Gepubliceerd: 23 februari 2012
Indiener(s): Pauline Smeets (PvdA)
Onderwerpen: bestuur de nederlandse antillen en aruba
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33139-5.html
ID: 33139-5

Nr. 5 VERSLAG

Vastgesteld 23 februari 2012

De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport1, belast met het voorbereidend onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de in het verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

ALGEMEEN

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel. Zij hebben nog een enkele vraag.

Ten aanzien van adequate infectieziektebestrijding wordt volgens de memorie van toelichting een constructie onderzocht waarin ook de landen Aruba, Curaçao en Sint-Maarten participeren. Kan de minister nader toelichten wat op dit moment de stand van zaken is en wanneer meer duidelijkheid ontstaat over de haalbaarheid van deze constructie?

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Het is van groot belang om op alle terreinen de nieuwe staatkundige verhoudingen door te voeren. Bovendien is het volstrekt terecht dat ministeriële regelingen hun grondslag hebben in een formele wet.

Zij zijn met de regering van mening dat adequate infectiebestrijding veel specifieke professionele kennis en deskundigheid vraagt, die vanwege de schaal niet gemakkelijk op de BES-eilanden te vinden is. Zij steunen het voorstel om hiervoor het RIVM in te schakelen. Zij vragen wel wie de hulp van het RIVM inroept, wanneer en op basis waarvan. In Europees Nederland is er een protocol tussen zorgverleners (ziekenhuizen/microbiologen) die de samenwerking met het RIVM regelt. Hoe zal dat straks gaan in Caribisch Nederland? Hoe krijgt precies de technische ondersteuning van het RIVM vorm, en wie draagt de verantwoordelijkheid? In het bijzonder zijn de leden van de CDA-fractie geïnteresseerd in de wijze waarop het onderzoek naar HIV/Aids besmetting gestalte krijgt in het Caribisch deel van Nederland. Graag ontvangen zij een reactie van de regering.

Voor de uitvoering van de taken in het kader van de publieke gezondheid geldt een bijzondere uitkering voor de duur van 6 jaar. Dan moet een definitieve constructie gereed zijn. Welke uitgangspunten gelden voor een definitieve constructie? Wie neemt hiervoor het initiatief? Is 6 jaar ook de termijn waarop de nieuwe constructie in werking moet zijn getreden? Valt dit onder de verantwoordelijkheid van de minister van VWS of van de autoriteiten ter plaatse?

ARTIKELSGEWIJS

Artikel VIII

Op grond van artikel 8, eerste lid, van de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek of hulp bij zelfdoding toetst de commissie of de arts heeft gehandeld overeenkomstig de geldende zorgvuldigheidseisen. Wie vormen deze commissie, zo vragen de leden van de CDA-fractie.

Artikel IX

Met dit artikel wordt in de Wet medisch tuchtrecht BES de term «Inspectie voor de Volksgezondheid» omgezet in «ambtenaren van het Staatstoezicht op de volksgezondheid». Zijn dit ambtenaren met een specifieke bevoegdheid, vergelijkbaar met de Inspectie voor de Gezondheidszorg op het Nederlandse grondgebied van het koninkrijk, en wie geeft hen opdrachten, zo vragen de leden van de CDA-fractie.

De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Smeets

De griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Teunissen