Gepubliceerd: 21 oktober 2008
Indiener(s): Guusje ter Horst (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31700-IIB-4.html
ID: 31700-IIB-4

31 700 IIB
Vaststelling van de begrotingsstaat van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB) voor het jaar 2009

nr. 4
AANVULLEND VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 24 oktober 2008

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer aanvullend verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

Met de vaststelling van het aanvullend verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Leerdam

De griffier van de commissie,

Van Leiden

3

Waarom wordt vermeld dat «de Algemene Rekenkamer (AR) zal zich ook in 2009 inspannen om te voldoen aan de eisen die rijksbreed worden gesteld aan het financieel beheer, het materieel beheer en de administraties»? Is dat niet het geval?

De door de Kamer bedoelde passage is een onderdeel van de bedrijfsvoeringsparagraaf. Daarmee wil de Algemene Rekenkamer aangeven, dat zij een voorbeeld wil zijn bij haar inspanningen om te voldoen aan de rijksbrede eisen. De Algemene Rekenkamer voldoet – ook volgens haar eigen interne accountant – aan die eisen, maar er is altijd ruimte voor verbetering. Haar inspanningen zijn erop gericht die verbetering tot stand te brengen.

6

Is de AR betrokken bij de reorganisatie van de rijksdienst, met name waar het de bedrijfsvoering raakt? Zijn de eerder gesignaleerde «risico’s» in voldoende mate onderkend?

De Algemene Rekenkamer is op twee wijzen betrokken bij de reorganisatie van de rijksdienst.

Ten eerste is zij geïnteresseerd in de risico’s voor de rijksdienst die de reorganisatie met zich brengt. In het hoofdstuk Succesfactoren van de begroting geeft de Algemene Rekenkamer ondermeer aan dat de ontwikkelingen binnen de rijksdienst risico’s met zich brengen die ook consequenties kunnen hebben voor het werk van de Algemene Rekenkamer. Zo draagt de «voorcontrole» door de auditdiensten in belangrijke mate bij aan de resultaten van het werk van de Algemene Rekenkamer. Veranderingen daarin kunnen consequenties hebben voor de mate waarin de Algemene Rekenkamer gebruik kan maken van het werk van de auditdiensten en daarmee dus voor de vervulling van de functie van de Algemene Rekenkamer. De Algemene Rekenkamer is dan ook voornemens om de consequenties van de herinrichting van de auditfunctie bij de departementen voor haar eigen werkzaamheden en bedrijfsvoering vast te stellen. Dit kan zodra er duidelijkheid ontstaat over de aard en de omvang van die consequenties. De leden van de Tweede Kamer kunnen kennisnemen van de zienswijze van de Algemene Rekenkamer op dit gebied in de bijlage van ons Verslag 2007, verschenen in maart 2008.

Ten tweede volgt de Algemene Rekenkamer de ontwikkelingen met interesse met het oog op haar bijzondere grondwettelijke positie en taak.

De Algemene Rekenkamer moet in dit kader in staat worden gesteld zelf haar organisatie in te richten. Artikel 80 lid 1 van de Comptabiliteitswet 2001 (CW 2001) geeft de Algemene Rekenkamer dan ook de ruimte om haar eigen personeelsbeleid te voeren. De Algemene Rekenkamer is daar het bevoegd gezag; zij kan zelf haar medewerkers aannemen en ontslaan. Zij sluit daarbij overigens zoveel mogelijk aan bij het rijksbreed gestelde personeelsbeleid. Ook op de andere bedrijfsvoeringsgebieden voert de Algemene Rekenkamer haar eigen beleid. Zij sluit daarbij aan bij het rijksbeleid als dat leidt tot verbetering in de efficiency, tenzij haar positie en taak in het geding komen.

8

Is het niet curieus dat uitgerekend de ingediende conceptbegroting van de AR dit jaar niet correct is onderbouwd met operationele doelstellingen, inclusief prestaties en kosten? Is dat een goed voorbeeld? Hoe zou de Rekenkamer oordelen over zo’n begroting van een willekeurig departement?

Neen, dat is niet curieus. Een Hoog College van Staat is nu juist niet vergelijkbaar met een willekeurig departement. De inhoud van het werk van de Algemene Rekenkamer wordt bepaald door het college van de Algemene Rekenkamer en valt buiten de politieke verantwoordelijkheid van een minister, in casu de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Dit heeft gevolgen voor de mate waarin minister en Tweede Kamer over de inhoud van het werk van de Algemene Rekenkamer in het kader van een begrotingsbehandeling van gedachten kunnen wisselen. In het verlengde daarvan zijn de eisen die in het kader van artikel 5 van de CW 2001 aan begrotingen worden gesteld, vanwege hun bijzondere staatsrechtelijke positie niet zonder meer van toepassing op de begroting van de Hoge Colleges van Staat. Artikel 8 van de CW 2001 biedt de colleges de mogelijkheid om van die inrichtingseisen af te wijken. De Algemene Rekenkamer biedt daarom de gewenste duidelijkheid over de inhoud van haar werk in haar Strategie1. Aanvullend geeft zij in haar werkprogramma jaarlijks uitleg over haar voorgenomen prestaties (laatstelijk verschenen in december 2007) en zij verantwoordt zich daar uitgebreid over in haar jaarlijkse Verslag (laatstelijk verschenen in maart 2008).


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), Halsema (GroenLinks), Van der Staaij (SGP), De Pater-van der Meer (CDA), Van Bochove (CDA), Hessels (CDA), Gerkens (SP), Sterk (CDA), Leerdam (PvdA), voorzitter, De Krom (VVD), ondervoorzitter, Griffith (VVD), Boelhouwer (PvdA), Irrgang (SP), Kalma (PvdA), Schinkelshoek (CDA), Van der Burg (VVD), Brinkman (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Thieme (PvdD), Kuiken (PvdA), Leijten (SP), Heijnen (PvdA), Bilder (CDA) en Anker (ChristenUnie).

Plv. leden: Teeven (VVD), Azough (GroenLinks), Van der Vlies (SGP), Van de Camp (CDA), Smilde (CDA), Knops (CDA), Polderman (SP), Spies (CDA), Wolbert (PvdA), Aptroot (VVD), Zijlstra (VVD), Vermeij (PvdA), Van Gerven (SP), Heerts (PvdA), Çörüz (CDA), Remkes (VVD), De Roon (PVV), Van der Ham (D66), Van Bommel (SP), Ouwehand (PvdD), Timmer (PvdA), De Wit (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Haersma Buma (CDA) en Cramer (ChristenUnie).

XNoot
1

Presteren en functioneren van het openbaar bestuur, Strategie van de Algemene Rekenkamer 2004–2009, december 2003.