Kamerstuk 31700-VIII-144

Uitvoering moties en amendementen bij de OCW-begroting 2009 en motie HBO-masteropleidingen voor de sleutelgebieden

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2009

Gepubliceerd: 20 februari 2009
Indiener(s): Ronald Plasterk (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31700-VIII-144.html
ID: 31700-VIII-144

31 700 VIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2009

nr. 144
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 februari 2009

Onder verwijzing naar Uw brief van 19 december 2008, nr. 2008Z09944/2008D23372 informeer ik U mede namens de ministers voor Jeugd en Gezin, voor Ontwikkelingssamenwerking, van Economische Zaken, van Justitie, van Buitenlandse Zaken, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en beide staatssecretarissen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de uitvoering van de moties en amendementen die zijn aangenomen in het kader van de behandeling van de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2009 (Tweede Kamer 31 700 VIII).

Ook informeer ik U over de uitvoering van de motie Van der Ham, waarin het kabinet met name wordt verzocht met de HBO-raad in overleg te treden over de vormgeving en financiering van nieuwe HBO-masteropleidingen voor de sleutelgebieden (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 27 406, nr. 138). Gezien de aard van dit verzoek zijn de minister van Economische Zaken en ik overeengekomen dat ik deze motie uitvoer.

Moties

Nummer 21 Van der Ham, Halsema, Leerdam voortzetten Programma voor de Creatieve Industrie

«Verzoekt de regering lopende initiatieven niet te beëindigen alvorens evaluatie heeft plaatsgevonden en de Kamer hier vóór de behandeling van de voorjaarsnota 2009 over te informeren.»

Standpunt

Het Programma voor de Creatieve Industrie is per 1 januari 2009 afgelopen. Voor de zomer informeer ik de Tweede Kamer over het vervolg op de reactie van de minister van Economische Zaken en mij op de evaluatie van het experimentele programma.

Overigens zijn nog steeds tal van flankerende maatregelen voor creatieve bedrijfstakken in volle gang. Denk aan het Platform Dutch Design, aan Fashion and Architecture, aan regionale middelen uit het programma Pieken in de Delta, de activiteiten van Kunstenaars en CO en aan het FES-project Beelden voor de Toekomst.

Nummer 47 Van Dijk programmaraad voor KPN/Digitenne

«Verzoekt de minister een voorstel te doen voor de instelling van een programmaraad voor KPN/Digitenne met bindende zeggenschap over ten minste eenderde deel van de beschikbare kanalen van Digitenne, buiten de publieke zender.»

Standpunt

De Tweede Kamer ontvangt in het eerste kwartaal van dit jaar een brief waarin wordt aangegeven wat de inspraakmodellen voor het programma-aanbod via de kabel zouden kunnen zijn. In die brief zal ik ook ingaan op de positie van KPN/Digitenne.

Nummer 49 Atsma knelpunten in de richtlijnen van het College Bescherming Persoonsgegevens

«Verzoekt de regering een onderzoek te verrichten naar de knelpunten van de CBP-richtlijnen en te onderzoeken of in Nederland wetgeving analoog aan de Amerikaanse COPPA (Children’s Online Privacy Protection Act) mogelijk is.»

Standpunt

Dit onderwerp heeft de volle aandacht van de regering, in het bijzonder van de ministers van Justitie en voor Jeugd en Gezin. Ik verwijs tevens naar hun antwoorden van 5 december 2008 op de vragen van 5 november 2008 van de leden Heerts en Bouchibti (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, nr. 731, 2080904630). In deze antwoorden hebben zij uitvoerig toegelicht welke inspanningen het College Bescherming Persoonsgegevens reeds verricht om de problematiek aan te pakken.

Nummer 55 Vendrik, Van der Ham, Remkes, Van Dijk zekerstellen positie publieke omroep

«Verzoekt de regering een vervolg op het WRR-rapport naar de publieke omroep te organiseren waarbij nadrukkelijk gekeken wordt naar ledenlegitimatie en het door de WRR destijds genoemde «mandje van criteria».»

Standpunt

Dit voorjaar behandelt de Tweede Kamer het wetsvoorstel Erkenningswet dat de kaders schetst voor de organisatie van de publieke omroep en de rol van leden voor de relatief korte termijn, 2010–2015. Het is voor de nabije toekomst van de publieke omroep van belang deze kaders op korte termijn vast te stellen.

Met het WRR-rapport «Focus op functies» nog vers in het geheugen zal ik de motie uitvoeren en actief blijven werken aan het vraagstuk van de (leden-)legitimatie, zodat de publieke omroep ook in de periode 2015–2020 zijn solide basis in de samenleving kan behouden.

Nummer 58 Van der Ham, Vendrik bevorderen animatieproducties

«Verzoekt de regering in overleg te treden met de NPO over uit te zenden, in Nederland (co)geproduceerde animatieproducties.»

Standpunt

Ik zal de inzet van de publieke omroep voor Nederlandse animatie in mijn overleg met de raad van bestuur van de publieke omroep aan de orde stellen en ik zal de Tweede Kamer over de uitkomsten daarvan informeren.

Nummer 59 Van Vroonhoven-Kok, Leerdam, Anker € 1 miljoen voor drie doelen

«Verzoekt de regering om in totaal € 1 miljoen vrij te maken ten behoeve van de sectorinstituten en de positief beoordeelde maar niet gehonoreerde aanvragen voor het Nederlands Fonds voor de Podiumkunsten en daarbij de volgende verdeling te hanteren:

€ 400 000 sectorinstituten;

€ 600 000 Nederlands Fonds voor de podiumkunsten.»

Standpunt

De middelen zijn inmiddels vrijgemaakt.

Nummer 68 Van Dijk promovendi als werknemer behandelen

«Verzoekt de regering te realiseren dat promovendi door hun werkgever als werknemer worden behandeld.»

Standpunt

De motie beschouw ik als ondersteuning van mijn beleid. Zoals eerder aangegeven, ben ik geen voorstander van een bursalenstelsel, omdat het niet wenselijk is dat promovendi voor het zelfde werk op verschillende plaatsen in Nederland onder verschillende arbeidsvoorwaardenregelingen of onder geen enkele arbeidsvoorwaardenregeling vallen. Tevens heb ik aangegeven dat de universiteiten hierover met elkaar moeten spreken en één lijn moeten trekken. Nu de universiteiten nog geen stappen hebben gezet om hierover overeenstemming te bereiken, beraad ik mij op (juridische) stappen om te komen tot een aanpassing in de bekostiging van promoties bij universiteiten die een bursalenstelsel hanteren. Het gaat daarbij om promovendi met een beurs aan een Nederlandse universiteit; niet om promovendi die reeds een baan hebben.

Nummer 72 Anker, Van Dijk, Besselink, Van der Ham internationaliseringsagenda Hoger Onderwijs, Onderzoeks- en Wetenschapsbeleid

«Verzoekt de regering een kabinetsbrede internationaliseringsagenda Hoger Onderwijs, Onderzoeks- en Wetenschapsbeleid te maken en deze voor 1 juni 2009 aan de Kamer te sturen.»

Standpunt

De Tweede Kamer ontvangt vóór 1 juni 2009 een kabinetsbrede internationaliseringsagenda Hoger Onderwijs, Onderzoeks- en Wetenschapsbeleid.

Nummer 89 Biskop, Kraneveldt-van der Veen, Slob knelpunten leerhulpmiddelen

«Verzoekt de regering om:

voor het zomerreces 2009 een notitie aan de Kamer te sturen waarin een overzicht wordt gegeven van de knelpunten ten aanzien van het verkrijgen van leerhulpmiddelen voor visueel beperkte en dyslectische studenten in het Nederlandse onderwijs;

te komen met een plan van aanpak dat tegemoet komt aan die knelpunten.»

Standpunt

De Tweede Kamer ontvangt voor het zomerreces de gevraagde notitie. Daarin zal worden ingegaan op de hulpmiddelen, op de mogelijkheden die scholen hebben voor het afnemen van examens en op de maatregelen die lopen om tot verbetering van de voorzieningen te komen.

Nummer 95 Kraneveldt-van der Veen, Van Dijk, Slob, Dibi, Bosma, Van der Vlies intensieve inspectie bij nieuwe scholen

«Verzoekt de regering, voorstellen te formuleren om de inspectie bij nieuw gestichte scholen standaard intensief toezicht te laten houden, zodat deze als het ware over de schouder van de school meekijkt en op basis van verdiend vertrouwen dat toezicht af te laten bouwen wanneer aan alle randvoorwaarden voor kwaliteit is voldaan.»

Standpunt

Alle nieuwe scholen vallen onder het toezicht van de Inspectie. Dat toezicht is risicogericht en proportioneel.

Nieuw gestichte scholen kunnen een verhoogd risico voor de onderwijskwaliteit betekenen. Als uit de risicoanalyse een verhoogd risico blijkt, dan kan de school onder intensief toezicht geplaatst worden.

De uitvoering die ik aan de motie wil geven is dat de Inspectie bij iedere nieuw bekostigde school kort na de aanvang van de bekostiging een risicoanalyse uitvoert en op basis daarvan het toezichtarrangement vaststelt.

Nummer 97 Kraneveldt-van der Veen, Van Dijk, Slob, Dibi, Bosma, Van der Vlies professionalisering schoolleiders

«Verzoekt de regering om samen met de Nederlandse Vereniging van Schoolleiders en de vertegenwoordigers van de schoolbesturen in overleg te treden en te komen tot meerjarenafspraken inzake de verdere professionalisering van schoolleiders, met als eindperspectief het scholen van alle schoolleiders in Nederland.»

Standpunt

Ik beschouw de motie als een ondersteuning van het kabinetsbeleid. Deze motie zal ik uitvoeren in het kader van de implementatie van het 3 december 2008 de Tweede Kamer gestuurde «Plan van Aanpak Opbrengstgericht Leiderschap» (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, nr. 2008Z08453). De Tweede Kamer zal over de voortgang van de Kwaliteitsagenda Primair Onderwijs voor 1 juli worden geïnformeerd.

Nummer 98 Kraneveldt-van der Veen, Ferrier, Slob, Dezentjé Hamming-Bluemink, Dibi, Van der Vlies accountantsonderzoek zorggelden

«Verzoekt de regering:

een diepgaand accountantsonderzoek in te stellen in het po, het vo en het mbo naar de daadwerkelijke besteding van de zorggelden bij een representatief aantal scholen in het reguliere onderwijs en in alle clusters van het speciaal onderwijs;

in dat accountantsonderzoek alle budgetten voor lwoo, pro, WSNS, sbo, het regionaal zorgbudget vo, «Op de rails», «Rebound», «Herstart», de rugzakken en de meerkosten van het (v)so mee te nemen, en de Kamer daar in het voorjaar van 2009 verslag van te doen.»

Standpunt

In twee van de regionale netwerken die in het funderend onderwijs zijn gevormd in het kader van Passend onderwijs loopt een pilotonderzoek naar de inzet van de in de motie bedoelde zorgmiddelen. In deze pilots worden de middelen voor Weer Samen Naar School, het zorgbudget van de samenwerkingsverbanden voortgezet onderwijs, de middelen in het (voortgezet) speciaal onderwijs en de middelen voor begeleiding van leerlingen met leerlinggebonden financiering betrokken. De Tweede Kamer zal dit voorjaar worden geïnformeerd over de resultaten en vervolgonderzoek.

Nummer 99 Kraneveldt-van der Veen, Ferrier positie ouders in nieuwe regionale netwerken

«Verzoekt de regering om bij de nadere uitwerking van Passend Onderwijs ervoor te zorgen dat ouders een formele positie krijgen in de nieuw te vormen regionale netwerken.»

Standpunt

De motie zal worden uitgevoerd bij de uitwerking van het wettelijk kader voor Passend onderwijs. De Tweede Kamer ontvangt dit voorjaar een brief over deze uitwerking.

Nummer 100 Kraneveldt-van der Veen, Dibi ontschotting van onderwijs en zorg

«Verzoekt de bewindslieden van OCW om de ontschotting van onderwijs en zorg in alle onderwijssectoren tot een van de speerpunten van het beleid in de tweede helft van deze kabinetsperiode te maken en in samenwerking met uw collega’s van andere departementen in het voorjaar van 2009 met een plan van aanpak hiervoor te komen.»

Standpunt

De Tweede Kamer ontvangt dit voorjaar een overzicht van knelpunten in de samenwerking tussen onderwijs en zorg en wordt geïnformeerd over de wijze waarop het kabinet werkt aan de oplossing van deze knelpunten. Daarbij wordt voortgebouwd op de ervaringen van het programmaministerie voor Jeugd en Gezin om tot bundeling van middelen in de G4 te komen.

Nummer 102 Depla, Biskop, Slob competentiegericht onderwijs dekken uit de FES-innovatiebox

«Spreekt uit dat het gewenst is om de financiële ondersteuning van de invoering van het competentiegericht onderwijs ook in het schooljaar 2009/2010 te continueren

spreekt verder uit dat voortzetting van financiering uit de FES-innovatieboxmiddelen een goede mogelijkheid daarvoor is.»

Standpunt

Een extra FES-ronde wordt voorbereid voor verlenging van FES-projecten die deze kabinetsperiode aflopen. Onder meer het competentiegericht onderwijs in het beroeponderwijs en de Innovatiebox zijn daarvoor in beeld. Specifiek gaat het om Beroepsonderwijs in bedrijf. Want dat komt ten goede aan competentiegericht onderwijs en is één van de projecten die – mede – onderdeel uitmaken van de Innovatiebox.

Deze FES-ronde concurreert een groot aantal projecten om de schaarse middelen. Ook gelden zware criteria.

Nummer 103 Depla, Slob, Biskop toegankelijkheid tweedekansonderwijs

«Verzoekt de regering, in overleg met de VNG en de MBO Raad, zonder beperkingen vooraf, voorstellen uit te werken zodat op de beste manier brede toegankelijkheid van het tweedekansonderwijs kan worden gegarandeerd en hierover de Kamer te informeren.»

Standpunt

Het tweedekansonderwijs maakt onderdeel uit van het participatiebudget dat per 1 januari 2009 in werking is getreden. De komende tijd zal ten behoeve van het verder uitwerken van afspraken als onderdeel van het participatiebudget met de VNG en MBO Raad worden gesproken. Dit gaat met name over de doelstellingen ten aanzien van de alfabetisering. In deze gesprekken zal het in de motie gevraagde aan de orde komen. De Tweede Kamer zal over de uitkomsten hiervan worden geïnformeerd.

Nummer 106 Slob, Depla, Van Dijk, Van der Vlies, Verdonk uitbreiden van de periode die scholen niet voldoen aan de stichtingsnormen van vijf naar acht jaar

«Verzoekt de regering:

inzichtelijk te maken om hoeveel scholen het hier gaat [scholen die binnen vijf jaar niet voldoen aan de stichtingsnormen] en in het onderzoek naar de verlaging van de stichtingsnormen een uitbreiding van de periode om aan de stichtingsnormen te voldoen naar acht jaar mee te nemen,

de Kamer over zowel het verlagen van de stichtingsnormen als de uitbreiding van de periode om daaraan te voldoen in het voorjaar van 2009 te informeren.»

Standpunt

Ik ga hiermee aan de slag en betrek het verzoek bij de analyse van het huidige systeem voor stichtings- of toetredingsnormen in het primair onderwijs, zoals in de brief over «De menselijke maat in het onderwijs» van 28 november 2008 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 31 135, nr. 16) is aangekondigd.

Nummer 109 Dibi, Depla afspraken energiebesparing en duurzaam inkopen

«Verzoekt de regering het initiatief te nemen, zodat er ook afspraken komen voor het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het beroepsonderwijs [over energiebesparing en duurzaam inkopen].»

Standpunt

Het is van belang lopende en nieuwe initiatieven onder de aandacht van gemeenten en schoolbesturen te brengen. Naast de VNG spelen de belangenorganisaties voor schoolbesturen (zoals de PO-Raad, VO-raad en de MBO Raad) daar een belangrijke rol in. Ik zal de kwestie in de loop van 2009 ook bij deze organisaties onder de aandacht brengen.

Nummer 123 Anker, Besselink, Van Dijk international classroom

«Verzoekt de regering te komen tot een plan van aanpak ter realisatie van een fonds met als doelstellingen in ieder geval:

het aantrekken van talentvolle, kwalitatief goede studenten uit de partnerlanden op het gebied van ontwikkelingssamenwerking die bijdragen aan de ontwikkeling van de «international classroom»;

de ontwikkeling van het maatschappelijk kader in ontwikkelingslanden;

Verzoekt de regering voorts de daartoe benodigde middelen beschikbaar te stellen en daarbij voorwaarden te stellen om een braindrain vanuit ontwikkelingslanden te voorkomen en de Kamer hierover vóór de voorjaarsnota 2009 te informeren.»

Standpunt

De aanwezigheid van excellente studenten uit derde landen, met inbegrip van de ontwikkelingslanden is van grote waarde voor het Nederlandse hoger onderwijs. Daarom is een aantal mogelijkheden gecreëerd om de komst naar Nederland van deze excellente studenten te bevorderen. Ten eerste kan gedacht worden aan het Huygens Scholarship Programme (HSP). Verder kunnen instellingen voor hoger onderwijs vanaf 2009 studiebeurzen verstrekken in het kader van hun eigen internationaliseringsbeleid. Daarbij kunnen deze instellingen ervoor kiezen – een deel van – deze beurzen in te zetten voor het aantrekken van studenten uit ontwikkelingslanden. Voorts bestaat voor mid-career professionals uit de ontwikkelingslanden het Netherlands Fellowship Programme (NFP). Eén van de overwegingen voor de keuze van dit programma voor deze doelgroep is dat de kans op terugkeer naar het land van herkomst ná het programma in Nederland groter is dan bij studenten. Ten slotte bestaat op EU-niveau het nieuwe Erasmus Mundus Programma (looptijd 2009–2013), dat is gericht op samenwerking en mobiliteit op het terrein van hoger onderwijs. Het besteedt daarbij expliciet aandacht aan de positie van ontwikkelingslanden.

Om deze redenen en – zoals tijdens de behandeling van de begroting van Buitenlandse Zaken/Ontwikkelingssamenwerking besproken – omdat voor het in de motie bedoelde fonds budget ontbreekt, neemt het kabinet de motie niet over.

Nummer 125 Pechtold, Van Dijk, Kraneveldt-van der Veen aandacht in het onderwijscurriculum voor mensen- en kinderrechten

«Verzoekt het kabinet met respect voor de onderwijsvrijheid en de bevindingen van de commissie Onderwijsvernieuwing te bekijken hoe mensen- en kinderrechten wel de noodzakelijke aandacht binnen het onderwijscurriculum kunnen krijgen.»

Standpunt

Op 8 december 2008 hebben de minister van Buitenlandse Zaken en ik de Tweede Kamer een brief over mensenrechteneducatie gezonden, waarin een aantal initiatieven wordt beschreven dat erop is gericht de kennis van mensenrechten in het onderwijs te versterken. De minister van Buitenlandse Zaken heeft het voornemen een lespakket voor scholen te laten samenstellen. Verder zal met het maatschappelijk middenveld dialoog gevoerd worden om te bezien op welke wijze kennis van mensenrechten kan worden verbeterd zonder dat dit leidt tot nieuwe regelgeving. Bij deze dialoog zal ook een aantal andere departementen worden betrokken, zoals het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Nummer 126 Pechtold school maximaal één jaar zeer zwak

«Verzoekt het kabinet de Kamer een aanvalsplan te presenteren met de harde doelstelling dat een school nooit langer dan één jaar het predicaat zeer zwak kan hebben.»

Standpunt

In het kader van de Kwaliteitsagenda’s is het doel dat het aantal zeer zwakke scholen per 2011 is gehalveerd en dat de tijd een school zeer zwak is wordt ingekort. In die zin beschouw ik de motie als een ondersteuning van mijn beleid. De Tweede Kamer zal op korte termijn een aanvalsplan zeer zwakke scholen ontvangen met een verdere intensivering van de maatregelen en acties gericht op duurzaam bereiken van deze verbetering.

Motie Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 27 406, nummer 138 Van der Ham HBO-masteropleidingen voor de sleutelgebieden

«Verzoekt het kabinet met de HBO-raad in overleg te treden hoe nieuwe HBO-masteropleidingen voor de sleutelgebieden kunnen worden vormgegeven en gefinancierd en de kamer hierover te berichten.»

Standpunt

Zoals in de Strategische agenda voor het hoger onderwijs-, onderzoek- en wetenschapsbeleid (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 31 288, nr. 33) is verwoord heeft het kabinet besloten de ontwikkeling van enkele arbeidsmarktrelevante hbo-mastersopleidingen in prioritaire gebieden te ondersteunen met tijdelijke financiering. In ieder geval de creatieve industrie valt binnen het bereik van deze tijdelijke financiering. De subsidieregeling wordt op dit moment vormgegeven in samenwerking met de HBO-raad.

Tevens werk ik op verzoek van de HBO-raad samen met hen aan een verkenning naar de positie van de professionele hbo-masteropleidingen binnen het bachelor-masterstelsel. De sleutelgebieden zullen daar onderdeel van uitmaken.

Amendementen

Nummer 16, Anker, Van Vroonhoven-Kok, Leerdam herprioritering middelen voor restauratieopleidingsprojecten

Voortzetten in 2009 van de rijksbijdrage aan de restauratie-opleidingsprojecten (€ 0,2 miljoen) ten laste van het Nationaal Restauratie Fonds binnen artikel 14 Cultuur.

Aanvullende opmerking

De gevraagde € 0,2 miljoen zal ik vrijmaken.

Bij de discussie over de modernisering van de monumentenzorg zal de toekomst van de restauratie-opleidingsprojecten aan de orde komen als onderdeel van de kennisinfrastructuur.

Nummer 79, Van Dijk, Kraneveldt, Slob godsdienstonderwijs c.a.

Binnen artikel 1 Primair onderwijs € 5 miljoen te herprioriteren voor godsdienstonderwijs en levensbeschouwelijk of humanistisch vormingsonderwijs en vanaf 2010 hiervoor structurele rijksbekostiging te regelen.

Aanvullende opmerking

Vanaf schooljaar 2009–2010 wordt maximaal € 10 miljoen structureel vrijgemaakt. De structurele dekking vanaf 1 augustus 2010 zal komen uit een korting op de lumpsum voor het basisonderwijs. De dekking voor het schooljaar 2009–2010 – dus een kleine € 5 miljoen in 2009 en ruim € 5 miljoen tot 1 augustus 2010 – zal worden gevonden door een eenmalige korting toe te passen op het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid.

De rijksbekostiging krijgt de vorm van een subsidie op grond van de Wet overige OCW-subsidies aan de godsdienstige of levensbeschouwelijke organisaties die het godsdienstig en levensbeschouwelijk onderwijs op de openbare scholen verzorgen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R. H. A. Plasterk