31 904
Titel Wijziging van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998, tot versterking van de werking van de gasmarkt, verbetering van de voorzieningszekerheid en houdende regels met betrekking tot de voorrang van duurzame elektriciteit, alsmede enkele andere wijzigingen in deze wetten

nr. 21
AMENDEMENT VAN DE LEDEN SAMSOM EN WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK

Ontvangen 13 januari 2010

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel II, onderdeel K, artikel 24a, eerste lid, vervalt de zinsnede «, tenzij de gevolgen van het toepassen hiervan niet redelijk en proportioneel zijn».

II

In artikel II, onderdeel K, artikel 24a, tweede lid, vervalt de zinsnede «, tenzij de gevolgen van het toepassen hiervan niet redelijk en proportioneel zijn».

Toelichting

In artikel 24a, eerste lid van de Elektriciteitswet wordt een belangrijk voorbehoud gemaakt, waardoor voorrang voor duurzaam en WKK niet gegarandeerd is. Als de gevolgen «niet redelijk en proportioneel zijn» zou geen voorrang gegeven hoeven worden. De termen «redelijk en proportioneel» zijn zeer ruime begrippen, waardoor in veel gevallen feitelijk geen voorrang tot stand komt. Met deze formulering zou een netbeheerder aan het geven van voorrang kunnen ontkomen, bijvoorbeeld met een beroep op ondoelmatigheid, het ontbreken van technische regelsystemen of de doorlooptijd van de benodigde maatregelen.

Daarnaast is de «tenzij-clausule» in artikel 24a, eerste lid strijdig met het Europees recht, dat een dergelijk voorbehoud niet toestaat. Volgens artikel 8 van de Richtlijn 2004/8/EG en artikel 16, tweede lid van de Richtlijn 2009/28/EG moeten transport en distributie van elektriciteit opgewekt met WKK of hernieuwbare bronnen gegarandeerd worden. De Richtlijnen laten alleen ruimte voor beperking van dit recht op grond van de betrouwbaarheid en de veiligheid van het net. Door een beperking van dit recht mogelijk te maken indien voorrang «niet redelijk en proportioneel» is, wordt de garantie op transport en distributie verder uitgehold dan op grond van de genoemde Richtlijnen mogelijk is.

Samsom

Wiegman-van Meppelen Scheppink