Kamervraag 2025Z11646

Het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen

Ingediend 10 juni 2025
Beantwoord 15 september 2025 (na 97 dagen)
Indieners Geert Wilders (PVV), Maikel Boon (PVV)
Beantwoord door David van Weel (minister justitie en veiligheid, minister asiel en migratie)
Onderwerpen cultuur en recreatie religie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z11646.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20242025-3102.html
1. Bijlage onderhands meegezonden
2. X, Geert Wilders, 24 mei 2025 (x.com/geertwilderspvv/status/1926177112701988955).
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep ten gehore te brengen in de omgeving van de moskee?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat inwoners van Nederlandse dorpen zoals Epe – die daar niet om gevraagd hebben – worden geconfronteerd met een luidruchtige en onverdraagzame islamitische boodschap in hun eigen woonomgeving, terwijl het een feit is dat 60% van de Nederlanders vindt dat de islam niet bij Nederland hoort?2

    De vrijheid van godsdienst en levensovertuiging is een belangrijk grondrecht dat wordt beschermd in artikel 6 van de Grondwet. Tot deze vrijheid behoort ook het recht om op te roepen tot gebed. Het is niet aan ons om in individuele gevallen te oordelen over de manier waarop dit gebeurt. Tegelijkertijd erkennen wij dat een versterkte gebedsoproep bij sommige burgers tot gevoelens van ongemak kan leiden. Op grond van artikel 10 van de Wet openbare manifestaties is het aan het lokale gezag om regels te maken over duur en geluidsniveau van de gebedsoproep. Het kabinet onderzoekt of de bestaande regelgeving aanpassing behoeft. Zie voorts het antwoord op vragen 4 en 5.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat een islamitische gebedsoproep – in het Arabisch en met religieuze inhoud – totaal niet te vergelijken is met het traditionele luiden van kerkklokken, dat cultureel is ingebed en geen verbale religieuze boodschap verspreidt? Zo nee, waarom niet?

    Het is niet aan ons om de individuele beleving van burgers van een islamitische gebedsoproep te beoordelen. Zoals ook aangegeven in beantwoording op de vragen van de leden Flach en Eerdmans,1 is het feitelijk wel zo dat klokgelui en gesproken teksten verschillende soorten geluid zijn en ook verschillend ervaren kunnen worden. Juridisch gezien bestaat er ook enig verschil tussen klokgelui en de islamitische gebedsoproep, nu voor de islamitische gebedsoproep veelal gebruik wordt gemaakt van geluidsversterkende appratuur. Gebruikmaken van geluidsversterkende apparatuur voor een gebedsoproep valt, anders dan klokgelui, niet rechtstreeks onder de bescherming van artikel 6 van de Grondwet. Ook de versterkte gebedsoproep geniet echter constitutionele bescherming; gebruikmaking van geluidsversterkende apparatuur voor het oproepen tot gebed wordt gezien als een zogeheten connexrecht, dat in de jurisprudentie is ontwikkeld. Een eventuele beperking van zo’n connex recht – en dus ook van de versterkte gebedsoproep – is aan strikte voorwaarden gebonden. Zo mag een beperking geen betrekking hebben op de inhoud van de gebedsoproep of het recht op godsdienstvrijheid illusoir maken. De beperking moet voorts voldoen aan de eisen van noodzakelijkheid en proportionaliteit.

  • Vraag 4
    Waarom heeft u tot op heden niets gedaan om islamitische gebedsoproepen in de publieke ruimte te verbieden of aan banden te leggen?

    In het regeerprogramma is in de paragraaf over integratie en maatschappelijke samenhang opgenomen dat het kabinet betere regels wil voor versterkte oproepen tot gebed. De bevoegdheid om regels vast te stellen omtrent geluidsniveau binnen gemeenten ligt op basis van artikel 10 van de Wet openbare manifestaties bij het lokale gezag. Om te kunnen beoordelen hoe en zo ja, waar, de bestaande wet- en regelgeving wringt en waar verbetering noodzakelijk is, is recent een traject gestart.2 Binnenkort zal uw Kamer over de voortgang worden geïnformeerd.

  • Vraag 5
    Bent u alsnog bereid om in te grijpen en deze vorm van islamisering van Nederlandse wijken en dorpen landelijk te stoppen, bijvoorbeeld door een wettelijk verbod op islamitische gebedsoproepen in de openbare ruimte?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Mededeling - 4 juli 2025

    Op 10 juni jl. hebben de leden Boon en Wilders (PVV) Kamervragen gesteld aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen (Kenmerk 2025Z11646). Na overleg is besloten dat deze Kamervragen door mij zullen worden beantwoord. Dit bericht heeft mij op 30 juni jl. bereikt. Derhalve is het niet gelukt de vragen binnen de daarvoor gestelde termijn van drie weken te beantwoorden. Ik streef ernaar dat zo spoedig mogelijk te doen.

  • Mededeling - 2 juli 2025

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Boon en Wilders (beiden PVV), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen (ingezonden 10 juni 2025) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2025Z11646
Volledige titel: Het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20242025-3102
Volledige titel: Antwoord op de leden Boon en Wilders over het voornemen van de HZ Omer Moskee in Epe om vanaf 20 juni 2025 wekelijks een islamitische gebedsoproep te laten horen