Kamervraag 2013Z15432

Het bericht dat het tekort aan mbo-stageplekken overdreven zou zijn

Ingediend 25 juli 2013
Beantwoord 27 september 2013 (na 64 dagen)
Indiener Eric Smaling
Beantwoord door Jet Bussemaker (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA)
Onderwerpen beroepsonderwijs onderwijs en wetenschap
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z15432.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-109.html
1. Trouw, dinsdag 23 juli 2013
  • Vraag 1
    Kent u het bericht «Tekort mbo-stages overdreven», waarin wordt gesteld dat er in tegenstelling tot berichten van mbo-opleidingen en het bedrijfsleven er helemaal geen sprake zou zijn van een tekort aan stageplekken voor technische studenten?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Wat is uw oordeel over de gedane uitspraak dat er door de Stichting Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) ten onrechte wordt gesteld dat er een tekort aan stageplekken is om zo (toch) in aanmerking te komen voor subsidies?

    Door de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs (SBB) en de kenniscentra wordt hard gewerkt aan het stage- en leerbanenoffensief. Mirjam Sterk, ambassadeur aanpak jeugdwerkloosheid, en de SBB trekken sinds kort samen op om het offensief nog meer aandacht te geven. Ik heb er vertrouwen in dat hiermee een groot deel van de knelpunten daadkrachtig kan worden aangepakt. Een volledig beeld over een eventueel stage-tekort in dit schooljaar kunnen we pas in het najaar verwachten aangezien studenten zich tot 1 oktober voor een studie kunnen inschrijven.
    Ik heb geen enkele reden te vermoeden dat het signaal van de SBB gerelateerd is aan het verzoek om een (tijdelijke) subsidie in het leven te roepen voor BOL-stages.

  • Vraag 3
    Klopt het dat de hoogte van de toegekende subsidie aan de SBB (mede) afhankelijk is van de omvang van het tekort aan stageplaatsen? Zo ja, in hoeverre is SBB afhankelijk van deze subsidies en daarmee van de hoogte van cijfers over beschikbare stageplekken?

    De SBB krijgt geen structurele subsidie van het ministerie van OCW. Ook is er geen tijdelijke subsidie voor de SBB waarin het tekort aan stageplaatsen een rol speelt in de omvang van de subsidie. De bewering dat de hoogte van de toegekende subsidie (mede) afhankelijk is van de omvang van het tekort aan stageplaatsen is dan ook niet juist.

  • Vraag 4
    In hoeverre houdt het verhaal in Trouw verband met de overgang van de regeling afdrachtvermindering naar een nieuwe subsidieregeling met betrekking tot leerwerkplekken?

    Ik heb ervoor gekozen om de nieuwe subsidieregeling praktijkleren voornamelijk te richten op de ondersteuning van leerwerkplaatsen. Het kabinet heeft in zijn brief over deze nieuwe voorgenomen regeling aangegeven welke overwegingen er bij de keuze om onder meer BOL-stages niet in aanmerking te laten komen voor deze subsidie een rol hebben gespeeld (Kamerstukken II, 2012/13, 33 650, nr. 2).
    Het kabinet heeft voor de zogenoemde sectorplannen voor de periode 2014–2015 600 miljoen euro vrijgemaakt. Sectoren kunnen daarmee aan de slag met de knelpunten op de arbeidsmarkt (Staatscourant nr 22962 14 augustus 2013). Daarbij kan maatwerk worden geleverd: door mensen te begeleiden naar een nieuwe baan, vakkrachten te behouden en de instroom van jongeren te vergroten. Afhankelijk van de arbeidsmarktknelpunten per sector kunnen sociale partners in het kader van deze regeling afspraken maken over het vergroten van het aantal stageplaatsen en leerwerkplaatsen.

  • Vraag 5
    Heeft u reden om aan te nemen dat de SBB opzettelijk verkeerde cijfers hanteert?

    Ik heb geen reden te twijfelen aan de integriteit van de SBB.

  • Vraag 6
    Deelt u de mening dat het voor de beleidsvoering van belang is dat er duidelijkheid en eenduidigheid bestaat in de gehanteerde cijfers over stageplekken? Zo ja, hoe gaat u er zorg voor dragen dat die eenduidigheid er komt?

    Ik deel de mening dat het van belang is dat er eenduidigheid bestaat over mogelijke tekorten aan stages.
    Een van de wettelijke taken van kenniscentra is het zoveel mogelijk zorg dragen voor de beschikbaarheid van een toereikend aantal bedrijven en organisaties van voldoende kwaliteit die de beroepspraktijkvorming verzorgen.
    In het verlengde van deze wettelijke taak brengt de SBB elk kwartaal een stage-barometer uit. In de barometer wordt onder meer een kwalitatief beeld van branches geschetst (per kenniscentrum) en specifieke opleidingen met een geringe kans op stage. Het gaat hierbij om de kans voor studenten om een stage of leerwerkplaats te kunnen vinden.
    Ik heb de SBB gevraagd in de eerstvolgende barometer van oktober a.s. naast een beschouwing over de kans op stage in de toekomst, ook terug te blikken. Het gaat dan bijvoorbeeld om de vraag hoeveel meldingen bij het Meldpunt Stagetekort van de SBB zijn binnen gekomen en in hoeverre uiteindelijk met behulp van de inspanningen van het stage- en leerbanenoffensief toch een stage is gevonden.

  • Vraag 7
    Op welke termijn kan de Kamer een helder overzicht van huidige en (eventuele) toekomstige tekorten aan stageplekken tegemoet zien?

    zie mijn antwoord op vraag 6.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2013Z15432
Volledige titel: Het bericht dat het tekort aan mbo-stageplekken overdreven zou zijn
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20132014-109
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Smaling over het bericht dat het tekort aan mbo-stageplekken overdreven zou zijn