Zee en stuur migranten terug naar de Turkse kust. Sluit de eigen grenzen voor nieuwe asielzoekers en vang asielzoekers enkel op in de eigen regio.

Het is een schande dat de rijke Golfstaten al jarenlang helemaal niets doen. Er is daar genoeg geld en er is daar genoeg ruimte. Is de Staatssecretaris eindelijk bereid om deze landen hier heel expliciet op te wijzen? Graag krijgen wij een reactie.

Het kabinet zou moeten aansluiten bij het gezonde realisme van de Oost-Europese landen. Zij zijn niet bereid om nieuwe asielzoekers op te nemen en zullen het voorstel voor een luchtbrug vetoën. Mijn fractie zegt: als er al een luchtbrug moet komen, dan alleen om afgewezen asielzoekers terug te sturen.

Premier Rutte heeft ons land met deze deal in de uitverkoop gedaan. Het plan is net als het vorige gedoemd te mislukken. Nederland verdient een kabinet dat opkomt voor het eigen nationale belang.

Ik sluit af met de volgende vier vragen. Hoeveel asielzoekers verwacht het kabinet nu dat er per jaar minder naar Europa komen door deze deal? Wie gaat nu bepalen wie een vluchteling is, Turkije of EU? En als het antwoord Turkije is, acht het kabinet Turkije daar serieus toe in staat en hoe betrouwbaar zal dat zijn? Hoe wordt voorkomen dat er na het afsluiten van de Balkanroute nieuwe routes zullen ontstaan, onder andere via Libië?

Mevrouw Gesthuizen (SP): Voorzitter. Om te beginnen moet mij even het volgende van het hart. Wij hebben een nette rechtsstaat waarin de rechten van iedereen verzekerd zijn: mensenrechten, zaken waarover landen overeenstemming hebben bereikt in bijvoorbeeld internationale verdragen zoals het Vluchtelingenverdrag van de VN. Ik vind het opvallend dat partijen die daar een heel grote mond over hebben en als eerste roepen dat dat soort verdragen maar opgezegd moet worden, zich er blijkbaar niet van bewust zijn dat zij er ook zelf van profiteren dat die zaken in Nederland zo goed geregeld zijn. Wij respecteren mensenrechten wel, waaronder de vrijheid van meningsuiting. Het is jammer dat partijen zich niet realiseren dat dat ook voor andere mensen weggelegd zou moeten zijn.

Dan de Turkijedeal tussen de Europese Unie en Turkije. Er is een heel lange lijst met vragen ingediend door de commissie voor Europese Zaken. Eigenlijk staan alle vragen die ik hier had kunnen stellen daar ook in, maar ik weet ook dat de antwoorden daarop voor een deel nog niet te geven zijn. Voor een deel zullen wij voor die antwoorden moeten wachten tot 17 maart. Dat is spijtig, want ik zou het er heel graag nu al heel uitgebreid over hebben.

Ik wil in ieder geval een heel principiële kwestie aan de Staatssecretaris voorleggen. Dat heeft te maken met een stuk dat op internet te vinden is van de UNHCR, die stelt: «An asylum-seeker should only be returned to a third state, if (a) responsibility for assessing the particular asylum application in substance is assumed by the third country; (b) the asylum-seeker will be protected from refoulement; (c) the individual will be able to seek and, if recognized, enjoy asylum in accordance with accepted international standards, and have full and effective access to education, work, health care and, as necessary, social assistance.»

Dat zijn eigenlijk de zaken die wij hier steeds al onder de aandacht brengen als het gaat om Turkije. Dit is een oproep van de UNHCR. Het is iets waarvan tot dusver steeds een meerderheid van de Kamer heeft gezegd: dit moet geborgd worden, wil je mensen kunnen terugsturen naar een ander land. Zegt het kabinet hierover: dit staat voor ons als een paal boven water en er wordt gewoon niet aan getornd? Het is mijn heilige overtuiging dat als we dit loslaten, we als Europa of als Nederland de facto het Vluchtelingenverdrag van de VN opzeggen en dat daarmee partijen als de PVV en de beweging die de heer Van Klaveren hier vertegenwoordigt, hun zin krijgen. Graag krijg ik een reactie hierop van de Staatssecretaris. Ik ben graag bereid om heel constructief mee te denken over een mogelijkheid om mensensmokkel te beperken en legale migratie te stimuleren en te versterken, maar alleen als ik daarover op een duidelijke manier met de regering in debat kan en als ik heldere antwoorden krijg op mijn vragen.

Wat de Europese grens- en kustwacht betreft, kan ik mij aansluiten bij datgene wat de heer Voordewind daarover heeft gezegd. Dat scheelt weer tijd. Zijn opmerkingen en vragen daarover zijn ook de mijne.

Tot slot Griekenland en de roadmap voor Schengen. De Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) zegt eigenlijk: er moet een alternatief komen voor Dublin, er moet een heel aantal zaken veranderen. Ik vraag mij af wat de regering nu precies wil. Als de Staatssecretaris het zou mogen uittekenen, wat zou dan zijn ideale systeem zijn? De AIV vindt dat een groep EU-lidstaten die de mogelijkheid heeft een voortrekkersrol op zich te nemen, die rol ook op zich zou moeten nemen. Dat heeft natuurlijk nogal wat consequenties. Het betekent namelijk dat de EU-lidstaten die die voortrekkersrol op zich nemen, veel zwaarder worden belast. Wij hebben een bezoek afgelegd aan Griekenland en Macedonië, waar ik heb gesproken met vertegenwoordigers van verschillende regeringen uit het oosten van Europa. Ik vraag mij af hoe de Staatssecretaris c.q. de regering ertegen aankijkt dat landen die wellicht om voornamelijk economische redenen tot de EU zijn gaan behoren, blijkbaar niet erg gecharmeerd zijn van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en een aantal andere afspraken die ook Europees gemeengoed zijn. Hoe gaan wij daarmee om? Is dat alleen maar vervelend, moeten er wellicht sancties komen of moet op enig moment de conclusie worden getrokken dat landen zelf dan maar niet meer tot Schengen kunnen behoren?

Ik zou het echt, als ik het maar eventjes onparlementair mag zeggen, een idioot plan vinden om nu te zeggen: we gaan eerst terug naar Dublin, we willen eerst Dublin claimen op Griekenland en daarna zullen we wel zien of we tot een ander stelsel kunnen komen. Volgens mij is Dublin een van de redenen waarom we nu in Griekenland met deze crisis worden geconfronteerd.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Voorzitter. Er lijkt nu een begin te zijn van een doorbraak om ervoor te zorgen dat we op een effectieve manier bootjes stoppen waarin vluchtelingen zich gedwongen voelen te stappen op weg naar Europa, op weg naar veiligheid. Op het moment dat we in staat zijn om met Turkije een deal te sluiten, kun je dat doen met in ruil daarvoor een luchtbrug om ervoor te zorgen dat erkende vluchtelingen over Europa kunnen worden verdeeld. Tegelijkertijd realiseer ik mij dat dit het begin is van een doorbraak, maar dat die doorbraak er nog niet is en dat er de komende weken nog de nodige stappen moeten worden gezet om dit akkoord rond te krijgen.

Ook zijn er nog een heleboel vragen, bijvoorbeeld over het principe van het veilig derde land. Hoe ziet de selectieprocedure voor hervestiging er uit? Komt het gereserveerde geld daadwerkelijk terecht bij vluchtelingen, wat wel het uitgangspunt is van de deal? Mijn collega's hebben er ook al de nodige vragen over gesteld. Ik krijg daarop graag een reactie van de Staatssecretaris.

Er zijn ook zorgen over de houding van de Turkse overheid zelf. De wijze waarop de Turken omgaan met persvrijheid is een van de voorbeelden die laten zien dat zij op dit moment bij lange na niet in aanmerking komen voor toetreding. Het is wel goed dat de gesprekken over toetreding starten, juist omdat je dan zaken als mensenrechten en persvrijheid kunt bespreken. Wat mijn fractie betreft, moet heel duidelijk zijn dat wat Turkije nu doet niet past bij toetreding tot Europa of zelfs een begin daarvan.

Ik heb al eerder aangegeven dat het voorstel over de Europese grens- en kustwacht op de steun van mijn fractie kan rekenen, maar ik heb nog wel een aantal vragen. Veel parlementen zijn kritisch over het voorstel en bestuderen het kritisch, maar er zijn nog geen negatieve subsidiariteitsoordelen geveld. Zijn er signalen dat dit nog gaat veranderen? Verwacht de Staatssecretaris nog andere problemen? Wat verstaat hij onder een situatie aan de buitengrens waar dringend optreden is vereist? In dat geval kan de Europese Commissie namelijk ingrijpen. Wat zijn de voorwaarden en wat zijn de kaders?

Mijn collega Gesthuizen maakte terecht een aantal opmerkingen over Schengen. Er zijn grote zorgen over Schengen. We hebben al eerder aangeven dat Dublin zoals wij dat kenden failliet is, maar het vraagt natuurlijk wel ook om een visie op de toekomst. Ik hoor graag van de Staatssecretaris hoe hij hiernaar kijkt.

De heer Voordewind (ChristenUnie): We hebben vorige week met de Partij van de Arbeid van gedachten gewisseld over de luchtbrug. Er bleek een meerderheid in de Kamer voor te zijn totdat we de motie van de Partij van de Arbeid zagen die niets meer terug liet komen van die luchtbrug. Wat ziet de Partij van de Arbeid nu vertaald in de plannen van de Europese Unie, als het gaat om die luchtbrug? Mevrouw Kuiken geeft zelf al aan dat een veilig derde land de belangrijkste voorwaarde is om mensen te kunnen terugsturen. Dan gaat het om getallen die parallel moeten zijn aan het aantal dat wordt teruggestuurd naar Turkije; dat zou nu 300 zijn. De Partij van de Arbeid heeft vorige week 400 per dag voorgesteld. Hoe beziet de Partij van de Arbeid nu de plannen die zij vorige week heeft gepresenteerd?

Mevrouw Kuiken (PvdA): Het zou de heer Voordewind sieren als hij gewoon zou erkennen dat er nu een luchtbrug komt, precies zoals wij hebben voorgesteld. Een hervestigingsprogramma is namelijk hetzelfde als een luchtbrug, want je maakt het mogelijk dat mensen vanuit Turkije worden ingevlogen naar andere delen van Europa. Dat stond ook precies in de motie die daartoe opriep. Het aantal hangt een beetje af van het mechanisme. Turkije heeft gezegd: wij nemen mensen terug en in ruil daarvoor mogen mensen ingevlogen worden. Alleen al gelet op de aantallen die bijvoorbeeld in één weekend Chios binnenkwamen, waar wij samen ook bij waren, kunnen dat er 1.001 zijn. Als het er minder zijn, zijn het er 400. Met die aantallen, die 400, komt het wel goed, denk ik zo.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Ik heb toch een ander verslag gelezen van de bijeenkomst van de Europese Unie en Turkije. Ik heb gezien dat de getallen overeen moeten komen met de getallen die men terugstuurt naar Turkije. Uit mijn hoofd zijn dat er tot nu toe 300 geweest. Als we deze getallen hanteren, duurt het 60 jaar voordat we die 160.000 hervestigingen met die luchtbrug hebben overgebracht naar Europa. Gaat de Partij van de Arbeid daar nu echt zo lang over doen, nog even los van het feit dat het eerst een veilig derde land moet zijn?

Mevrouw Kuiken (PvdA): Dit is een eerste stap op weg naar een definitief hervestigingsprogramma. Zo werkt het. U en ik waren nog niet zo lang geleden op Chios, waar in één nacht 1.001 of bijna 1.100 mensen zijn binnengekomen. Op het moment dat de Turken bereid zijn die mensen terug te nemen, kunnen er alleen al op één dag 1.100 mensen Europa worden ingevlogen. Heel veel details zijn nog onduidelijk, maar zo zit het. U kunt niet ontkennen dat wij hebben gepleit voor een luchtbrug; die komt er nu. De aantallen hangen nu af van het een-op-eenmechanisme. Dat zal een voorbode zijn van een definitief hervestigingsprogramma, waarvoor ik mij wederom zal inzetten.

De heer Sjoerdsma (D66): Ik wilde eigenlijk niet verzanden in een discussie of het plan nu wel of niet wordt uitgevoerd. Volgens mij is dat nu niet het belangrijkste. Een belangrijke vraag die ten grondslag ligt aan deze deal, is of mensen die aankomen in Griekenland kunnen worden teruggestuurd naar Turkije. Daarover hoor ik graag de mening van de Partij van de Arbeid. Uw rapporteur in het Europees parlement, mevrouw Piri, is extreem kritisch op Turkije. Dat roept bij mij de vraag op of de Partij van de Arbeid in dit parlement vindt dat asielzoekers volgens deze deal kunnen teruggaan naar Turkije.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Dat vraagt om een juridisch en een politiek antwoord. Juridisch gezien heeft Griekenland al een een-op-eendeal met Turkije, op basis waarvan het mensen kan terugsturen omdat de meeste mensen nu geen asiel aanvragen. Op het moment dat zij asiel aanvragen, kennen de Griekse autoriteiten al een asielprocedure en ook de ruimte om daartegen beroep aan te tekenen. Tegelijkertijd moet ook helder zijn dat als je een deal sluit met Turkije, Turkije zich ook aan zijn deel van de opdracht zal moeten houden, als het gaat over goede waarborgen voor vluchtelingen. Er zullen afspraken gemaakt moeten worden over de totstandkoming van die hervestiging, die luchtbrug. Dat zijn details die we in de volgende weken uitgetekend moeten zien. Daarom heb ik daarover vragen gesteld.

De heer Sjoerdsma (D66): Mevrouw Kuiken doet nu een beetje alsof er in Griekenland een uitgebreide asielprocedure mogelijk is, terwijl de kern van deze deal is dat dat niet het geval is. Sterker nog, de kern van de deal is iets wat de fractievoorzitter van de PvdA ook al eerder heeft bepleit, namelijk: per kerende veerboot weer terug. Ik vraag nog een keer of de PvdA daarachter staat: per kerende veerboot terug op het moment dat het in Turkije bijzonder slecht gesteld is op allerlei vlakken.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Op het moment dat je mensen terugstuurt, geldt nog steeds dat zij het recht hebben om asiel aan te vragen en dat die aanvraag behandeld moet worden. Ik heb nooit gezegd dat dat niet het geval is.

Ik herinner de heer Sjoerdsma eraan dat ook D66 mijn motie heeft gesteund over wederkerigheid: je stuurt mensen terug naar Turkije en je hervestigt mensen vanuit Turkije. Dit is een heel ingewikkelde kwestie en er zijn niet altijd gemakkelijke antwoorden. Dat moet D66 zich ook realiseren. In een wondere wereld deden alle Europese lidstaten gewoon meer dan ze nu doen en hadden we deze discussie met Turkije nog helemaal niet nodig gehad.

Mevrouw Gesthuizen (SP): De interrupties tussen de collega's roepen bij mij de vraag op of de Partij van de Arbeid in ieder geval van mening is dat vreemdelingen die in Griekenland aankomen en aangeven asiel te willen aanvragen, niet teruggestuurd kunnen worden naar een ander land.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Zij moeten de mogelijkheid hebben om asiel aan te vragen en die asielaanvraag moet beoordeeld worden. Op basis daarvan kun je bepalen of je iemand terugstuurt of niet. Die asielprocedure moet mogelijk zijn. Juridisch gezien, los van het politieke aspect, zou je iemand kunnen terugsturen, maar je moet wel een asielprocedure starten. Het belangrijkste is natuurlijk wat er gebeurt met mensen die daadwerkelijk naar Turkije worden teruggestuurd. Daar moeten erkende vluchtelingen, ongeacht hun herkomst, de mogelijkheid hebben om asiel aan te vragen en in aanmerking komen voor een hervestigingsprogramma. Dat is uiteindelijk het allerbelangrijkste. We weten ook dat er nu 2,5 miljoen vluchtelingen in Turkije zitten. Ik wil het niet alleen goed geregeld hebben voor die paar mensen die op een gammel bootje stappen en daarvoor € 2.000 kunnen neerleggen ...

Mevrouw Gesthuizen (SP): Dit is geen antwoord meer op mijn vraag, dit is een tweede termijn.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Ik wil dat met name de kwetsbare vrouwen en kinderen in aanmerking komen voor een hervestigingsprogramma.

Mevrouw Gesthuizen (SP): Laat ik dan ook even uitgebreid de tijd nemen om mijn tweede vraag te stellen. Ik wil graag een helder antwoord van de Partij van de Arbeid. Het is heel simpel. Mijn fractie kan zich alles voorstellen bij het ontnemen van de handel van mensensmokkelaars. Een groot deel van de Kamer zal het daarmee eens zijn. Ik wil heel welwillend bekijken hoe we dat zouden kunnen regelen, mits er dan ook legale alternatieven komen, waarvoor een groot deel van de Kamer ook steeds heeft gepleit. Als dat echter betekent dat als mensen die in Griekenland of ergens anders in de Europese Unie aankomen en aangeven dat zij asiel willen aanvragen, dat niet wordt toegestaan en deze mensen per kerende veerboot worden teruggestuurd, dan is dat de facto het opzeggen van het Vluchtelingenverdrag van de VN. Daar komt het gewoon op neer. Ik hoor graag of de Partij van de Arbeid dat met ons eens is.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Ik zei al dat je asiel moet kunnen aanvragen. Dat geldt niet alleen voor mensen die in Griekenland aankomen, maar ook voor mensen die in andere landen aankomen.

De heer Fritsma (PVV): Dankzij deze uitleg van de Partij van de Arbeid weten we meteen wat deze deal waard is, namelijk niets. Er zal niemand teruggestuurd worden, want we horen net dat iedereen in de gelegenheid wordt gesteld om asiel aan te vragen in Griekenland. Asielzoekers mag je niet opsluiten volgens EU-richtlijnen, dus wat gebeurt er? Die gaan linea recta naar Nederland en naar Duitsland om van uw partij bed, bad en brood in ontvangst te nemen. Realiseert u zich dat dit uw uitleg is op dit moment?

Mevrouw Kuiken (PvdA): Ik ben het niet eens met deze uitleg. Het was een mening, geen vraag.

De heer Fritsma (PVV): De vraag was of u zich realiseert dat dit de uitleg is. Zo te horen komt u er niet uit, want dit is precies wat er gebeurt. U zegt: iedereen die in de EU aankomt moet asiel kunnen aanvragen. Dat doen ze natuurlijk ook en dat doen ze massaal. Hangende die procedure wilt u niet dat ze vastgezet worden. Dat mag ook niet volgens EU-richtlijnen. Deze mensen hebben dus allemaal de gelegenheid om naar de West-Europese verzorgingsstaten te reizen en nemen dan vervolgens van uw partij bed, bad en brood in ontvangst. Daar spitst deze deal zich volgens uw eigen uitleg op toe. Als het anders is, dan mag u het nog een keer uitleggen.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Laat ik beginnen met te zeggen dat het u gesierd had als u de moeite had genomen om mee te gaan naar Chios en Lesbos. Dan had u ook geweten hoe het daar is. Ik heb net uitgelegd dat je altijd asiel kunt aanvragen. Een asielaanvraag moet beoordeeld worden. Die kan ook niet-ontvankelijk worden verklaard, op basis waarvan je teruggestuurd kunt worden. Vervolgens moet je ervoor zorgen dat er in Turkije goede asielprocedures zijn en goede hervestigingsprogramma's op basis waarvan mensen ingevlogen kunnen worden. Het is wel helder dat u en ik het niet eens zijn, maar dat was het ook al voordat deze Turkse deal überhaupt op tafel lag. Ik denk ook niet dat dat zal veranderen.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Ik borduur even voort op hetgeen hiervoor werd gezegd. De Partij van de Arbeid stelt nu dat er voor asielzoekers gewoon een asielprocedure kan worden gestart in bijvoorbeeld Griekenland. Die mensen gaan dus niet terug, maar ook de toestroom van nieuwe mensen zal hierdoor helemaal niet stoppen. Waarom zouden die mensen geen asiel aanvragen in Griekenland, als dat mogelijk wordt gemaakt met deze deal?

Mevrouw Kuiken (PvdA): Ze vragen nu nauwelijks of niet asiel aan in Griekenland. Voor u geldt ook: was maar meegegaan op dat werkbezoek, want dan had u dat geweten.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Ik ben vaak genoeg in Griekenland geweest. Het is geen antwoord op de vraag. De toestroom naar de EU wordt hierdoor natuurlijk niet gestopt. Mensen zullen dus ook niet teruggestuurd worden, als er in Europa gewoon een asielprocedure gestart kan worden. Wat lost dit op volgens de Partij van de Arbeid? De toestroom wordt niet gestaakt en er worden ook geen mensen teruggestuurd.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Ik kom nu niet meer los van het beeld van u in een bananengele slip op het Griekse strand. Mijn verwachting is dat we met deze Turkse deal uiteindelijk wel controle krijgen over de migratie- en vluchtelingenstroom. Zoals ik al zei, vragen moeilijke tijden soms om ongemakkelijke oplossingen. Dit is mijn droomscenario helemaal niet, maar ik denk dat je hiermee uiteindelijk de mensensmokkelaars de pas afsnijdt en tegelijkertijd mensen wel de gelegenheid geeft om via een luchtbrug naar Europa te komen. Dat ondersteun ik van harte.

Voorzitter: Fritsma

De heer Azmani (VVD): Voorzitter. Ook ik krijg graag een algemene appreciatie van de Staatssecretaris van hetgeen de afgelopen dagen in de steigers is gezet. Het ziet ernaar uit dat er een belangrijke doorbraak is geforceerd. In eerste instantie waren de Turken alleen maar bereid om economische migranten terug te nemen, even later waren zij wel bereid om vluchtelingen maar vooral niet-Syriërs terug te nemen en intussen is Turkije zelfs bereid om alle migranten terug te nemen in ruil voor een aantal onderdelen van een agreement. De details moeten nog verder worden uitgewerkt en we gaan er volgende week een debat over voeren, maar ik krijg graag een algemene appreciatie. Misschien kan de Staatssecretaris ook specifiek ingaan op het een-op-een terugnemen. Ik heb het idee dat dat tijdelijk is, maar ook daarvan krijg ik graag een bevestiging: het gaat richting nul en dan pas bied je een resettlementprogramma aan.

Over dat resettlementprogramma zijn nog niet echt afspraken gemaakt, maar ik vraag mij wel af hoe dat zich verhoudt tot de aanbeveling van de Europese Commissie inzake de vrijwillige regeling met Turkije voor toelating van vluchtelingen op humanitaire gronden. Dat is vrijwillig en er wordt ook gekeken naar wat lidstaten al hebben gedaan. Als je iedereen daaraan wilt binden, vraag ik mij af of de aanbeveling van de Europese Commissie wel gaat vliegen en gaat werken.

Daarnaast zijn er conclusies over het afsluiten van de hele westelijke Balkanroute door grenscontroles, waarmee volgens mij ook een einde komt aan de doorwuifpraktijken. Misschien kan de Staatssecretaris hierover nog iets zeggen.

Ik kom bij de Europese grens- en kustwacht. In de geannoteerde agenda staat dat het Nederlands voorzitterschap bij deze JBZ-Raad al een voorlopig akkoord wil bereiken op andere onderdelen dan de meest betwiste onderdelen. Welke onderdelen zijn dat? Ik begrijp dat er wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke rol van de lidstaten bij de besluitvorming over het interveniëren. Wat is de huidige stand van zaken in de onderhandeling? Hoe groot zal die rol van de lidstaten worden? Hoe staat het Europees parlement daartegenover? Is de Staatssecretaris bereid om als er in de toekomst toch weer iets mag wijzigen op dat essentiële onderdeel van de rol van de lidstaten en de nationale parlementen, de Kamer tijdig hierover te informeren als dat afwijkt van het streven?

Ik begrijp dat er zorgen zijn geuit, ook in de beantwoording van de vragen die de Kamer heeft gesteld, over de berekening van percentages en de beschikbaarheid van grenswachters voor nationale inzet. Op welke wijze wordt hieraan tegemoetgekomen? Die antwoorden op de vragen uit het schriftelijk verslag – ik heb daar vorige week ook aandacht voor gevraagd in een debat met de Staatssecretaris – gaan over terugkeer en de problemen rondom terugkeer naar landen die hun eigen onderdanen niet gedwongen accepteren. Er was wat vertraging bij de Europese Commissie in verband met de beantwoording die wij vorige week hebben gehad. Ik begrijp dat er landenpakketten liggen voor vier belangrijke landen die moeilijk doen zoals Pakistan en Marokko. Dat kwam ook nadrukkelijk naar voren in dat werkbezoek. Ik begrijp dat er carrots en sticks zijn ontwikkeld in die pakketten en dat ze inmiddels al gepresenteerd zijn bij Coreper. Wat is nu de stand van zaken? Ik begrijp dat de lidstaten nu aan zet zijn om hun bijdrage te bepalen. Op welke termijn verwacht de Staatssecretaris dat dit proces wordt afgerond? Wat is zijn eigen appreciatie van die terugkeerpakketten? De snelheid in deze crisissituatie is er wel bij gebaat dat je eens acties onderneemt tegen landen die hun eigen onderdanen niet gedwongen accepteren.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Ik wil toch een reflectie horen van de heer Azmani op zijn eigen inbreng van vorige week. Hij verweet toen de Partij van de Arbeid slappe knieën te hebben en slecht te onderhandelen met de Turken door bij voorbaat al een gebaar van goede wil te maken. Nu kennen we de uitkomst. Er is niet 3 miljard, maar 6 miljard alvast toegezegd zonder dat er ook maar iets wordt geleverd. De toetreding tot de Europese Unie moet versneld worden, terwijl de fractievoorzitter van de VVD eerder heeft gezegd dat Turkije nooit lid zou moeten worden van de Europese Unie. Er zijn inmiddels 600 doden gevallen in Zuidoost-Turkije. Ik noem dat een beloning van zeer slecht gedrag. Wat is nu de reactie van de heer Azmani op het resultaat?

De heer Azmani (VVD): Zoals ik al aangaf, is er een belangrijke doorbraak bereikt. Op het moment dat de Turken in eerste instantie bereid waren om alleen economische migranten op te nemen, doe je niet al een geste vanuit Europa: dan zijn we wel bereid om een x-aantal mensen over te nemen. Nee, de onderhandeling is kennelijk zo gelopen dat zij nu in principe bereid zijn iedereen terug te nemen, dus ook vluchtelingen en ook Syrische vluchtelingen, wat zij eigenlijk helemaal niet wilden. Wij weten allemaal dat het niet gratis is als landen dat doen, want voor niets gaat de zon op. Dat betekent dat je daarover afspraken maakt. Het gaat om 6 miljard in twee, drie jaar tijd, niet richting de bankrekening van president Erdogan, maar voor projecten in het kader van bijvoorbeeld het recht van kinderen op onderwijs en voor mensen die langdurig bescherming nodig hebben de kans te geven om in te burgeren in de samenleving. Ik heb een jaar geleden al gezegd dat dat geld kost. Daar moeten we niet raar over doen en daar zou zeker de ChristenUnie niet raar over moeten doen, want volgens mij vinden wij elkaar op dat onderdeel. Je moet de omstandigheden daar verbeteren voor iedereen en niet alleen voor de mensen die het geld hebben om via mensensmokkelaars deze kant op te komen. Je moet die 6 miljard zien in verhouding tot de uitgaven die wij hier prognosticeren: komend jaar al 1,5 miljard voor 58.000 als je beleid voert en het dubbele als je geen beleid voert. Dan zit je in Nederland in twee jaar ook op 6 miljard, maar nu verspreid je het over heel Europa. Dat kan redelijk goedkoop.

Voor visumliberalisatie gelden de Kopenhagencriteria. Daar wordt niet aan gemorreld. Kennelijk is het nodig voor Turkije om dat beeld af te geven. Ik vind het niet zo erg – dat is het goedkoopste van de deal – om extra gesprekjes te voeren onder het genot van een kopje thee of Turkse koffie.

De heer Voordewind (ChristenUnie): We zullen dan doorgeven aan Turkije dat er een paar extra kopjes thee worden gedronken in plaats van dat die versnelde toetreding in het vooruitzicht wordt gesteld.

De heer Azmani heeft het over een doorbraak. Er was eerst een toezegging van 3 miljard. Daar hebben de Turken niets voor geleverd. We hebben niet gezien dat die opvang structureel is verbeterd, ondanks de mooie beloften. Onze premier heeft daar 3 miljard bovenop gelegd, zonder dat er ook maar iets concreet is bereikt. Wat zijn nu de goede onderhandelingstechnieken van de VVD-premier? Wat heeft hij daadwerkelijk binnengehaald? Alleen maar loze beloften, alleen maar woorden op papier, maar hij heeft nog niks geleverd. Dus hoezo bent u dan de goede onderhandelaar?

De heer Azmani (VVD): Dat zeg ik helemaal niet. Ik zie alleen dat er een grote doorbraak is geforceerd. Dat gaf ik een jaar geleden al aan. Volgens mij is dit de enige route om de mensensmokkelaars aan te pakken, om het hele businessmodel te verwijderen, om een einde te maken – dat is voor mij het belangrijkst – aan de menselijke drama's op de Middellandse Zee en om weer controle te krijgen op hoeveel mensen je toelaat en wie je toelaat. Op het moment dat Turkije alleen economische migranten wil terugnemen, gaat dat niet lopen. Maar op het moment dat Turkije bereid is om alle migranten op te nemen – op dit moment zijn er ruim 2,5 miljoen vluchtelingen; dat aantal zal in de komende jaren alleen maar verder toenemen – vind ik het niet zo raar dat Europa als internationale gemeenschap en als grote economische speler financiële verantwoordelijkheid draagt om de situatie daar te verbeteren en de aanhoudende en ongecontroleerde toestroom richting Europa terug te brengen.

De heer Sjoerdsma (D66): Ik wil hier toch even op doorgaan. Collega Azmani noemt dit akkoord een doorbraak. Ik neem aan dat hij het akkoord al steunt, nog even los van de uitwerking ervan. Anders zou hij het geen doorbraak noemen. Ik herinner hem eraan dat hij vorige week extreem boos was, toen het bijvoorbeeld ging over hervestiging. Hervestiging is nu juist een heel belangrijk onderdeel van dit akkoord. Mag ik met enige tevredenheid constateren dat de VVD nu ook voor legale hervestiging vanuit Turkije is?

De heer Azmani (VVD): Ik verzoek de heer Sjoerdsma vriendelijk om toch maar eens het plan te lezen dat ik vorig jaar heb gepresenteerd, want daarin zit ook die hervestiging. Mijn reactie afgelopen week – volgens mij weet iedereen dat; dat heb ik ook al min of meer aangegeven – heeft te maken met hoe je onderhandelt en wanneer je op welk moment wat weggeeft.

De heer Sjoerdsma (D66): Die reactie ging inderdaad over wat je wanneer weggeeft. Turkije moest vooral een stok worden voorgehouden, maar in plaats daarvan worden er nu wortels voorgehouden. Overigens heeft een groot deel van de Kamer voor die wortels gepleit, om te bekijken of we dit op gang kunnen krijgen. Ik vind het wel positief dat de heer Azmani zich nu aansluit bij het kamp in de Kamer dat probeert een doorbraak te forceren, maar ik wil graag meer duidelijkheid van de VVD. Als de heer Azmani zegt «hervestiging, ja», dan ben ik ook benieuwd waartoe de heer Azmani bereid is. Over welke getallen praten wij dan?

De heer Azmani (VVD): Volgens mij hebben we vorige week vooral een debat met elkaar gevoerd over de timing: wanneer geef je wat weg? Ik heb altijd gezegd dat hervestiging natuurlijk onderdeel uitmaakt van een programma op het moment dat je nul asielmigratie richting Europa hebt, omdat het huidige systeem volstrekt onhoudbaar is.

De vervolgvraag van de heer Sjoerdsma gaat over de aantallen. Gelet op de onderhandeling is het niet handig om nu met aantallen te strooien, want je weet dat je onderhandelingspartner daar altijd boven gaat zitten. Dan kom je weer slechter uit, dus ik laat mij niet uit over getallen.

De voorzitter: Gelet op de tijd verzoek ik u uw betoog af te ronden.

De heer Azmani (VVD): Tot slot kom ik bij het visumbeleid. Wij hebben het daar nu niet over, maar ik begrijp dat er in de JBZ-Raad wel over wordt gesproken. De Kamer heeft in het verleden een behandelvoorbehoud gemaakt. Er was aandacht, ook van de regering, voor illegale migratie en de risico's voor de handhaving. Ik vraag mij af wat de stand van zaken van die twee voorstellen is. Hoe staat het eigenlijk met de onderhandelingen op die onderdelen, waarvan de regering zelf heeft gezegd dat zij in het kader van de proportionaliteit nog bezwaren ziet?

Voorzitter: Azmani

De voorzitter: We kunnen meteen door met de beantwoording van de Staatssecretaris in eerste termijn.

Staatssecretaris Dijkhoff: Voorzitter. Ik begin even formeel. Ik zal niet alle vragen kunnen beantwoorden. De meeste vragen die zijn gesteld, gaan niet over wat ik de komende dagen bij de JBZ-Raad ga doen, maar over wat er afgelopen maandag is gedaan door de regeringsleiders en wat zij op 17 en 18 maart gaan doen. Ik zal zo goed mogelijk daarop reflecteren, maar het betekent niet dat het allemaal morgen op de agenda staat en uit te werken valt. Ik zal de meeste vragen zo goed mogelijk beantwoorden.

Er ligt nu een voorstel voor waarover, als ik de Kamer zo hoor, af en toe net wordt gedaan alsof wat Europa zou moeten doen c.q. betalen al weg is en wat Turkije zou moeten doen nooit gaat gebeuren. Zo werken afspraken natuurlijk niet. Er is niet al geld overgemaakt in de hoop dat de Turken het gaan doen. Houd je een wortel voor of laat je die al opeten en vraag je dan: was het lekker en krijg ik nu iets terug? Dat laatste is natuurlijk niet het geval. Het idee is nu – dat gaat verder dan waar lange tijd zicht op was – dat Turkije iedereen terugneemt die van daaruit naar Griekenland oversteekt.

Hoe gaat dat dan in zijn werk? In eerste termijn proefde ik een beetje alsof een asielprocedure meteen betekent dat je hier maanden zit. De procedure volgens de richtlijn kan heel kort zijn, als het een veilig derde land betreft. In het najaar hebben wij daarover in de kabinetsbrief uitleg gegeven. Dat lijkt alweer lang geleden. Uiteindelijk stond het allemaal in de Europese conclusies; ik herinner mij nog het beroemde punt 15. Ook Europa ging werk maken van het niet vaak gebruikte artikel in de Europese procedurerichtlijnen over een veilig derde land. Heel praktisch: je komt aan, er kan asiel aangevraagd worden en dat betekent een procedure. Maar de procedure kan ook bestaan uit het vrij snel – het lukt de Hongaren binnen een uur; laten ze er in Griekenland een paar uur voor nemen – niet-ontvankelijk verklaren van de aanvraag, waarna die persoon wordt teruggestuurd naar Turkije. Sowieso is het het idee dat het terugsturen een tijdelijke exercitie is, omdat je uiteindelijk hoopt dat de oversteek niet meer wordt gewaagd. Ook het een-op-een voor iedere Syriër die door Turkije wordt teruggenomen overnemen van een andere Syriër uit Turkije door Europa in het kader van hervestiging is van tijdelijke aard. Als het niet meer loont om de oversteek te maken, dan loont het ook niet om je leven te wagen. Het is niet zo dat hoe meer Syriërs de oversteek maken, hoe groter hun kans is om naar Europa te komen. Degene die een illegale oversteek waagt, zal zelf niet in aanmerking komen voor hervestiging. Dat zul je dus moeten registreren. Dat vereist ook dat Turkije in Griekenland aanwezig is om dat proces mee vorm te geven. Op die manier maak je het illegaal oversteken zinloos en dring je dat terug.

Mevrouw Gesthuizen (SP): De Staatssecretaris heeft het nu over een heel essentiële vraag, namelijk of Turkije wel of niet als veilig derde land moet worden aangemerkt. Het kan best dat Griekenland dat al lang vindt, maar de deal is wel degelijk tussen de Europese Unie en Turkije gesloten. Dat betekent dat de Europese Unie ook gaat meewerken aan het op poten zetten van deze terugstuurpraktijken. Daarom wil ik graag een waardering van de Staatssecretaris van de vraag, die volgens mij ook gesteld is, of Turkije moet worden aangemerkt als veilig derde land.

Staatssecretaris Dijkhoff: Dan moet ik even technisch worden. Griekenland is het land waar men aankomt. Dat land is dan verantwoordelijk voor de asielaanvraag, mocht die gedaan worden. Het overgrote deel doet er geen asielaanvraag, omdat deze mensen geen asiel willen krijgen in Griekenland. Ook bij terugkeer en readmissie zien we dat veel mensen wel terugkeren, maar niet na een asielprocedure. Ze doen die aanvraag dus niet. Als ze wel een asielaanvraag doen, is Griekenland verantwoordelijk en moet Griekenland een en ander dus ook uitvoeren. Er is een bestaand readmissieakkoord tussen Turkije en Griekenland. Griekenland heeft Turkije als veilig derde land bestempeld. De voorliggende plannen voorzien in een breder readmissieakkoord tussen de EU en Turkije, waarbij ervoor wordt gezorgd dat zo snel mogelijk aan alle voorwaarden wordt voldaan die gelden voor readmissie. Daar is het geld ook voor bedoeld. De Grieken zeggen dat al aan die voorwaarden is voldaan. Eerlijk gezegd denk ik ook dat de situatie in Griekenland niet beter is dan die in Turkije. We hebben de afgelopen tijd gezien dat er in Turkije veel vorderingen zijn gemaakt. De Turken hebben verklaard dat ze het non-refoulementprincipe zullen respecteren. Dat er meer dan 2,5 miljoen Syriërs in Turkije zijn, laat ook zien dat ze niemand terugsturen. De Turken hebben ook verklaard dat ze aan de andere materiële eisen zullen voldoen. Er wordt aan gewerkt. Ze zijn een end. Het komt steeds dichterbij dat ik met vertrouwen hier kan zeggen dat we Turkije als veilig derde land bestempelen.

Mevrouw Gesthuizen (SP): Om dat laatste gaat het natuurlijk. Ik kan niets zeggen over de Griekse regering. Ja, ik kan er wel van alles over zeggen, maar daar heb ik niets in de pap te brokken. Ik moet het dus doen met de kwalificatie die de Staatssecretaris geeft van Turkije als wel of geen veilig land. Het verontrust mij dat de Staatssecretaris zegt dat het in de pijplijn zit en dat het er wel van gaat komen. Ik vind het niet terecht om de Griekse situatie met de Turkse situatie te vergelijken. In Griekenland is misschien ook sprake van het niet kunnen naleven van mensenrechten, maar dat gebeurt met een heel andere intentie en op een heel andere manier dan in Turkije. Hoe kijkt de Staatssecretaris bijvoorbeeld aan tegen de situatie van Iraakse of Syrische Koerden die mogelijk worden teruggestuurd naar Turkije?

Staatssecretaris Dijkhoff: Turkije heeft aangegeven dat het het non-refoulementprincipe respecteert en asielprocedures zal openstellen. Het zal met financiële steun van de Europese Unie werken aan een verbetering van de leefomstandigheden, om zo aan de eisen te voldoen. Zo kijk ik ertegen aan. We zijn daar hard aan het werk om die lat te halen en om er goede afspraken over te maken met Turkije. Er zijn heel veel Syriërs met verschillende achtergronden die op dit moment in Turkije verblijven en als vluchteling opgevangen worden.

De voorzitter: Voor alle duidelijkheid: omwille van de tijd en omdat we nog een tweede termijn willen, beperk ik het aantal interrupties tot twee.

De heer Fritsma (PVV): Ik heb een korte feitelijke vraag. Worden migranten die Griekenland bereiken, straks meteen opgepakt en vastgezet, zodat ze kunnen worden teruggestuurd?

Staatssecretaris Dijkhoff: Dit is een van de zaken die uitgewerkt moeten worden. Als u vraagt of het juridisch kan, is het antwoord ja. Als je een niet-ontvankelijkheidsverklaring hebt, kun je heel snel een reëel zicht op uitzetting hebben, namelijk de boot die een aantal keren per dag teruggaat naar Turkije, speciaal voor dit doeleinde. Ik noem maar een voorbeeld van een uitwerking. Mensen met zicht op uitzetting kun je dan vastzetten. Het is dus zeker niet zo dat mensen zich kunnen onttrekken aan het proces. Dat is de afspraak en die moet ook uitgevoerd worden. Griekenland heeft er als eerste alle belang bij om die mensen daadwerkelijk terug te verschepen naar Turkije.

De heer Fritsma (PVV): Als ik het goed begrijp, kan het pas na een niet-ontvankelijkheidsverklaring. Iedereen die dus nog niet zo'n verklaring op zak heeft, kan de benen nemen. Waarom is dit in hemelsnaam nog niet vastgelegd? Waarom hebt u de deal getekend zonder dit vrij cruciale punt? Als je die mensen namelijk niet meteen oppakt en vastzet, kun je hen ook niet terugsturen. Ik vind het dus echt vreemd om uit de mond van de Staatssecretaris te horen dat dit nog niet is uitgewerkt.

Staatssecretaris Dijkhoff: Ik vind het vreemd uit de mond van de heer Fritsma te horen dat ik een deal getekend heb. Hij gaat wel erg creatief en selectief om met de feiten. De deal is nog niet rond, omdat een aantal zaken nog moet worden uitgewerkt. Dan moet hij niet vragen waarom ik die zaken niet heb uitgewerkt voordat de deal rond was. Dat heb ik net verteld. De vergadering van afgelopen maandag is bij wijze van spreken geschorst tot 17 en 18 maart en gaat dan verder. In de tussentijd moet er een hoop werk verricht worden om dit precies uit te pluizen. Het is niet zo dat mensen de benen kunnen nemen. Mensen moeten meteen geregistreerd worden, wel of geen asiel aanvragen en terug naar het veilige derde land. Voorlopig is dat onder de Grieks-Turkse bilaterale overeenkomst Turkije. Daarna komt er ook een bredere overeenkomst met de Europese Unie. Natuurlijk moet je dit regelen, anders loont het nog steeds om over te steken en droogt de stroom niet op. Dan voldoe je ook niet aan de afspraken die we hopen te gaan maken. Ik verwacht juist dat de heer Fritsma er blij mee is dat er minder mensen in Europa opgevangen hoeven te worden.

Dan was er ook nog een vraag over het geld. Dat is nu onderdeel van het concept dat op tafel ligt. Het is niet zo dat het al is toegezegd en overgemaakt. Het moet ook ten goede komen aan de verbetering van de positie van asielzoekers. In onze kabinetsbrief van de herfst van 2015 was het al ons standpunt om hiervoor te pleiten. Een heel simpele rekensom laat namelijk zien dat het in alle opzichten aantrekkelijker en financieel voordeliger is om mensen in de regio op te vangen. Het gaat om 1,5 miljard euro Nederlands belastinggeld voor 58.000 mensen of om 2 à 3 miljard euro per jaar, gedragen door heel Europa, waarvan Nederland doorgaans 5% voor zijn rekening neemt, voor 2,5 miljoen vluchtelingen. Dat lijken me gunstige cijfers. Er is dus alle reden om dit te doen. We hoeven dus niet het idee te hebben dat ons een poot wordt uitgedraaid. Dat idee heb ik zeker niet.

Er is een vraag gesteld over het een-op-een overnemen. Wat gebeurt er dan als er niemand meer komt? Dat is het doel van het een-op-een overnemen. Als iemand zelf illegaal oversteekt, wordt hij dus ook niet overgenomen via hervestiging. Als het inderdaad lukt om die illegale oversteek te stoppen, kun je op grond van het nu voorliggende Commissievoorstel aan hervestiging uit Turkije doen op vrijwillige basis. De aantallen liggen nu nog niet ter tafel. Ik denk dat dit een verstandige volgorde is. Naarmate duidelijker wordt dat het werkt, zal het aantal landen dat deel wil nemen, stijgen. Het is logischer om per land redelijke aantallen te overleggen als je weet hoe groot het effect van de afspraken is en als je weet dat de oversteek gestopt is. Op dat moment moet je bekijken wat redelijke aantallen zijn voor hervestiging, om zo een deel van de Turkse last over te nemen.

Er is nog veel te doen op het gebied van visumliberalisatie. Dat Turkije de ferme wil heeft om snel aan de eisen te voldoen, wil nog niet zeggen dat dit ook daadwerkelijk het geval is. Daar moeten we dus naar kijken. Er was al een afspraak dat het kan als Turkije eraan voldoet. Als Turkije het heel snel wil, zullen we zien hoe dat gaat. Wat mij betreft kun je ook niet zeggen dat het alleen maar risico's heeft. Turkije heeft nu een visumvrijstelling met andere landen. Daar hebben wij veel last van, omdat mensen visumvrij naar Turkije gaan en dan oversteken. Dat moet Turkije dan opgeven. Dat helpt ons enorm. Het aantal visa van Turkse aanvragers dat wij nu weigeren, is extreem laag. Het beeld is dus iets genuanceerder. Het is niet zo dat we het zo lang mogelijk moeten proberen tegen te houden omdat het voordeel maar aan één kant ligt. De eisen zijn wel zoals ze zijn.

De heer Voordewind vroeg wat het nut van hotspots is als mensen niet meer de Balkan op mogen. Ik denk juist: wat is het nut van hotspots als ze vrijelijk de Balkan op kunnen? Dat is een van de belangrijke redenen waarom die hotspots niet werkten. De mensen met de hesjes van het Europese systeem die de boodschap hadden «meldt u in een hotspot; misschien kunt u naar Berlijn, maar het kan ook Sofia worden», waren het minst populair. Anderen die de boodschap hadden «loop om de hotspot heen, ik breng je wel via de Balkanroute naar Berlijn», waren een stuk populairder. De hotspots hebben dus alleen maar zin als zij de enige manier zijn om Griekenland uit te komen met een asielaanvraag. Met deze nieuwe afspraak zullen de hotspots dus langzamerhand een ander karakter krijgen. De bestaande logistiek is handig, maar als de deal met Turkije rondkomt, zullen de mensen die aankomen, niet in een hotspot voor relocatie terechtkomen maar in een centrum voor readmissie naar Turkije. Het logistieke werk is dus nuttig geweest, maar we zullen andere procedures moeten volgen dan relocatie. Als je deze afspraken effectueert, is daar namelijk geen sprake meer van.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Europa heeft Griekenland maanden gemaand om die hotspots voor elkaar te krijgen en zelfs gedreigd, voor zover dat juridisch mogelijk is, om Griekenland uit Schengen te zetten, want vanuit Griekenland moest er duidelijkheid komen over wie economische vluchteling is en wie een echte vluchteling. Nu heeft Griekenland zo'n beetje zijn zaakjes op orde – dat hebben we als commissie met eigen ogen kunnen zien – en zegt de Staatssecretaris: bedankt Griekenland, we gaan de hotspots nu weer omvormen tot reguliere asielzoekerscentra, zodat we kunnen beoordelen of mensen teruggestuurd kunnen worden naar Turkije. Is dit het beleid dat we loslaten op Griekenland?

Staatssecretaris Dijkhoff: Eerlijk gezegd denk ik dat de Grieken hier niet over zullen klagen. Als je een afspraak kunt maken waardoor iedereen die in Griekenland aankomt, teruggaat naar Turkije, zal Griekenland daar volgens mij geen klachten over hebben. Artikel 26 van de Schengenverordening had niet zozeer betrekking op de hotspots, maar op het feit dat Griekenland zijn grens niet goed bewaakte en dat mensen zomaar via Macedonië konden doorlopen als ze eenmaal in Griekenland waren, ook al vroegen ze geen asiel aan en hadden ze geen recht op verblijf in het Schengengebied. Daarom hebben lidstaten ook nationale maatregelen genomen en is artikel 26 ingeroepen. De afspraak was dat iedereen die in Griekenland komt in aanmerking komt voor relocatie, maar het voorstel is nu dat iedereen teruggaat naar Turkije en vanuit daar in aanmerking komt voor hervestiging. De eersten die daar blij mee zullen zijn als dit eenmaal in de praktijk gaat lukken, zullen de Grieken zijn. We zitten nu al ruim een jaar in een tijd van crisismanagement, waarbij de ene oplossing sneller pakt dan de andere. Je moet doorschakelen naar datgene wat haalbaar is. Relocatie was natuurlijk ook een eenmalige, tijdelijke afspraak. Als het allemaal sneller van de grond was gekomen, waren de aantallen wellicht al opgevuld geweest. Het was niet de bedoeling om tot in lengte van dagen hotspots te hebben.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Ik heb het toch anders meegekregen. De grote kritiek op Griekenland was dat vluchtelingen inderdaad vrij konden rondlopen en doorlopen en dat er geen screening plaatsvond. Die screening is nu op orde. Er zitten nu 10.000 à 15.000 mensen aan de Grieks-Macedonische grens. Ik heb begrepen dat dit plan alleen de vluchtelingen betreft die de oversteek maken en op de Griekse eilanden zitten. Wat gebeurt er met de bestaande gevallen? In de deal wordt over hen niet gesproken. Die zul je toch alsnog moeten reloceren via het systeem dat we kennen?

Staatssecretaris Dijkhoff: Dat doen we ook. Ik kan u melden dat sinds vorige week het aantal aangeleverde dossiers is gestegen van 28 naar 90. We komen dus nog net niet aan de 100. Dat bied ik Griekenland aan en daarna kijken we weer naar de volgende dossiers. Ik kan het ook niet helpen dat die plekken nog niet gevuld zijn. Dat betekent dat Griekenland het hotspotsysteem dus nog niet helemaal op orde heeft. Dat er mensen aan de Macedonische grens zitten, is daar het bewijs van. Dan zitten ze namelijk niet in de hotspots. Griekenland zal een deel van hen zelf kunnen opnemen en een deel zullen we met relocatie doorzetten. Dat is herbevestigd in de afspraken en in de conclusies. Je hoeft in een nieuwe deal niet alles te zetten wat je al hebt afgesproken. Het programma van relocatie vanuit Griekenland van de mensen die daar nog zitten, voordat de deal met Turkije effectief wordt, blijft bestaan. Griekenland kan als lidstaat natuurlijk ook een redelijk aantal zelf opvangen. Het heeft niet zo veel zin om op de eilanden nog bezig te zijn met relocatie, terwijl men ook bezig is met readmissie naar Turkije voor de mensen die op die eilanden aankomen, of om mensen terug te brengen van de Grieks-Macedonische grens naar de eilanden. Dat kun je dan beter op het vasteland doen. Je kunt die processen beter los van elkaar organiseren.

Een aantal leden vroeg waarom wij verwachten dat Turkije zich aan deze afspraak zal houden. Wij doen natuurlijk meer dan het alleen maar verwachten. Turkije is maandag zelf met dit grotere voorstel gekomen. Dat geeft goede hoop dat Turkije dit echt wil, anders komt het er niet mee. Gaandeweg in het traject zul je van dag tot dag merken wat goed loopt en wat nog beter moet. Ik heb niet de indruk dat het vanzelf gaat nadat de regeringsleiders er een handtekening onder hebben gezet. Het blijft gewoon werk. In de afgelopen maanden zijn de banden wel veel nauwer geworden, omdat men elkaar op alle niveaus veel vaker heeft gesproken, van regeringsleiders tot op operationeel niveau, waar het straks moet gebeuren. Het feit dat Griekse en Turkse officials op operationeel niveau zij aan zij samenwerken, even los van de hele vluchtelingencrisis, is op zichzelf al een moment om te markeren. Als deze lijn wordt doorgezet, heb ik dus goede hoop. Verder blijft het een afspraak waarin je van dag tot dag gelijk moet oversteken. Als de een zich er niet meer aan houdt, zal de ander het ook niet meer doen.

De heer Fritsma (PVV): Goede hoop is één ding, maar waar is die op gebaseerd? Waarop is de gedachte gebaseerd dat de instroom zal verminderen? De Turken hebben zelf gezegd: «Europa moet geen wonderen verwachten van Turkije bij het terugdringen van het aantal vluchtelingen.» Ik kan een hele middag doorgaan met citaten, maar dat doe ik niet. Ik doe er nog één: «Het zal een vergissing zijn om te denken dat Turkije het politiebureau van Europa is.» Met deze Turken zijn de afspraken gemaakt. De vraag is dus heel simpel: op grond waarvan mogen wij aannemen dat de instroom echt richting de nul gaat? De Turken geven namelijk zelf andere signalen af.

Staatssecretaris Dijkhoff: Ik had de heer Fritsma echt hoger zitten. Ik heb net verteld wat de redenen zijn waarom je dit kunt verwachten. Dan komt de heer Fritsma met uitspraken die bepaalde officials hebben gedaan tijdens een onderhandelingsproces in aanloop naar een deal. Zo zijn er aan de Europese kant ook wel honderd uitspraken te vinden waaruit blijkt dat het niet gaat lukken. Het kan zijn dat de heer Fritsma geen enkele hoop heeft dat er ooit ook maar iets lukt in de wereld. Dan moet je er ook niet aan beginnen. Of hij vindt het jammer dat het dadelijk lukt om de instroom te verminderen. Ik weet niet welke van de twee het is. We hebben nu een kans om er met Turkije voor te zorgen dat de toestroom van Turkije naar Griekenland zinloos wordt en dat de toestroom van vluchtelingen en zeker ook van niet-vluchtelingen, de migranten die naar Europa komen, drastisch daalt. Dan hoeven we uiteindelijk veel minder mensen hier op te vangen en kunnen we veiligheid in de regio bieden. Volgens mij moet je er alles aan doen om die kans te grijpen. We gaan niet eerst 6 miljard overmaken en dan maar hopen dat het lukt. Die processen lopen gelijk op. We hebben niet alleen hoop op een goede uitwerking, we zullen er ook van dag tot dag aan werken. Ik heb net gezegd dat we er al maanden aan werken en dat het al die maanden maar één kant is opgegaan, namelijk de goede kant. Als we zo doorgaan, moet het kunnen lukken.

De heer Fritsma (PVV): De Staatssecretaris zegt dat het de afgelopen maanden de goede kant op is gegaan, maar ik heb hier de instroomcijfers en die liegen er niet om. Het aantal oversteken van Turkije richting de EU-kust is gigantisch. Het is vele malen hoger dan vorig jaar. Hoe kan de Staatssecretaris dan zeggen dat het de goede kant op gaat? Voor alle duidelijkheid: de PVV wil niets liever dan dat er nul asielzoekers Nederland binnenkomen, maar dat moet dus niet op deze manier. Dat bereik je door de eigen, de Nederlandse, grenzen te sluiten en geen asielzoekers meer binnen te laten. Richt je daarop en zeg niet dat het de goede kant op gaat terwijl dat niet zo is.

Staatssecretaris Dijkhoff: Ik zei dat het in de relatie met de Turken en in de gesprekken richting een deal de goede kant op gaat. Als dat doorzet, heb ik er goede hoop op dat de migratiestroom ook de goede kant op gaat, namelijk terug naar Turkije. Ik heb er goede hoop op dat die stroom uiteindelijk ook niet meer naar Griekenland komt, behalve op de manier die Europa zelf bepaald heeft, met zijn eigen voorwaarden op het gebied van vestiging. Ik heb altijd begrepen dat de heer Fritsma wil dat de instroom naar Europa vermindert. Nu wil hij ook nog per se dat het niet op een bepaalde manier lukt. Dat is te veel gevraagd. Het is al een heel karwei om ervoor te zorgen dat de opvang in de regio op een nette manier plaatsvindt. Daar is de heer Fritsma volgens mij ook voor. Het is ook een heel karwei om de toestroom naar Europa te verlagen. Daar is de heer Fritsma volgens mij ook voor. Als het dan volgens hem niet op deze manier mag slagen, houdt het op. Dan trekken we niet meer gezamenlijk op. Ik heb verteld waarom ik denk dat er muziek in zit. Zolang die kans er is om het op deze manier te doen, moet je ervoor gaan.

De heer Sjoerdsma (D66): Ik heb een vraag over de uitvoerbaarheid. Ik heb de Staatssecretaris gevraagd naar zijn appreciatie van het rapport van Eurojust. Dat rapport is heel kritisch over de politieke wil van Turkije. Volgens Eurojust heeft Turkije niet de politieke wil om dit akkoord uit te voeren. Zelfs als die politieke wil er wel is, heeft Turkije volgens Eurojust niet de capaciteit om het plan uit te voeren. Er is bijvoorbeeld geen gespecialiseerde grenswacht, er is onvoldoende visumwetgeving en er is geen onafhankelijke rechterlijke macht. Ik hoor graag van de Staatssecretaris hoe hij aankijkt tegen dat rapport.

Staatssecretaris Dijkhoff: Het klinkt een beetje alsof dat meer gaat over het kunnen voldoen door Turkije aan de Kopenhagencriteria. Ik heb dat rapport van Eurojust zelf niet, maar ik weet dat er uitspraken over zijn gedaan. Die hadden meer te maken met de visumroadmap en dat soort criteria dan met deze vluchtelingendeal. Ik kan de heer Sjoerdsma hier dus niet mee helpen. Het stuk is mij op dit moment niet bekend.

De heer Sjoerdsma (D66): Als de Staatssecretaris het niet kent, kunnen we het er niet over hebben, maar dan vraag ik hem wel om het na te gaan. Het stuk ziet volgens mij niet op Europese toetreding. Volgens mij gaat het specifiek om een inschatting vanuit de zijde van de Commissie, vanuit de zijde van Eurojust, of Turkije wel of niet kan meewerken aan dit soort deals. Als het gaat over een grenswacht, onvoldoende visumwetgeving en het ontbreken van een onafhankelijke rechterlijke macht, gaat het ook over de capaciteit van Turkije om mee te kunnen werken aan het terugnemen van irreguliere migranten en aan hervestigingsprogramma's. Als de Staatssecretaris er nu niet op in kan gaan – dat snap ik als hij het document niet kent – kan hij er dan later schriftelijk op terugkomen?

Staatssecretaris Dijkhoff: Ik weet niet of dit een van de vragen is die gesteld zijn in de aanloop naar het debat met de Minister-President hierover, want dan wordt die daar natuurlijk in meegenomen. Anders zullen we de vraag op een andere manier meenemen en ernaar kijken. Die analyse zal heel snel na maandag gegeven zijn, dus ik moet even kijken wat er precies in staat.

De heer Sjoerdsma (D66): De analyse is voorafgaand aan maandag gegeven en is volgens mij ongeveer een maand oud.

Staatssecretaris Dijkhoff: Oké, dan slaat hij dus niet op de voorliggende plannen. Dan moeten we even bekijken hoe het zit met de relevantie.

De heer Fritsma vroeg naar het waterbedeffect. Die zorg is natuurlijk terecht en die hebben wij ook. Je moet in de gaten houden dat een en ander een effect kan hebben op andere routes. We denken ook niet dat we klaar zijn als deze afspraak er komt en werkt. We zien ook dat andere landen op de route maatregelen nemen om te voorkomen dat die routes ontstaan. Je kunt er maar beter vroeg bij zijn. Met Frontex en alle relevante instanties houden we dat in de gaten. We zijn er niet blind voor.

De heer Van Klaveren had het terecht over de Golfstaten. Die kunnen ook veel meer doen. De Golfstaten worden er ook op aangesproken om meer te doen aan het resettlementprogramma van de UNHCR. Ook in EU-verband worden ze erop aangesproken. Op 30 maart is er een grote conferentie waarop met een veel breder palet aan landen, waaronder de Golfstaten, hierover verder gesproken wordt. Het gaat niet alleen om de Golfstaten maar ook om landen als Canada en de VS. Canada lijkt nu bereid om een groter aantal Syriërs op te nemen. De Golfstaten zijn wel grote financiële donoren aan het VN-systeem, maar ze vangen weinig mensen op. Ik vind daar ook van alles van. Ik vind dat het hen zou sieren als ze meer invulling geven aan hun humanitaire plicht. Dat deel ik. Ik kan het niet binnen één dag veranderen, maar het is natuurlijk een beetje een gênante vertoning dat de Golfstaten zo weinig doen.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Dat is in ieder geval goed om te horen. Ik heb ook nog een vraag gesteld over de verwachtingen met betrekking tot het akkoord. Hoeveel asielzoekers zullen er volgens het kabinet per jaar minder naar Europa komen?

Staatssecretaris Dijkhoff: Dat is vrij lastig te kwantificeren. Het doel is om de stroom van Turkije naar Griekenland te stoppen. Vervolgens is er een resettlementprogramma. Ik weet nog niet hoeveel plekken landen daarin zullen aanbieden. Er zit nu nog geen aantal aan vast. Verder zijn er nog andere routes die we moeten zien te beperken. Ik kan er nu dus geen aantal op plakken. Het idee is natuurlijk wel dat het aantal mensen aan wie asiel in Europa wordt verleend, drastisch daalt.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Kunt u «drastisch» iets nader specificeren? In het vorige debatje ging het ook al over aantallen. Ik snap dat je niet tot achter de komma kunt aangeven hoeveel mensen er zullen binnenkomen, maar bij zo'n fundamentele deal moet wel iets meer komen dan de verwachting dat het aantal drastisch daalt. Je moet ook nader specificeren wat dat inhoudt. Gaat het om 5, 10, 10.000 of 100.000?

Staatssecretaris Dijkhoff: Tja ... Dan ga ik na drastisch substantieel zeggen en daarna nog heel veel. Er zijn nu landen die helemaal geen instroom hebben en waar via relocatie ook helemaal niemand heen moet. Als die straks via hervestiging iets doen, zal hun instroom iets stijgen. Voor Nederland voorzien wij dat het aantal daalt, omdat wij nu natuurlijk een vrij populaire eindbestemming zijn. In de discussies over de ramingen en de vraag wat er gebeurt als je niks doet, heeft het kabinet gesteld dat het niet niks gaat doen, omdat die aantallen niet realistisch zijn voor Nederland. Wij hebben nu een raming van 58.000, maar daar willen wij eigenlijk nog onder komen. Als je niks doet, kom je misschien uit op 94.000 of meer. Wij willen sowieso, los van de vraag wat een goed aantal is, niet dat het er meer worden dan 58.000. Dat is dus al een substantieel verschil. Ook dat aantal is echter meerjarig niet houdbaar. Vanaf dat aantal moet het nog verder naar beneden. In vergelijking met een situatie waarin je alles op zijn beloop laat, zou Nederland sowieso op minder dan de helft moeten uitkomen. Ik schat het maar voorzichtig in. Ook dan zeg ik niet dat dit een goed aantal is, maar dan houd ik nog wel wat marge om de heer Van Klaveren positief te verrassen.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Ook dat is positief. Het kabinet stelt dus dat de voorliggende deal ertoe zal leiden dat er enkele tienduizenden asielzoekers minder naar Nederland zullen komen.

Staatssecretaris Dijkhoff: Ja, en als het niet alleen lukt met deze deal, moet je ook andere dingen doen. Het is een breed kabinetsstreven om dit te doen. Volgens ons is het een grote stap als we dit bereiken, maar het is niet het enige wat we moeten doen. We spraken al eerder over alternatieve routes. Ook op dat gebied moet je maatregelen treffen en afspraken maken. Het is niet zo dat we niet willen dat mensen via één route komen. We willen dat mensen veel meer dan nu het geval is, opvang in de regio genieten. Voor alle andere routes moet je voorzieningen treffen. Het zou prachtig zijn als het alleen met deze deal lukt, maar anders zul je meer moeten doen.

Dan kom ik op de vragen over een Europese grens- en kustwacht. Laat ik even het proces schetsen. Het is niet zo dat de Commissie, nadat er een vergadering van de JBZ-Raad is geweest waarin veel landen zeggen dat de rol van de lidstaten steviger moet zijn, dan zegt dat zij met een nieuwe versie van haar voorstel komt. De vraag was of een en ander verwerkt is in het Commissievoorstel. Nee, de Commissie gaat dat niet verwerken in haar voorstel. De lidstaten nemen straks een positie in en komen bijna met een soort tegenvoorstel. Het Europees parlement heeft een rapporteur en die komt ook met een voorstel. In die driehoek ga je daarna bekijken of je er gezamenlijk uitkomt. De lidstaten zullen de eis stellen dat hun rol, die van de Raad, in dat proces versterkt moet worden en dat ze, zoals vorige week uitgebreid is besproken, uiteindelijk kunnen weigeren om hulp te verlenen. Dat zal echter wel zware consequenties hebben. Op al die terreinen is er dus nog geen definitief standpunt. Er lopen onderhandelingen om met de lidstaten tot een akkoord te komen. Vervolgens ga je met de andere partijen om de tafel om te bekijken of je überhaupt overeenstemming kunt bereiken over een voorstel. Daar zal de Kamer natuurlijk over geïnformeerd worden.

Mevrouw Gesthuizen vroeg of het realistisch is om terug naar Dublin te gaan. Wat is het ideaal? In de herfst hebben we in onze kabinetsbrief eigenlijk twee visies verwoord. De ene ging over de wijze waarop het uiteindelijk moet gaan en de andere ging over wat wij verwachten dat je in de tussentijd met Dublin moet doen. Toen leek het in het debat nog dat het tussentijdse misschien haalbaar was, terwijl men niet verwachtte dat er met een land als Turkije heel vergaande afspraken te maken waren. Je mocht het proberen, maar men verwachtte niet dat het ging lukken. De ironie is dat datgene wat toen het verst weg leek, nu ineens een stuk dichterbij is gekomen, terwijl de tussentijdse oplossing, een soort herverdeling over Europa met Europees asiel, verder weg lijkt dan toen het geval was. Het lijkt er ook niet op dat er snel overeenstemming kan komen over een alternatief. Hierdoor val je dus terug op het bestaande, aangevuld met relocatie. We vallen dus terug op het oude systeem, maar met het amendement dat de eerstelijnslanden ontzien moeten worden en niet in hun eentje alles op hoeven te knappen. Daarbij wordt wel in ere hersteld dat er geen vrije doorloop is. De Europese lidstaten bepalen wie waar terechtkomt, en niet de mensen zelf, gebruikmakende van illegale routes en smokkelaars.

Kijkende naar de verhoudingen binnen de lidstaten, denk ik eerlijk gezegd dat het vruchtbaarder is om een discussie over een alternatief te voeren als de stroom onder controle is, in plaats van dat te doen als tussenfase. De meningen lopen ver uiteen en die naderen elkaar meer als we er zicht op hebben dat het om een beperkter aantal gaat, waar we ook controle over kunnen uitoefenen. Zolang je het idee hebt dat je een discussie voert over een nieuwe afspraak met een ongecontroleerd open einde, zal er volgens mij geen alternatief komen. We vallen dus terug op het bestaande Schengen. Dat is ook zinnig, zolang je de eerstelijnslanden, met name Griekenland, ontziet via relocatie. Dat kan nu wel.

De heer Azmani had een vraag over de landenpakketten bij terugkeer. Daar wordt nu aan gewerkt, op basis van carrots en sticks. Er worden migratiedialogen met derde landen gevoerd, ten behoeve van terugkeer. Die pakketten worden de komende weken als het goed is afgerond. Daarna komen er gesprekken. In april of mei zullen we ze, naar verwachting, in de JBZ-Raad bespreken. Ik heb ze nu nog niet voor me liggen.

De heer Azmani vroeg of er wordt gesproken over een einde van de westelijke Balkanroute. De Europese Raad heeft inderdaad in februari, op 18 of 19 februari, de oproep gedaan om die route te sluiten en te stoppen met het doorwuiven. Tijdens de JBZ-Raad hebben we dat toen in een meer praktische zin besproken, in een ontbijtsessie met de niet-lidstaten op de westelijke Balkanroute. Je ziet ook dat er gehoor en gevolg aan gegeven wordt. Het Schengenacquis wordt nu dus wel weer toegepast op die route, misschien wel meer dan ooit. Men is ook verplicht om asiel aan te vragen. Dan mag je dus niet door. Als je dat niet doet, mag je het land ook niet in. Dan moet het land jou de toegang weigeren. We zijn niet gewend dat dit gebeurt, omdat dit onder Schengen nooit zo strikt werd gedaan, maar het is wel de afspraak en die wordt nu dus nageleefd. Daarbij moet je oog hebben voor de humanitaire consequenties aan de Grieks-Macedonische grens en voor het helpen van de eerstelijnslanden bij het verwerken en verdelen van de lasten. Zo kunnen we Griekenland bijstaan.

Ik grijp ook even terug op wat we eerder zeiden. De heer Voordewind zei terecht dat er nu 20.000 mensen in Griekenland vastzitten. Vorig jaar hadden we een plan voor 160.000 mensen. Dat ging natuurlijk niet alleen over Griekenland. Er staan echter meer plekken voor relocatie open dan er nog mensen in Griekenland zijn. Dat betekent dus dat in de tussentijd iedereen gewoon is doorgelopen. Daarom krijgen we niet dus meteen dossiers aangeleverd. Italië en Griekenland zeiden terecht dat het systeem niet werkt als er geen sprake is van een soort relocatie, maar ze hebben niet al die jaren mensen tegengehouden zodat ze niet konden vertrekken. De informele relocatie heeft er dus voor gezorgd dat er niet heel veel mensen waren. Ieder land had op dag één van de relocatieafspraken vliegtuigen kunnen sturen om mensen op te halen, maar zo veel mensen waren er op dat moment niet. Nu Schengen echter echt wordt nageleefd, wordt het prangend. Bovendien zorgen landen die er niet toe behoren en aan de andere kant van de buitengrens zitten, er ook voor dat mensen Griekenland niet uit kunnen, omdat wij er volgens hen niet voor zorgen dat mensen Griekenland niet uit lopen. Laat ik dat een soort externe support voor de Schengenafspraken noemen. Het is echter de bedoeling dat Griekenland dit zelf gaat doen en zelf gaat verzorgen. De Commissie heeft dit ook geschreven in haar appreciatie over Griekenland. De Schengenafspraken gaan namelijk niet alleen over het goed regelen van de binnenkomst.

Als ik iets gemist heb, hoor ik dat graag en anders was dit het.

De voorzitter: Dan gaan we naar de tweede termijn. Ik stel voor om een spreektijd van één minuut te hanteren.

De heer Fritsma (PVV): Voorzitter. Er is een draak van een deal gesloten met Turkije. De antwoorden van de Staatssecretaris bevestigen dat alleen maar. Kijk naar wat Turkije krijgt. Turkije krijgt zicht op EU-toetreding, versnelde visumliberalisatie, waardoor Turken visumvrij naar de EU kunnen komen, en nog meer geld dan aanvankelijk was vastgesteld. Dat is hoe dan ook een veel te hoge prijs voor Nederland en de Nederlandse burger, met name omdat we helemaal geen idee hebben wat we ervoor terugkrijgen. Het enige is goede hoop. Dat zei de Staatssecretaris letterlijk. We krijgen de goede hoop dat de instroom vermindert ervoor terug. We krijgen echter geen enkele zekerheid en dat is de crux. Die zekerheid kunnen we alleen maar bereiken als we het heft in eigen handen nemen, zelf de grenzen sluiten en ervoor zorgen dat geen asielzoeker meer binnenkomt. De PVV-fractie blijft deze deal dus betreuren. We hopen dan ook dat die zo snel mogelijk van tafel gaat.

Er is heel veel onduidelijkheid over de hervestiging. Zit die nu wel of niet in de deal? Welke aantallen komen er via die veelbesproken luchtbrug naar de EU? Welke landen doen er niet aan mee? Doet Denemarken mee? Doet Hongarije mee? Er zijn te veel onduidelijkheden. Misschien kan de Staatssecretaris er in tweede termijn nog iets over zeggen.

De heer Sjoerdsma (D66): Voorzitter. Ik dank de Staatssecretaris voor zijn antwoorden in eerste termijn. Er wordt nu op drie plekken tegelijkertijd met het kabinet gesproken over de EU-Turkijedeal, in de zaal hiernaast met collega Koenders en in het Europees parlement is Minister Hennis op dit moment vragen van Europarlementariërs aan het beantwoorden. Het is fascinerend om de verschillende vragen te volgen. Volgens mij is de tussenstand, als ik kijk naar deze kant van de tafel, dat er grote zorgen zijn en dat er veel vragen leven. Sommigen spreken over een doorbraak. Ik vind dat zelf in dit stadium, nu de deal slechts in potlood geschreven staat en nog niet bekend is of die wordt uitgevoerd, echt te voorbarig. De Europese Unie staat op een historisch kruispunt. De grote uitdaging die voorligt, is of het lukt om tot een gezamenlijke aanpak van de vluchtelingencrisis te komen zonder belangrijke principes als de mensenrechten, de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid overboord te gooien.

Volgens mij is er nog één vraag van mij blijven liggen, maar misschien heb ik het antwoord gemist. Ik heb meegekregen dat de visumliberalisatie in juni moet zijn afgerond. Klopt het dat van de 72 vereisten voor visumliberalisatie er voor Turkije nog steeds 46 openstaan? Waar komt het vertrouwen vandaan dat Turkije dit in een paar maanden voor elkaar gaat boksen?

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ook bij mijn fractie is er nog grote onduidelijkheid over wat de deal precies inhoudt. Er wordt gesproken over hervestiging, maar tot nu toe heeft Turkije maar 300 mensen teruggenomen. Als de hervestiging een-op-een gebeurt, zal het voorlopig bij die 300 mensen blijven. De vluchtelingenstroom in Turkije zal niet heel snel afnemen als die hervestiging niet snel in aantallen toeneemt. We moeten afwachten of de NAVO volkenrechtelijk-juridisch gezien bootjes mag terugsturen naar Turkije. De Staatssecretaris zegt ook dat Turkije voorlopig nog geen veilig derde land is. Wat houdt de deal dus in, met name als het gaat over de veiligheid en de opvang van vluchtelingen en resettlement? Wat houdt die deal concreet voor die vluchtelingen in? In Macedonië zitten nu namelijk nog steeds 10.000 à 15.000 mensen vast.

We hebben eerder bepleit om, als je Turkije de mensen laat opvangen, dat in samenwerking te doen met de UNHCR. Is de Staatssecretaris bereid om dat punt in te brengen?

In de eerste termijn heb ik nog een vraag gesteld over de safe havens. Onderdeel van de Turkijedeal is dat er in Noordoost-Turkije een safe haven opgezet moet worden. Hoe gaat de Europese Unie dat afdwingen?

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren): Voorzitter. Er is een deal gesloten die Europa en dus Nederland niets zal brengen. De instroom zal netto niet verminderen. Er zullen enorme groepen asielzoekers blijven komen. Het langetermijnperspectief voor Europa en zeker ook voor Nederland is dus somber. De huidige instroomcijfers gaan ons absorptievermogen ver te boven. Afspraken maken met een land dat zich over de rug van migranten de EU in wil chanteren en de persvrijheid om zeep helpt, is niet alleen onzinnig, maar ook heel onzalig. Willen we de problemen structureel oplossen, dan zullen we toe moeten naar het Oost-Europese model: sluit de grenzen voor nieuwe asielzoekers, voer grensbewaking in en richt je enkel op opvang in de regio.

Mevrouw Gesthuizen (SP): Voorzitter. Twee opmerkingen van de Staatssecretaris in de eerste termijn zijn mij erg bijgebleven. In de eerste plaats zei de Staatssecretaris dat Turkije het non-refoulementprincipe zal respecteren. Wie moet dat controleren in Turkije? De vrije pers wellicht? Grandi van de UNHCR heeft vraagtekens geplaatst bij de legitimiteit van de deal die de EU en Turkije voornemens zijn af te sluiten. «The collective expulsion of foreigners is prohibited under the European Convention of Human Rights», zei hij. De VN maken zich grote zorgen over het verdrag, met name omdat het gaat over de noodzakelijke rechten die mensen moeten krijgen op werk, zorg, onderwijs en sociale bijstand. Ik roep net als de heer Sjoerdsma ook maar het uiterst kritische rapport van mevrouw Piri over Turkije in herinnering, waarin zij kritiek uit op de relatie tussen de EU en Turkije.

Dan kom ik op de tweede opmerking van de Staatssecretaris. Deze heeft mij echt van mijn stoel geblazen. Hij durfde hier te beweren dat mensen maar meer opvang in de regio moeten genieten. Misschien moet de Staatssecretaris eens gaan kijken in die regio, zoals ik vorig jaar heb gedaan met IRC (International Rescue Committee) en Stichting Vluchteling. Ik zag kinderen met brandwonden in hun hals en op hun armen, die ze hebben opgelopen tijdens het werken 's nachts op straat in Beiroet. Misschien moet hij ook de foto's van Arie Kievit bekijken van gezinnen met kinderen op straat in Libanon. Dat zijn de mensen die uiteindelijk via Turkije proberen door te reizen naar de Europese Unie, omdat ze het niet redden in de regio. En u, Staatssecretaris, laat hen gewoon stikken. U staat voor een nationalistische regering die mensenrechten schendt. U staat met uw neus op verpieterende kinderen, maar het interesseert u niets, zolang u de PVV maar de wind uit de zeilen kan halen. U zou deze boodschap naar voren moeten brengen: mensen, er zijn 60 miljoen vluchtelingen; het is voor niemand leuk, niet in de laatste plaats voor die vluchtelingen, maar Nederland moet zijn steentje bijdragen. Maar die boodschap brengt u niet.

Mevrouw Kuiken (PvdA): Voorzitter. Ik dank de Staatssecretaris voor zijn antwoorden. Het is duidelijk dat heel veel details in de komende weken uitgewerkt moeten worden. Een aantal zaken behoeven hierbij voortdurend aandacht, zoals de asielprocedures, het hervestigingsprogramma en een meer permanente hervestiging. Dit is dus niet de laatste keer dat we hierover spreken. Voor ons is het duidelijk dat we in ieder geval niet de weg van «ieder voor zich» moeten bewandelen. Het is goed dat de Europese landen gezamenlijk afspraken maken en afspraken maken met Turkije.

Voorzitter: Fritsma

De heer Azmani (VVD): Voorzitter. Ik zal kort zijn. We zullen de komende weken en maanden nog volop debat voeren over onder andere deze deal met Turkije en de uitwerking daarvan. Ik sta op het standpunt dat het een belangrijke doorbraak is als landen in de regio bereid zijn om deze verantwoordelijkheid op zich te nemen. Voor niets gaat de zon op, dus zul je ook een tegenprestatie moeten leveren. Ik hoop dat Turkije niet het eerste en het laatste land zal zijn, maar dat er verdere stappen worden gezet om te anticiperen op alternatieve routes, zoals de Middellandse Zee en de Maghreb. Daar moet je ook het een en ander doen.

Ik heb begrepen dat het visumbeleid zijdelings op de JBZ-Raad aan de orde zal komen. Misschien kan de Staatssecretaris nog ingaan op de stand van zaken op dat gebied. Als dat niet het geval is, vraag ik hem ons per brief te informeren over de laatste ontwikkelingen, ook omdat de Kamer hierover informatieafspraken heeft gemaakt. We willen daar tijdig en gericht over geïnformeerd worden, gelet op de kwetsbaarheid van dit onderwerp. Ik denk daarbij aan het rondreisvisum.

Voorzitter: Azmani

De voorzitter: Ik geef het woord aan de Staatssecretaris voor zijn tweede termijn.

Staatssecretaris Dijkhoff: Voorzitter. De heer Fritsma vroeg in hoeverre hervestiging part of the deal is. In de deal zit nu alleen het Commissievoorstel voor hervestiging op vrijwillige basis, zonder een vooraf bepaald aantal. Ik kan dus niet de vraag van de heer Fritsma beantwoorden hoeveel landen eraan deel zullen nemen en met welke aantallen, want dat staat er gewoon niet in. Dit is dus niet hardgemaakt in de deal. Mogelijk verschaffen landen daar de komende tijd zelf wat meer duidelijkheid over. Dit is een van de zaken die in aanloop van de deal of daarna uitgewerkt zullen worden.

De heer Sjoerdsma vroeg of het klopt dat er nog 46 vereisten openstaan. Ik weet het aantal openstaande punten niet uit mijn hoofd, maar het zou goed kunnen. Er is een duidelijke roadmap voor de visumliberalisatie. Het is niet zo dat er nu een datum ligt en dat we de inhoud daarbij loslaten. Het is niet zo dat we ons best doen om zo veel mogelijk punten te halen voor die datum, maar dat we het accepteren als er dan nog openstaande punten zijn. Het is vooral aan Turkije om die datum te laten samenvallen met het voldoen aan de eisen. De criteria blijven zoals ze zijn. Heb ik er vertrouwen in dat Turkije eraan zal voldoen? De EU zal het proces in tempo maximaal ondersteunen, bijvoorbeeld als ze dingen moet doen of goedkeuren. Het belang dat Turkije zelf heeft om te voldoen aan de eisen, lijkt me echter de grootste drijfveer om het te laten lukken. We gaan de datum dus niet belangrijker maken dan de inhoudelijke criteria.

De heer Voordewind zei dat Turkije nog maar 300 vluchtelingen heeft overgenomen, dus dat er nog maar 300 mensen zijn voor hervestiging. Turkije heeft inderdaad 300 mensen overgenomen, maar dat waren geen Syriërs. Dit zou dus leiden tot nul hervestiging. Dit is echter gebeurd voor de afspraken die nu gemaakt worden. Dit is gebeurd los van een afspraak of een deal tussen de twee betrokken landen. Er was wel sprake van veel stimulans van de EU en ook van Nederland, ook op operationeel gebied, om te bekijken of de oude readmissieovereenkomst werkt en of we daar wat mee kunnen. Hoe gaat dat dan? Kunnen we ervoor zorgen dat Turkije en Griekenland hierin praktisch samenwerken en gezamenlijk dossiers bekijken? Daar is men mee aan de slag gegaan. Turkije heeft, zonder dat er een deal aan ten grondslag lag, een paar honderd mensen overgenomen, maar dat waren geen Syriërs. Dit wil ik niet maatgevend laten zijn voor de effectiviteit van de deal. Het is wel maatgevend voor goede tekenen in een traject naar aanloop van een afspraak. Als die afspraak er is, zul je die daarna een-op-een moeten vormgeven.

De heer Voordewind verbond een conclusie over een veilig derde land aan de NAVO-missie. Daar wil ik een nuance op aanbrengen. Als de NAVO-missie in Turkse wateren is, kun je niet spreken van terugsturen van mensen naar Turkije, omdat ze dan nog in Turkije zijn. Daar wil ik dus een ander concept aan hangen.

De UNHCR wordt erbij betrokken, ook bij het indienen van projecten om de situatie te verbeteren. De heer Sjoerdsma zei dat er nu op drie plaatsen wordt gesproken over safe havens. Het antwoord op de vraag daarover kan inderdaad beter één zaaltje verderop gegeven worden. Ik kan er namelijk heel weinig over zeggen. Er is iets gezegd over het verbeteren van de humanitaire omstandigheden in Syrië. Dat wil natuurlijk iedereen. Daar is niemand tegen. Fijn, dan hebben we vandaag ook iets waar iedereen achter staat. Dit heeft ook te maken met de druk die in VN-verband moet worden uitgeoefend op de landen daar. Het staakt-het-vuren is in principe een goede stap. De naleving ervan is weer iets anders. Dat staat niet voorop in het proces dat ik met mijn collega's van Binnenlandse Zaken van andere lidstaten doorloop.

De heer Azmani had een vraag over het visumpakket. Dat staat waarschijnlijk bij de volgende of de daaropvolgende JBZ-Raad op de rol. De Kamer wordt in de aanloop daarnaartoe erover geïnformeerd via de geannoteerde agenda en de stukken daarvoor.

Mevrouw Gesthuizen had het over de kritiek van de UNHCR. Die heeft er inderdaad zorgen over. De UNHCR is er nog wel nauw bij betrokken. Twee weken geleden zat de UNHCR met alle ministers aan tafel om mee te spreken en zijn zorgen te uiten. We houden de UNHCR nauw betrokken bij alle plannen die uitgevoerd worden. De UNHCR is sowieso cruciaal voor de uitvoering, om ervoor te zorgen dat opvang van mensen goed gebeurt. De UNHCR ziet daar ook vooruitgang in, maar ik snap wel dat de UNHCR terughoudend is en ons scherp houdt op de zaken die nog moeten gebeuren.

Mevrouw Gesthuizen (SP): Ik hecht eraan om te zeggen dat ik toch echt letterlijk heb gelezen dat de UNHCR in zijn verklaring heeft aangegeven geen belanghebbende te zijn in deze deal. De UNHCR zal er best wel bij zitten, maar ik vind het heel kwalijk dat hier de indruk wordt gewekt dat de Verenigde Naties erbij zitten en dat dit dus gebeurt onder auspiciën van de Verenigde Naties. Dat is absoluut niet waar en daarom is de UNHCR ook zo kritisch.

Staatssecretaris Dijkhoff: Het is prettig dat mevrouw Gesthuizen duidelijk maakt wat ik niet heb gezegd. Die indruk heb ik ook niet willen wekken.

Tot slot wil ik kort reageren op de meer persoonlijke analyse van mevrouw Gesthuizen. Het is in ieder geval de eerste keer dat ik een nationalist ben genoemd. Ik voel me zelf geen nationalist. Ik ben echter niet blind voor belangen, dus ook niet voor het nationale belang. De mate waarin leed mij persoonlijk raakt, doet helaas niet de capaciteit stijgen van ons land om dit leed weg te nemen of op te lossen. Ik ben het met mevrouw Gesthuizen eens dat een land als Nederland een aandeel moet hebben in het oplossen van het probleem en in het helpen van mensen. We hebben helaas niet het vermogen om meer bij te dragen aan een oplossing wanneer andere landen hun bijdrage en oplossing achterwege laten. Mijn doel is om mensen te helpen in de mate waarin we dat kunnen, ook met het oog op het Nederlandse draagvlak en wat voor Nederland verstandig is. Die zaken probeer ik met elkaar te balanceren. Ondertussen probeer ik tot een oplossing te komen waarin ook andere landen hun rol pakken. Het beste is het als we conflicten kunnen beëindigen. Second best is het op een humane en veilige manier opvangen van mensen die moeten vluchten voor leed en oorlog.

De voorzitter: Daarmee zijn we aan het einde gekomen van dit algemeen overleg over de JBZ-Raad. Ik dank de Staatssecretaris voor zijn antwoorden. Namens de commissie wens ik hem succes bij de JBZ-Raad morgen en overmorgen. Ik wens u allen een fijne dag.

Sluiting 13.45 uur.