Kamervraag 2015Z22198

Voorzorgsmaatregelen tegen een chemische en/of biologische terreuraanval

Ingediend 23 november 2015
Beantwoord 7 januari 2016 (na 45 dagen)
Indieners Joram van Klaveren (GrBvK), Louis Bontes (GrBvK)
Beantwoord door Jeanine Hennis-Plasschaert (minister defensie) (VVD), Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen openbare orde en veiligheid terrorisme
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z22198.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-1038.html
  • Vraag 1
    Kent u het bericht «Frankrijk is voorbereid op aanval met chemische wapens»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Is ons land, in navolging van Frankrijk, voorbereid op een eventuele chemische en/of biologische terreuraanval?

    Nederland heeft de afgelopen jaren een pakket maatregelen genomen ter voorbereiding op incidenten met chemisch, biologisch, radiologisch of nucleair (CBRN) materiaal. Als onderdeel van het Programma CBRN/E (2008–2013) zijn maatregelen genomen om de beveiliging te verbeteren van hoog-risico onderzoeksinstellingen die kunnen werken met dit materiaal.
    Bij aanslagen met chemische of biologische agentia wordt in beginsel gebruik gemaakt van de reguliere structuren voor crisisbeheersing. Gezien de specifieke risico’s van deze stoffen zijn daarnaast aanvullende maatregelen getroffen. Zo bestaan speciale multidisciplinaire protocollen voor het omgaan met verdachte objecten en ontsmetting van slachtoffers. Ook is specialistische kennis en operationele capaciteit beschikbaar om de hulpdiensten 24/7 te ondersteunen; dit betreft onder meer de CBRN-responsunit van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (meten en monstername), de CBRN-responseenheid van Defensie (advies en assistentie, detectie identificatie en monitoring, ontsmetting) en het Landelijk Laboratorium Netwerk terreuraanslagen (analyse). Sinds eind 2014 kunnen operationele diensten (civiel en militair) oefenen, trainen en opleiden op het speciaal voor CBRN-incidenten ingerichte Nationaal Trainingscentrum CBRN in Vught. De DSI is zodanig uitgerust dat zij onder CBRN-omstandigheden volledig operationeel kan zijn.
    Burgers worden via zowel de rijksoverheid (Crisis.nl en rijksoverheid.nl) als via de veiligheidsregio’s geïnformeerd over mogelijke risico’s in hun omgeving. Dit betreft ook gevaarlijke stoffen en terrorisme. Gekoppeld aan deze informatie zit een boodschap hoe gehandeld kan worden bij dergelijke situatie. Indien een dreiging acuut is, kunnen burgers door hun gemeente of veiligheidsregio via NL-Alert worden gealerteerd en van een concreet handelingsperspectief (wat te doen of te laten) worden voorzien.
    In het geval van een grootschalig incident met biologische agentia treden de draaiboeken voor infectieziektebestrijding in werking. Dan is de coördinatie van en communicatie over de bestrijding in handen van het Centrum voor Infectieziektebestrijding. In de communicatie zal het centrum handelingsperspectieven communiceren voor de bevolking.

  • Vraag 3
    In hoeverre is de opdracht van de Franse regering om een tegengif tegen neurotoxische organofosfaten te produceren iets dat ook dient te gebeuren voor Nederland?

    Atropine, een generiek tegengif tegen neurotoxische organofosfaten, is reeds beschikbaar in ziekenhuizen en op ambulances.

  • Vraag 4
    Op welke wijze is over dit onderwerp recent contact geweest met onze directe buurlanden, en ligt er een grensoverschrijdend plan klaar, zeker met het oog op biologische wapens?

    Sinds 2013 is in Europa het besluit over grensoverschrijdende bedreigingen van kracht. Dit besluit versterkt de coördinatie bij de voorbereiding op bedreigingen voor de volksgezondheid, inclusief chemische en biologische agentia. Op basis van dit besluit vergaderen de lidstaten met elkaar in het gezondheidsbeveiligingscomité over problemen die meerdere lidstaten raken. Daarnaast worden meldingen doorgegeven via het Europese systeem voor vroegtijdige waarschuwing en maatregelen.
    Als onderdeel van het Verdrag Biologische Wapens (BTWC), waarbij Nederland partij is, zijn ook afspraken gemaakt over het bieden van hulp aan statenpartijen bij calamiteiten. Deze afspraken betreffen ook eventuele pandemieën en uitbraken waarbij verdere verspreiding dreigt en snelle en effectieve hulp nodig is. Daarnaast zijn internationale organisaties als de Wereldgezondheidsorganisatie en de Voedsel- en Landbouworganisatie erop ingericht om snel assistentie te kunnen bieden bij incidenten waarbij biologische agentia zijn vrijgekomen. Ook in NAVO-verband wordt samengewerkt en informatie uitgewisseld over het voorkomen van en reageren op aanvallen met chemisch, biologisch, radiologisch of nucleair materiaal.

  • Vraag 5
    In hoeverre liggen er in Nederland draaiboeken klaar voor een eventuele aanval met bovengenoemde wapens, specifiek gericht op civiele doelen, en worden burgers – behalve via de rampenzender op het moment van de ramp – ook preventief geïnformeerd over hoe te handelen in zo'n situatie?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Mededeling - 16 december 2015

    De vragen van de Kamerleden Van Klaveren en Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren) over voorzorgsmaatregelen tegen een chemische en/of biologische terreuraanval (2015Z22198) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van het uitstel is de afstemming die moet plaatsvinden over de antwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z22198
Volledige titel: Voorzorgsmaatregelen tegen een chemische en/of biologische terreuraanval
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20152016-1038
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Van Klaveren en Bontes over voorzorgsmaatregelen tegen een chemische en/of biologische terreuraanval