Gepubliceerd: 5 juni 2009
Indiener(s): Guusje ter Horst (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA)
Onderwerpen: openbare orde en veiligheid rampen terrorisme
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31968-2.html
ID: 31968-2

31 968
Aanpassing van een aantal wetten aan de Wet veiligheidsregio’s en enkele wijzigingen in de Wet veiligheidsregio’s (Aanpassingswet veiligheidsregio’s)

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in verband met de invoering van de Wet veiligheidsregio’s een aantal wetten aan te passen en enkele bepalingen van de Wet veiligheidsregio’s te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK I MINISTERIE VAN JUSTITIE

ARTIKEL I

Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 102 wordt na «rampen» ingevoegd: , crises.

B

In artikel 103, tweede lid, wordt «of een zwaar ongeval als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: of het beheersen van een crisis.

ARTIKEL II

Het Wetboek van Strafrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 428 wordt na «burgemeester» ingevoegd: , dan wel, in geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, de voorzitter van de veiligheidsregio.

B

In artikel 443 wordt na «burgemeester» ingevoegd: , de voorzitter van de veiligheidsregio.

ARTIKEL III

In artikel 1a, onderdeel 1°, van de Wet op de economische delicten vervalt «de Wet rampen en zware ongevallen, – voor zover aangeduid als strafbare feiten – de artikelen 10a, eerste en derde lid, en 11b, tweede en derde lid;» en wordt in de alfabetische rangschikking ingevoegd: de Wet veiligheidsregio’s, – voor zover aangeduid als strafbare feiten – de artikelen 48, eerste en zesde lid, en 50, tweede en derde lid;.

HOOFDSTUK II MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

ARTIKEL IV

In de lijsten A en B bij de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden wordt «van de Wet rampen en zware ongevallen: de artikelen 22 tot en met 24» telkens vervangen door: van de Wet veiligheidsregio’s: de artikelen 53 en 54.

ARTIKEL V

De Gemeentewet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 173 vervalt.

B

In artikel 175 vervalt «of zware ongevallen».

C

In artikel 177, tweede lid, vervalt «, 173».

D

In de bijlage bij artikel 299, tweede lid, vervalt het onderdeel «Ministerie van Binnenlandse Zaken».

ARTIKEL VI

In artikel 16, tweede lid, van de Politiewet 1993 wordt de zinsnede «de commissarissen van de Koning en de burgemeesters,» vervangen door: de commissarissen van de Koning, de burgemeesters en, in geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, de voorzitter van een veiligheidsregio,.

ARTIKEL VII

In de bijlage bij artikel 291, tweede lid, van de Provinciewet vervalt het onderdeel «Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties».

ARTIKEL VIII

De Wet rechtspositionele voorzieningen rampbestrijders wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b, onder 1°, wordt «de artikelen 22 tot en met 24 van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: de artikelen 53 en 54 van de Wet veiligheidsregio’s.

2. In onderdeel c, onder 2°, wordt «bij een centrale post ambulancevervoer, bij het Nederlandse Rode Kruis of bij een andere op grond van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen erkende instelling;» vervangen door: bij een gemeenschappelijke meldkamer, bij het Nederlandse Rode Kruis of bij een instelling, zorgaanbieder, of gezondheidsdienst als bedoeld in artikel 33, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s;.

B

In artikel 3 wordt «Indien er sprake is van een ramp of een zwaar ongeval als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: Indien er sprake is van een ramp of een crisis.

ARTIKEL IX

De Wet tegemoetkoming schade bij rampen en zware ongevallen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt «een ramp of een zwaar ongeval is als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: een ramp is als bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s.

2. In onderdeel c wordt «een ramp of een zwaar ongeval als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen,» vervangen door: een ramp als bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s.

3. In onderdeel d vervalt «of een zwaar ongeval».

B

In artikel 3 wordt «een ramp of een zwaar ongeval als bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: een ramp als bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s.

C

In de aanhef van artikel 4, eerste lid, en in artikel 6, tweede lid, vervalt «of een zwaar ongeval».

D

In artikel 15 vervalt «en zware ongevallen».

ARTIKEL X

De Wet van 11 november 1993, houdende wijziging van de Brandweerwet 1985 in verband met de oprichting van het Nederlands bureau brandweerexamens (Stb. 1994, 15), de Wet van 10 juli 1995, houdende wijziging van de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen en enige andere wetten in verband met wijziging van de opzet van de inspectie voor het brandweerwezen en regeling van enige andere onderwerpen (Stb 1995, 431), de Wet van 6 december 1995, houdende wijziging van de Brandweerwet 1985 in verband met de oprichting van het Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding (Stb. 1995, 601) en de Wet kwaliteitsbevordering rampenbestrijding worden ingetrokken.

ARTIKEL XI

De Wet veiligheidsregio’s wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt «GHOR: een organisatie als bedoeld in artikel 32, eerste lid» vervangen door: GHOR: de geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio, belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening en met de advisering van andere overheden en organisaties op dat gebied.

B

In de artikelen 18, 69 en 71 wordt «gegeven» telkens vervangend door: gesteld.

C

In artikel 32 vervalt het eerste lid en worden het tweede en derde lid vernummerd tot eerste en tweede lid.

D

In artikel 39, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s komt de tekst na «bij uitsluiting bevoegd» te luiden:

toepassing te geven aan:

a. de artikelen 4 tot en met 7 van deze wet;

b. de artikelen 172 tot en met 177 van de Gemeentewet, met uitzondering van artikel 176, derde tot en met zesde lid;

c. de artikelen 12, 15 eerste lid, 54, eerste lid, 57, eerste lid en 60b, eerste lid, van de Politiewet 1993;

d. de artikelen 5 tot en met 9 van de Wet openbare manifestaties.

E

In artikel 50, derde lid, wordt «bedoeld in het eerste lid» vervangen door: bedoeld in het tweede lid.

F

In artikel 55 vervalt het vijfde lid en wordt het zesde lid vernummerd tot vijfde lid.

G

Artikel 66 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, aanhef en in onderdeel c, en in het derde lid wordt «rampenbestrijding, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, en crisisbeheersing» telkens vervangen door: de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening.

2. Aan het tweede lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. het verwerven, beheren en aan de veiligheidsregio’s en aan de gemeenten met een gemeentelijke brandweer zo nodig ter beschikking stellen van materieel, uitrusting en telecommunicatievoorzieningen.

3. In het vijfde lid, onderdeel a, wordt de zinsnede «de in het tweede lid bedoelde taken» vervangen door: de in het tweede lid en in artikel 66a bedoelde taken.

4. In het zevende lid wordt na «de taken, bedoeld in het tweede lid» ingevoegd: en in artikel 66a,.

H

Na artikel 66 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 66a

Naast de taken, bedoeld in artikel 66, tweede lid, heeft het instituut tot taak het verwerven, beheren en zo nodig aan de politie ter beschikking stellen van bijzonder materieel en bijzondere uitrusting ten behoeve van de uitvoering van de politietaak.

I

In artikel 70, eerste lid, wordt «artikel 66, tweede lid,» vervangen door: de artikelen 66, tweede lid, en 66a.

K

In artikel 78, zesde lid, wordt «de artikelen 39, 40, 43 en 51» vervangen door: de artikelen 39, 40, 42, 43 en 51.

L

De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

1. In het gestelde onder de regio «Kennemerland» vervalt «Bennebroek,».

2. In het gestelde onder de regio Hollands Midden vervallen «Alkemade,» en «Jacobswoude,» en wordt in de alfabetische rangschikking ingevoegd: Kaag en Braassem,.

HOOFDSTUK III MINISTERIE VAN DEFENSIE

ARTIKEL XII

In artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Belemmeringenwet Landsverdediging wordt «als bedoeld in hoofdstuk V van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: als bedoeld in paragraaf 12 van de Wet veiligheidsregio’s.

HOOFDSTUK IV MINISTERIE VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

ARTIKEL XIII

De Kernenergiewet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 40, tweede lid, wordt «Burgemeester en wethouders zijn» vervangen door: Het bestuur van de veiligheidsregio is.

B

Artikel 41 komt te luiden:

Artikel 41

De voorbereiding door het bestuur van de veiligheidsregio van de bestrijding van ongevallen met categorie A-objecten en categorie B-objecten geschiedt overeenkomstig paragraaf 3 van de Wet veiligheidsregio’s. Bij de voorbereiding houdt het bestuur van de veiligheidsregio rekening met de, overeenkomstig artikel 40, eerste lid, tot stand gekomen afspraken.

C

In artikel 42, eerste en tweede lid wordt «de commissaris van de Koning» vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio.

D

In artikel 44 wordt «de burgemeester» vervangen door: het bestuur van de veiligheidsregio.

E

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «de Hoofdstukken II en III van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: de artikelen 7 en 46 van de Wet veiligheidsregio’s.

2. In het tweede lid wordt «Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor» vervangen door «Het bestuur van de veiligheidsregio draagt er zorg voor» en wordt «hen» vervangen door: hem.

F

In artikel 46, derde lid, wordt «de burgemeester» vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio.

G

Artikel 49 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «de burgemeester» ingevoegd: , de voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het tweede lid wordt na «de burgemeester» ingevoegd: , aan de voorzitter van de veiligheidsregio.

H

1. In artikel 49b, eerste lid wordt «De burgemeester van de gemeente vervangen door: De voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In artikel 49b, tweede en derde lid, wordt «burgemeester» vervangen door: voorzitter van de veiligheidsregio.

I

In artikel 49c wordt «de artikelen 173 en 175» vervangen door: artikel 175.

J

In artikel 49e vervalt «173,».

ARTIKEL XIV

De Wet milieubeheer wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 17.2, derde lid, onder c, wordt «de commissarissen van de Koningin in de betrokken provincies» vervangen door»: de voorzitters van de betrokken veiligheidsregio’s.

B

Artikel 19.2, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De zinsnede «verstrekken burgemeester en wethouders voor zover deze informatie niet reeds ingevolge artikel 10b van de Wet rampen en zware ongevallen of een ander wettelijk voorschrift moet worden verstrekt» wordt vervangen door: verstrekt de burgemeester voor zover deze informatie niet reeds ingevolge artikel 7 van de Wet veiligheidsregio’s of een ander wettelijk voorschrift moet worden verstrekt.

2. Er wordt een zin toegevoegd, luidende: In geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s wordt de informatie verstrekt door de voorzitter van de veiligheidsregio.

ARTIKEL XV

De Wet van 25 februari 1999 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet rampen en zware ongevallen en de Arbeidsomstandighedenwet ter uitvoering van de EG-richtlijn betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (Seveso-II) (Stb. 1999, 122) wordt ingetrokken.

HOOFDSTUK V MINISTERIE VAN VERKEER EN WATERSTAAT

ARTIKEL XVI

De Havenbeveiligingswet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «burgemeester» ingevoegd: , en in een situatie als bedoeld in artikel 12, derde en vierde lid, de voorzitter van de veiligheidsregio,.

2. In het tweede lid wordt na «De burgemeester» ingevoegd: , de voorzitter van de veiligheidsregio in een situatie als bedoeld in artikel 12, derde en vierde lid,.

B

Aan artikel 11a wordt na het zevende lid een lid toegevoegd, luidende:

8. Na de instemming, bedoeld in het zevende lid, wordt de havenveiligheidsbeoordeling ter kennisgeving gezonden aan het bestuur van de veiligheidsregio.

C

In artikel 11b wordt, onder vernummering van het vijfde tot en met zevende lid tot zesde tot en met achtste lid, een lid ingevoegd, luidende:

5. Het bestuur van de veiligheidsregio wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze te geven over een ontwerp van het havenveiligheidsplan of een wijziging van dat plan, voor zover dat van belang is in verband met het crisisplan, bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s.

D

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid, wordt na «Een autoriteit voor havenveiligheid» ingevoegd: , dan wel wanneer een wijziging van het veiligheidsniveau en een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s samenvallen, de voorzitter van de veiligheidsregio,.

2. In het vierde lid, wordt na «Een autoriteit voor havenveiligheid» ingevoegd: , dan wel wanneer er sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, de voorzitter van de veiligheidsregio,.

ARTIKEL XVII

In artikel 37e van de Luchtvaartwet wordt, onder vernummering van het derde en vierde lid tot vierde en vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende:

3. Met het oog op de afstemming met het crisisplan, bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s, wordt het bestuur van de veiligheidsregio in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze te geven over een ontwerp van een plan als bedoeld in het eerste lid of een wijziging van dat plan.

ARTIKEL XVIII

Artikel 23a van de Scheepvaartverkeerswet komt te luiden:

Artikel 23a

Behoeft de voorzitter van een veiligheidsregio, in geval van een ramp of crisis, bijstand van de Gemeenschappelijk Nautische Autoriteit, genoemd in artikel 6 van het Verdrag inzake het gemeenschappelijk nautisch beheer, dan dient hij een daartoe strekkend verzoek in bij Onze Minister. Onze Minister geleidt dit verzoek door aan de Gemeenschappelijke Nautische Autoriteit.

ARTIKEL XIX

De Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel d, wordt «de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen» vervangen door: de GHOR, bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s.

B

In artikel 7 vervalt «, zware ongevallen».

ARTIKEL XX

De Waterstaatswet 1900 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 69 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel f, komt te luiden:

f. een beschrijving van het moment en de wijze van het door de beheerder informeren van burgemeesters en wethouders van de gemeenten, dan wel, in een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, de voorzitters van de veiligheidsregio’s waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen;

2. In het tweede lid wordt «provinciale coördinatieplannen, rampenplannen» vervangen door: crisisplannen als bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s.

3. In het vijfde en zesde lid wordt «het bestuur van de regionale brandweer, aan burgemeester en wethouders van de gemeenten waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen» vervangen door: aan de besturen van de veiligheidsregio’s waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen.

B

In artikel 72, vierde lid wordt «aan burgemeester en wethouders van de gemeenten waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen» vervangen door: aan de besturen van de veiligheidsregio’s waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen.

ARTIKEL XXI

De Waterwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4.7, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

a. de raadpleging van de in artikel 4.6, eerste lid, bedoelde beheerders alsmede gedeputeerde staten van de provincies en de besturen van de veiligheidsregio’s waarbinnen de watersystemen of onderdelen daarvan zijn gelegen, alsmede de ten aanzien van grensvormende of grensoverschrijdende wateren bevoegde Belgische, Duitse of Britse autoriteiten;.

B

Artikel 5.24 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt «provinciale coördinatieplannen, rampenplannen» vervangen door: crisisplannen als bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s.

2. In het derde lid wordt «aan het bestuur van de regionale brandweer en aan burgemeester en wethouders van de gemeenten waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen» vervangen door: aan de besturen van de veiligheidsregio’s waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen.

C

In artikel 5.25, vierde lid, wordt «burgemeester en wethouders van de gemeenten waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen» vervangen door: de besturen van de veiligheidsregio’s waarbinnen de waterstaatswerken zijn gelegen.

ARTIKEL XXII

Artikel 9 van de Wet bestrijding ongevallen Noordzee wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «aan de burgemeester en de commissaris van de Koning» vervangen door: aan de burgemeester, aan de commissaris van de Koning en, in geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, aan de voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het tweede lid, wordt na «burgemeester, » ingevoegd: dan wel, in geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, de voorzitter van de veiligheidsregio,.

ARTIKEL XXIII

In artikel 2, eerste lid, van de Wet op de strandvonderij wordt na «strandvonder.» toegevoegd: In geval van een situatie als bedoeld in artikel 39 van de Wet veiligheidsregio’s, bekleedt de voorzitter van de veiligheidsregio voor het uitvoeren van artikel 5, tweede lid, van rechtswege het ambt van strandvonder.

ARTIKEL XXIV

De wet vervoer gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 16 wordt, onder vernummering van het derde tot vierde lid, een lid ingevoegd, luidende:

3. Met het oog op de afstemming met het crisisplan als bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s, zenden provinciale staten een ontwerp van hun besluit aan de besturen van veiligheidsregio’s.

B

In artikel 18 wordt, onder vernummering van het vierde en vijfde tot vijfde en zesde lid, een lid ingevoegd, luidende:

4. Met het oog op de afstemming met het crisisplan, bedoeld in artikel 16 van de Wet veiligheidsregio’s, zendt de gemeenteraad een ontwerp van zijn besluit aan het bestuur van de veiligheidsregio.

HOOFDSTUK VI MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN

ARTIKEL XXV

In artikel 23, tweede lid, van de Vorderingswet wordt «als bedoeld in hoofdstuk V van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: als bedoeld in paragraaf 12 van de Wet veiligheidsregio’s.

HOOFDSTUK VII MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ARTIKEL XXVI

Artikel 2:2, eerste lid, onderdeel a, van de Arbeidstijdenwet komt te luiden:

a. een ramp of een crisis als bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio’s;.

ARTIKEL XXVII

In artikel 50, eerste lid, onderdeel d, van de Noodwet Arbeidsvoorziening wordt «als bedoeld in hoofdstuk V van de Wet rampen en zware ongevallen» vervangen door: als bedoeld in paragraaf 12 van de Wet veiligheidsregio’s.

ARTIKEL XXVIII

In artikel 6, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet vervalt «gemeentelijke».

ARTIKEL XXIX

In artikel 6, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt «een gemeentelijke brandweer» vervangen door: de brandweer.

ARTIKEL XXX

In artikel 6, eerste lid, onderdeel b, van de Ziektewet wordt «een gemeentelijke brandweer» vervangen door: de brandweer.

HOOFDSTUK VIII MINISTERIE VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

ARTIKEL XXXI

De Wet ambulancevervoer wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. «Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid» wordt vervangen door: Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

2. De omschrijving van «centrale post» komt te luiden: meldkamer voor het ambulancevervoer, onderdeel van de meldkamer, bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

B

Artikel 2, tweede lid, komt te luiden:

2. De centrale posten zijn werkzaam voor de regio’s, bedoeld in artikel 8 van de Wet veiligheidsregio’s.

C

In artikel 7, derde lid, wordt «worden de regelen in acht genomen, welke hieromtrent gesteld worden door het openbaar lichaam, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen» vervangen door: worden de regelen in acht genomen die het bestuur van de veiligheidsregio, bedoeld in artikel 9 van de Wet veiligheidsregio’s, hieromtrent kan stellen.

D

In artikel 12a, onderdeel a, vervalt: ingevolge artikel 4, eerste lid, onder a, van de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen.

ARTIKEL XXXII

De Wet ambulancezorg (29 835) wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel e komt te luiden:

e. meldkamer: meldkamer voor de ambulancezorg, onderdeel van de meldkamer, bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

2. Onder vervanging van de punt achter onderdeel f door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

g. veiligheidsregio: veiligheidsregio als bedoeld in artikel 8 van de Wet veiligheidsregio’s.

B

In artikel 2, eerste lid, wordt «bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Brandweerwet 1985» vervangen door: bedoeld in artikel 8 van de Wet veiligheidsregio’s.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, onderdeel e, komt te luiden:

e. de uitvoering van de taken in het kader van de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, rampen en crises.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Voor zover de eisen, bedoeld in het eerste lid, betrekking hebben op de meldkamer stelt Onze Minister deze vast overeenkomstig de eisen die de besturen van de veiligheidsregio’s hebben vastgesteld op grond van artikel 35, vierde lid, van de Wet veiligheidsregio’s

3. In het vierde lid wordt «het in het derde lid bedoelde openbaar lichaam» vervangen door: de veiligheidsregio.

D

In artikel 5, eerste lid, wordt »Het bestuur van het openbaar lichaam (_) is ingesteld» vervangen door: Het bestuur van de veiligheidsregio.

E

Artikel 18 vervalt.

ARTIKEL XXXIII

Indien de Wet ambulancezorg in werking treedt, wordt de Wet veiligheidsregio’s als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt «Ambulancevervoerder (...) is verleend» vervangen door: Regionale Ambulancevoorziening: de rechtspersoon, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel d, van de Wet ambulancezorg.

B

In artikel 5 wordt «de ambulancevervoerders» vervangen door: de Regionale Ambulancevoorziening.

C

Artikel 27 wordt als volgt gewijzgd:

1. In het eerste en derde lid wordt «ambulancevervoerders» telkens vervangen door: Regionale Ambulancevoorzieningen.

2. In het tweede lid vervalt «, ambulancevervoerders» en wordt na «veiligheidsregio» ingevoegd: , de Regionale Ambulancevoorziening.

D

Artikel 29 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «het ambulancevervoer» vervangen door »de ambulancezorg» en wordt na «met dien verstande dat» ingevoegd: de Regionale Ambulancevoorziening zorg draagt voor het in stand houden van de meldkamer voor de daadwerkelijke ambulancezorg, als onderdeel van de meldkamer, en dat.

2. In het tweede lid wordt «het ambulancevervoer» vervangen door: de daadwerkelijke ambulancezorg.

3. In het derde lid, wordt na «overleg met» ingevoegd: het bestuur van de Regionale Ambulancevoorziening en» en wordt «de meldkamer functioneert» vervangen door: uitvoering wordt gegeven aan de eisen, bedoeld in het vierde lid.

4. Onder vernummering van het vierde en vijfde lid tot vijfde en zesde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

4. Het bestuur van de veiligheidsregio stelt de eisen vast waaraan de Regionale Ambulancevoorziening met betrekking tot de meldkamer voor de daadwerkelijke ambulancezorg moet voldoen, en brengt deze ter kennis van Onze minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Die eisen hebben betrekking op de locatie, het beleid en beheer, de financiën, de prestaties, de ondersteunende systemen, de voorbereiding op en het daadwerkelijk optreden bij ongevallen, rampen en crises en de samenwerking van ambulancezorg met brandweer, geneeskundige hulpverlening en politie in de meldkamer.

6. In het vijfde lid wordt «ambulancevervoer» vervangen door: ambulancezorg.

7. In het zesde lid wordt «ambulancevervoerders» vervangen door: Regionale Ambulancevoorzieningen.

E

In artikel 45, vierde lid, wordt «de ambulancevervoerders» vervangen door «de Regionale Ambulancevoorziening» en wordt «ambulance-auto’s» vervangen door: ambulances.

ARTIKEL XXXIV

De Wet publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel aa door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

ab. voorzitter van de veiligheidsregio: de voorzitter van het bestuur van de veiligheidsregio, bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt «een epidemie van een infectieziekte» vervangen door: een epidemie van een infectieziekte, behorend tot groep B1, B2 of C.

2. Onder vernummering van het derde lid tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. De voorzitter van de veiligheidsregio draagt zorg voor de bestrijding van een epidemie van een infectieziekte behorend tot groep A, of een directe dreiging daarvan, en is dan ten behoeve van deze bestrijding bij uitsluiting bevoegd om toepassing te geven aan de artikelen 34, vierde lid, 47, 51, 54, 55 of 56.

3. In het tot vierde lid vernummerde lid wordt «eerste en tweede lid» vervangen door: eerste, tweede en derde lid.

C

Artikel 7 komt te luiden:

Artikel 7

1. In de situatie, bedoeld in artikel 6, derde lid, geeft Onze Minister leiding aan de bestrijding en kan Onze Minister de voorzitter van de veiligheidsregio opdragen hoe de bestrijding ter hand te nemen, waaronder begrepen het opdragen tot het toepassen van de maatregelen, bedoeld in hoofdstuk V.

2. In afwijking van artikel 6, tweede lid, geeft Onze Minister leiding aan de bestrijding van een infectieziekte behorend tot groep B1 of B2, indien de burgemeester van een gemeente die het aangaat daartoe verzoekt. Onze Minister kan dan de burgemeester opdragen hoe de bestrijding ter hand te nemen, waaronder begrepen het opdragen tot het toepassen van de maatregelen, bedoeld in hoofdstuk V.

3. Onze Minister kan de burgemeester opdragen om, ter uitvoering van de aanbevelingen, bedoeld in de artikelen 15 en 16 van de Internationale Gezondheidsregeling, toepassing te geven aan de maatregelen, bedoeld in de artikelen 51, 54 en 55, alsook om de maatregelen, bedoeld in artikel 22a van de Wet op de lijkbezorging, toe te passen.

4. Voordat toepassing wordt gegeven aan het eerste, tweede of derde lid, voert Onze Minister een bestuurlijk afstemmingsoverleg waarbij in ieder geval Onze Minister van Verkeer en Waterstaat en de veiligheidsregio’s of gemeenten die het aangaat, worden betrokken.

5. Zodra toepassing wordt gegeven aan het eerste of tweede lid, informeert Onze Minister de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

6. Indien toepassing wordt gegeven aan het eerste, tweede of derde lid, verstrekt de voorzitter van de veiligheidsregio of de burgemeester aan Onze Minister, indien deze daarom verzoekt, de gegevens die Onze Minister nodig heeft ter uitoefening van die taak.

D

In artikel 10 wordt «een epidemie van een infectieziekte» vervangen door: een epidemie van een infectieziekte behorend tot groep B1, B2 of C.

E

In de artikelen 18, 30, 47, eerste, tweede en derde lid, 51, 54, en 65 wordt «de burgemeester» telkens vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

F

In de artikelen 34, vierde lid, 37, 47, vierde lid, 54, 55 en 56 wordt «De burgemeester» telkens vervangen door: De burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

G

Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De gemeentelijke gezondheidsdienst geeft de ontvangst van een melding als bedoeld in artikel 22, eerste lid, onverwijld door aan de voorzitter van de veiligheidsregio en de burgemeester van de gemeente waarin de betrokken persoon zijn woon- of verblijfplaats heeft.

2. Onder vernummering van het tweede tot en met zesde lid tot derde tot en met zevende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

2. De gemeentelijke gezondheidsdienst geeft de ontvangst van een melding als bedoeld in artikel 21, eerste lid, onverwijld door aan de burgemeester van de gemeente waarin de betrokken persoon zijn woon- of verblijfplaats heeft.

3. In het tot zevende lid vernummerde lid wordt «de burgemeester» vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

H

Artikel 31 komt te luiden:

1. De voorzitter van de veiligheidsregio kan een persoon onverwijld ter isolatie in een ziekenhuis doen opnemen, indien:

a. de betrokkene lijdt aan een infectieziekte behorend tot groep A, dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio gegronde redenen heeft om aan te nemen dat de betrokkene daaraan lijdt,

b. ernstig gevaar voor de volksgezondheid bestaat door verspreiding van die infectieziekte,

c. dit gevaar niet op andere wijze effectief kan worden afgewend, en

d. de betrokkene niet tot opneming ter isolatie bereid is.

2. De burgemeester kan een persoon onverwijld ter isolatie in een ziekenhuis doen opnemen, indien:

a. ten aanzien van de betrokkene de melding ingevolge artikel 22, derde lid, heeft plaatsgevonden, of de betrokkene lijdt aan een infectieziekte behorend tot groep B1,

b. ernstig gevaar voor de volksgezondheid bestaat door verspreiding van die infectieziekte,

c. dit gevaar niet op andere wijze effectief kan worden afgewend, en

d. de betrokkene niet tot opneming ter isolatie bereid is.

3. De voorzitter van de veiligheidsregio dan wel de burgemeester kan een ter isolatie opgenomen persoon door een arts doen onderzoeken, indien:

a. ten gevolge van de infectieziekte onmiddellijk gevaar dreigt voor de gezondheid van derden,

b. de aard en de omvang van dit gevaar niet op andere wijze dan door onderzoek kunnen worden vastgesteld,

c. de uitkomst van het onderzoek noodzakelijk is om dit gevaar effectief te kunnen afwenden, en

d. de betrokkene niet bereid is het onderzoek te ondergaan.

4. De voorzitter van de veiligheidsregio dan wel de burgemeester kan een ter isolatie opgenomen persoon door een arts in het lichaam doen onderzoeken indien aan de voorwaarden, bedoeld in het derde lid, is voldaan en de rechter daartoe een machtiging heeft verleend.

5. Het onderzoek, bedoeld in het derde en vierde lid, omvat niet meer dan nodig is ter afwending van het gevaar voor derden.

I

Artikel 32 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «De burgemeester» vervangen door: De burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het tweede en derde lid wordt «de burgemeester» telkens vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

3. In het vierde lid, wordt «bedoeld in artikel 31, eerste lid, onder b,» vervangen door «bedoeld in artikel 31, eerste lid, onder b, of tweede lid, onder b,» en wordt «de burgemeester» vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

J

Artikel 33 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. De voorzitter van de veiligheidsregio dan wel de burgemeester doet de beschikking tot het onderzoek, bedoeld in artikel 31, vierde lid, aan de betrokkene uitreiken.

2. In het tweede lid wordt «de burgemeester» vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio dan wel de burgemeester.

K

Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt «De burgemeester» telkens vervangen door: De voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het vierde lid wordt «de burgemeester» vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio.

3. In het vijfde lid wordt «Artikel 31, tweede en vierde lid, vervangen door: Artikel 31, derde en vijfde lid,.

L

Artikel 36 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «De burgemeester» vervangen door: De voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het tweede en derde lid wordt «de burgemeester» telkens vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio.

M

Artikel 38 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het eerste tot en met derde lid tot tweede tot en met vierde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:

1. De voorzitter van de veiligheidsregio kan een persoon die gevaar oplevert voor de verspreiding van een infectieziekte behorend tot groep A het verbod opleggen om beroeps- of bedrijfsmatig werkzaamheden te verrichten, die een ernstig risico inhouden voor de verspreiding van die infectieziekte.

2. In het tot tweede lid vernummerde lid wordt «een infectieziekte behorend tot groep A, B1, of B2» vervangen door: een infectieziekte behorend tot groep B1 of B2.

3. In de tot derde en vierde lid vernummerde leden wordt «de burgemeester» telkens vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

N

Artikel 39 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «De burgemeester» vervangen door «De burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio», wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid» en wordt «artikel 31, derde lid,» vervangen door: artikel 31, vierde lid,.

2. In het tweede lid wordt «de burgemeester» vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

3. In het derde lid wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid» en wordt «artikel 31, derde lid,» vervangen door: artikel 31, vierde lid,.

O

Artikel 40 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid» en wordt «artikel 31, derde lid,» vervangen door: artikel 31, vierde lid,.

2. In het tweede lid wordt «de burgemeester» vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

3. In het vierde lid wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid» en wordt «artikel 31, derde lid,» vervangen door: artikel 31, vierde lid,.

P

In artikel 43, eerste lid, wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid», wordt «artikel 31, tweede of derde lid,» vervangen door «artikel 31, derde of vierde lid,» en wordt «de burgemeester» vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

Q

In artikel 44, eerste lid, wordt «artikel 31, eerste lid,» vervangen door «artikel 31, eerste of tweede lid», en wordt «artikel 31, tweede of derde lid,» vervangen door: artikel 31, derde of vierde lid,.

R

Artikel 53 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid, wordt «de burgemeester» vervangen door: de voorzitter van de veiligheidsregio.

2. In het derde en vierde lid wordt «de burgemeester» telkens vervangen door: de burgemeester dan wel de voorzitter van de veiligheidsregio.

S

Artikel 62, eerste lid, komt te luiden:

1. Indien Onze Minister op grond van artikel 7, eerste of derde lid, de voorzitter van de veiligheidsregio dan wel de burgemeester opdraagt maatregelen te treffen, kan ten behoeve van de bekostiging daarvan een beroep worden gedaan op het Rijk.

HOOFDSTUK IX OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL XXXV

1. Op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, zijn de personeelsleden van de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding van wie naam en functie zijn vermeld op een door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde lijst, van rechtswege ontslagen en aangesteld als ambtenaar in dienst van het Nederlands instituut fysieke veiligheid.

2. De personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, krachtens een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht behoren tot het personeel van de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding, en van wie naam en functie zijn vermeld op een door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde lijst, zijn op dat tijdstip van rechtswege ontslagen en aangesteld in dienst van het Nederlands instituut fysieke veiligheid met een rechtspositie die in totaliteit ten minste gelijkwaardig is aan die welke voor elk van hen gold bij de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding.

ARTIKEL XXXVI

1. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bepaalt in overeenstemming met Onze Minister van Financiën welke vermogensbestanddelen van de Staat die aan de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding worden toegerekend, worden toebedeeld aan het Nederlands instituut fysieke veiligheid.

2. De in het eerste lid bedoelde vermogensbestanddelen gaan met ingang van de datum van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, onder algemene titel over op het Nederlands instituut fysieke veiligheid tegen een door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in overeenstemming met Onze Minister van Financiën te bepalen waarde.

3. Ingeval krachtens het eerste en het tweede lid registergoederen overgaan, doet Onze Minister van Financiën de overgang van die registergoederen onverwijld inschrijven in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek. Artikel 24, eerste lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is niet van toepassing.

ARTIKEL XXXVII

Archiefbescheiden van de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding betreffende zaken die op de datum van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, nog niet zijn afgedaan, worden overgedragen aan het Nederlands instituut fysieke veiligheid, voor zover zij niet overeenkomstig de Archiefwet 1995 zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

ARTIKEL XXXVIII

1. In wettelijke procedures en rechtsgedingen waarbij de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding is betrokken, treedt met ingang van de datum van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, het Nederlands instituut fysieke veiligheid dan wel het bestuur van het Nederlands instituut fysieke veiligheid in de plaats van de Staat dan wel Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

2. In zaken waarin voor het tijdstip van inwerkingtreding van artikel XI, onderdelen G tot en met I, aan de Nationale ombudsman is verzocht een onderzoek te doen dan wel de Nationale ombudsman een onderzoek heeft ingesteld naar een gedraging die kan worden toegerekend aan de baten-lastendienst Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding, treedt het bestuur van het Nederlands instituut fysieke veiligheid op dat tijdstip als bestuursorgaan in de zin van de Wet Nationale ombudsman in de plaats van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

ARTIKEL XXXIX

1. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit draagbare blustoestellen 1997 op artikel 30, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

2. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit risico’s zware ongevallen 1999, voor zover het berustte op de Brandweerwet 1985 en de Wet rampen en zware ongevallen, op de artikelen 31, vierde lid, 48, zesde lid, 49, eerste lid, en artikel 61, tweede lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

3. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit informatie inzake rampen en zware ongevallen, voor zover het berustte op de Wet rampen en zware ongevallen, op de artikelen 48, zesde lid, 49, eerste lid en 50, derde lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

4. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit rijksbijdragen bijstands- en bestrijdingskosten op artikel 55, zesde lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

5. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit drukapparatuur, voor zover het berustte op artikel 17, eerste lid, van de Brandweerwet 1985, op artikel 30, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

6. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit Nederlands instituut voor brandweer en rampenbestrijding op artikel 71 van de Wet veiligheidsregio’s.

7. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit Nederlands bureau brandweerexamens op artikel 75, derde lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

8. Na de inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit van 3 november 2008, houdende wijziging van het Besluit draagbare blustoestellen 1997 (Stb. 2008, 444) op artikel 30, eerste lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

9. Na de inwerkingtreding van deze wet berust de Regeling provinciale risicokaart op artikel 45, derde lid, van de Wet veiligheidsregio’s.

ARTIKEL XL

Deze wet wordt aangehaald als: Aanpassingswet veiligheidsregio’s.

ARTIKEL XLI

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,